Parlementair onderzoek integratiebeleid
Dit parlementair onderzoek1 richtte zich op de integratie van minderheden in de Nederlandse samenleving in de afgelopen 30 jaar. Het eindrapport, dat op 19 januari 2004 werd gepresenteerd, bevat behalve een analyse van het integratiebeleid ook aanbevelingen over versterking van het integratiebeleid, onder meer door verbetering van inburgeringscursussen en door betere spreiding van migranten in wijken en in het onderwijs.
De tijdelijke onderzoekscommissie onder voorzitterschap van de VVD'er Stef Blok2 werd in december 2002 ingesteld. Kort voor het begin van de openbare verhoren, in september 2003, stapte de SP'er Ali Lazrak3 uit de commissie uit onvrede over de betrokkenheid van het Verwey-Jonker Instituut bij het onderzoek. Ook de VVD'ers Ayaan Hirsi Ali4 en Jozias van Aartsen5 uitten kritiek.
Contents
In 2002 ontstond er in Nederland steeds meer discussie of de integratie van allochtonen in de Nederlandse samenleving nu wel of niet was geslaagd. Het thema speelde in de campagne voor de verkiezingen van mei 20026 een grote rol omdat Pim Fortuyn7 grote kritiek op het gevoerde integratiebeleid had. Eerder had de bekende, uit PvdA-kringen afkomstige publicist Paul Scheffer al een groot publiek debat uitgelokt na publicatie van een artikel over het 'multiculturele drama'.
Bij de Algemene Politieke Beschouwingen 2002 werd op 19 september 2002 een motie ingediend door SP-fractievoorzitter Jan Marijnissen, waarin werd gevraagd om een parlementair onderzoek naar het gevoerde integratiebeleid. Volgens de motie is het integratiebeleid tot nu toe onvoldoende geslaagd en is het gewenst te onderzoeken hoe dat komt, zodat daar in de toekomst rekening mee gehouden kan worden.
Naast de SP stemden de fracties van het CDA, de VVD, de PvdA, GroenLinks, D66 alsmede het LPF-Kamerlid Janssen van Raaij8 voor de motie. De overige Kamerleden stemden tegen.
Hierop heeft de Tweede Kamer op 3 december 2002 besloten een tijdelijke Commissie onderzoek Integratiebeleid in te stellen.
-
-Mirjam Sterk9 (CDA)
-
-Karin Adelmund10 (PvdA)
-
-Stef Blok2 (VVD, voorzitter
-
-Ali Lazrak3 (SP), ondervoorzitter
-
-Joao Varela11 (LPF)
-
-Ursie Lambrechts12 (D66)
-
-Ineke van Gent13 (GroenLinks)
Griffier van de commissie was Dennis Nava.
Na de Tweede Kamerverkiezingen van januari 2003 verdwenen Ursie Lambrechts en Mirjam Sterk uit de commissie. Hiervoor in de plaats kwam Nirmala Rambocus14 (CDA).
Op 17 september 2003 stapte Ali Lazrak op. Hij werd als commissielid vervangen door Fenna Vergeer-Mudde15 (SP).
Doelstellingen van het commissie-onderzoek zijn de Tweede Kamer in staat stellen een oordeel te vormen over het integratiebeleid van de Nederlandse regering in de afgelopen 30 jaar, een oordeel te vormen over de beoogde effecten en de feitelijke resultaten en bouwstenen aan te reiken voor toekomstig beleid.
Op 24 april 2003 heeft de commissie een tussenrapportage uitgebracht waarin werd aangegeven dat de commissie de volgende vragen beantwoord wil zien:
-
-Welk integratiebeleid kende Nederland in de afgelopen 30 jaar?
-
-Wat waren de doelstellingen en resultaten van dit beleid op belangrijke deelterreinen zoals wonen en recreëren, inkomen en werk en onderwijs?
-
-Is er sprake geweest van een samenhangend en consistent integratiebeleid, zoals dat op de verschillende deelvelden zijn invloed heeft gehad?
-
-In hoeverre is dit beleid, gegeven de doelstelling, als succesvol te kwalificeren?
-
-Zijn er buitenlandse stedelijke ervaringen met het integratiebeleid, waarmee ons land zijn voordeel kan doen?
De commissie heeft bronnenonderzoek en aanvullende onderzoeken op deelterreinen gedaan. Daarnaast zijn er gesprekken gevoerd met een groot aantal mensen die betrokken zijn (geweest) bij het integratiebeleid.
In het najaar van 2003 werden openbare hoorzittingen gehouden in de Tweede Kamer en in een aantal steden waar het integratievraagstuk nadrukkelijk speelt.
In de periode van 22 september tot en met 3 oktober 2003 zijn in de Tweede Kamer onder meer verhoord:
de oud-ministers Dijkstal16, Van Boxtel17, d'Ancona18, B. de Vries19, - Van Kemenade20 en Tineke Netelenbos21, de heer E. Nazarski van VluchtelingenWerk Nederland, de hoogleraren Scheffer, Entzinger en Van der Zwan, de ambtenaren Fernandes Mendes en Molleman en directeur Schnabel van het Sociaal-Cultureel Planbureau.
In een tweede ronde gesprekken werd ook gesproken met oud-VVD-leider Bolkestein22 en de Groningse burgemeester Wallage23.
In het rapport 'Bruggen bouwen' wordt geconcludeerd dat de integratie van vele allochtonen geheel of gedeeltelijk is geslaagd. Tevens constateert de commissie echter dat door een combinatie van onvoldoende integratie en vervolgmigratie het 'economisch rendement' van de integratie voor de samenleving als geheel verwaarloosbaar is.
Omdat migratie een onontkoombaar internationaal verschijnsel is, zit er volgens de commissie niets anders op dan voortzetting van het integratiebeleid. Er moeten welke enkele zaken anders worden aangepakt.
Zo moeten knelpunten bij de inburgering worden opgelost, moet segregatie (zwarte scholen) in het onderwijs worden tegengegaan en moet de woningmarkt in randgemeenten rond steden worden opengesteld voor lage inkomens. Dit laatste moet het bestaan van zwarte wijken tegengaan. Gemengde scholen worden gezien als een belangrijke voorwaarde voor succesvolle integratie.
Het LPF-lid Varela vond als enige dat er meer beperkingen moeten worden gesteld bij de gezinsvorming.
De commissie zag geen reden om artikel 23 van de Grondwet over de vrijheid van onderwijs te wijzigen. Wel moesten maatregelen worden genomen om te voorkomen dat scholen hun religieuze identiteit misbruiken om allochtone leerlingen te weren. Overigens constateerde de commissie ook dat veel 'zwarte scholen' redelijk goed presteren.
Het rapport werd in de Tweede Kamer kritisch ontvangen, omdat het als te vrijblijvend werd beschouwd en de aanbevelingen als 'te slap'.
Eerder was Lazrak opgestapt als commissielid uit onvrede over het feit dat het Verwey Jonker Instituut bronnenonderzoek voor de commissie had gedaan. Volgens hem was het Verwey-Jonker Instituut niet objectief, omdat dit instituut de regering in het verleden had geadviseerd en omdat de voormalige directeur van dit instituut, de heer Duyvendak, gelieerd was aan GroenLinks.
Een week na het opstappen van Lazrak uitte het VVD-Tweede Kamerlid Ayaan Hirsi Ali4 vergelijkbare kritiek. Zij werd bijgevallen door VVD-fractievoorzitter Jozias van Aartsen5.
De Tweede Kamer besprak op 14 en 22 april 2004 het rapport met de commissie. In september 2004 was er een debat met de regering. De Kamer stemde op 14 september over negen moties, waarvan er zes werden aangenomen. Zij gingen onder meer over het voorkomen van segregatie, een handvest voor burgerrechten en eisen aan een migrerende partner ten aanzien van alfabetisering.
Meer over
- 1.De Tweede Kamer kan zelfstandig een onderzoek instellen naar beleid en projecten en dat onderzoek door Kamerleden laten uitvoeren. Dit heet het recht van parlementair onderzoek. Onderzoeken worden gedaan door middel van een hoorzitting, een rondetafelgesprek of een parlementaire enquête. Ook de Eerste Kamer heeft het onderzoeksrecht, maar maakt daar beduidend minder vaak gebruik van.
- 2.Stef Blok (1964) was van 25 mei 2021 tot 10 januari 2022 minister van Economische Zaken en Klimaat. Hij verving minister Van 't Wout. Zijn taken als minister van Buitenlandse Zaken, wat hij sinds 7 maart 2018 was, werden overgenomen door minister Kaag. In het kabinet-Rutte II was de heer Blok van 5 november 2012 tot 27 januari 2017 minister voor Wonen en Rijksdienst en van 27 januari tot 26 oktober 2017 minister van Veiligheid en Justitie. Van 25 augustus 1998 tot 5 november 2012 was de heer Blok Tweede Kamerlid. Hij was in de periode 2010-2012 fractievoorzitter van de VVD in de Tweede Kamer. Daarvoor was hij kredietanalist-secretaris Concern Krediet College en accountmanager Corporate Banking bij ABN/Amro. In de Tweede Kamer was hij woordvoerder sociale zekerheid, AOW, pensioenen en financiën. De heer Blok is sinds 2022 lid van de Europese Rekenkamer.
- 3.Freelance journalist en radiomedewerker van Marokkaanse afkomst, die in 2002 voor de SP in de Tweede Kamer kwam. Vormde sinds 4 februari 2004 een eenmansfractie, na een conflict met de partijleiding over de verplichte afdracht van inkomsten aan de partij. Hij maakte deel uit van de tijdelijke commissie integratiebeleid, maar verliet die commissie voortijdig. Na zijn breuk met de SP was hij vrijwel onzichtbaar als Kamerlid, vooral ook vanwege een opvallend hoge absentie.
- 4.Intelligente, moedige, maar ook controversiële in Somalië geboren politica. Kwam na uitgehuwelijkt te zijn als asielzoekster uit Kenia naar Nederland. Studeerde politicologie in Leiden en werkte daarna bij het wetenschappelijk bureau van de PvdA. Toen die partij haar in 2002 geen kandidaat stelde voor de Tweede Kamer stapte zij over naar de VVD. Werd voor die partij een spraakmakend Kamerlid, dat zich bezighield met integratie en emancipatie. Had soms moeite met de fractiediscipline. Als opinieleidster zocht zij het debat met moslims, waarbij zij 'heilige huisjes' niet spaarde. Met name de film 'Submission' zorgde voor veel weerstand. Na de moord op Theo van Gogh, regisseur van de film, werd zij permanent bewaakt. In 2006 besloot zij zich in de VS te vestigen. Door een controverse rond haar nationaliteit werd dat vertrek bespoedigd. Werkt nu bij het American Enterprise Institute for Public Policy Research in Washington.
- 5.VVD-politicus, maar zoon van een Haagse ARP-bestuurder en minister. Begon zijn loopbaan bij de VVD-Tweede Kamerfractie, onder meer als ambtelijk secretaris, en was daarna directeur van de Telders-stichting en medewerker van minister Wiegel. Na secretaris-generaal van Binnenlandse Zaken te zijn geweest, werd hij minister van Landbouw in het kabinet-Kok I. Startte een grootschalige saneringsoperatie in de varkenshouderij. Minister van Buitenlandse Zaken in het tweede kabinet-Kok. Werd in 2002 Kamerlid en in 2003 fractievoorzitter van de VVD. Mocht zich echter niet politieke leider noemen en stapte na de verloren raadsverkiezingen van 2006 op. Stond als burgemeester van Den Haag (2008-2017) goed aangeschreven bij de bevolking. Was in 2017 waarnemend commissaris van de Koning in Drenthe en van december 2017 tot juli 2018 waarnemend burgemeester van Amsterdam.
- 6.Op 15 mei 2002 waren er reguliere (vierjaarlijkse) verkiezingen voor een nieuwe Tweede Kamer, maar er lagen ook grondwetsvoorstellen voor, zoals over de kroonbenoemingen. Grote winnnaars waren nieuwkomer LPF, van de op 6 mei vermoorde Pim Fortuyn, en het CDA. De LPF kreeg als nieuwkomer 26 zetels, het CDA werd onder leiding van Jan Peter Balkenende de grootste. De drie regeringspartijen verloren 43 zetels, waarbij voor de PvdA fors achteruit ging. Naast de LPF was Leefbaar Nederland met twee zetels een nieuwkomer.
- 7.Voormalige hoogleraar en columnist die in 2001 op stormachtige wijze de politiek betrad en die op een onconventionele wijze politiek bedreef. Hedonistische, flamboyante, enigszins dandy-achtige man, die omstreden uitspraken niet schuwde, maar daarom ook fel werd bestreden. Had een grote geldingsdrang, die hem ertoe bracht de politiek in te gaan. Werd in 2001 gekozen tot lijsttrekker van Leefbaar Nederland. Zeer succesvol bij de gemeenteraadsverkiezingen in Rotterdam. Na een conflict met Leefbaar Nederland kwam hij met een eigen lijst, de Lijst Pim Fortuyn. Fel bestrijder van het 'paarse kabinet' en het 'poldermodel'. Leek af te stevenen op een grote verkiezingswinst en had ambitie om minister-president te worden. Werd kort voor de verkiezingen vermoord; een moord die de gehele politiek schokte.
- 8.Rotterdamse advocaat, CHU- en CDA-prominent, Europarlementariër en LPF-Tweede Kamerlid. Bourgondiër met belangstelling voor wapens en krijgskunst. Zette zich in voor de belangen van profvoetballers. Als secretaris van de CHU nauw betrokken bij de totstandkoming van het CDA. In het Europarlement enkele malen in opspraak gekomen, zonder dat beschuldigingen overigens steeds hard gemaakt konden worden. Verliet desondanks de Christendemocratische fractie. Werd als LPF-Kamerlid gekandideerd voor het Tweede Kamervoorzitterschap. Speelde in de Kamer echter geen belangrijke rol.
- 9.Tien jaar een sociaal betrokken en actief Tweede Kamerlid voor het CDA. Was voor zij parlementslid werd bestuursassistent van wethouder Sjaak van der Tak van Rotterdam en daarvoor docent godsdienst en ethiek en redacteur bij de IKON. Als Kamerlid hield zij zich bezig met armoedebeleid, arbeidsverhoudingen, Wajong, sociale werkvoorziening en de WW. Maakte zich onder meer hard voor verbetering van de regeling voor schuldhulpverlening. Van november 2010 tot september 2012 was zij vicefractievoorzitter. In 2013-2015 ambassadeur jeugdwerkloosheid en daarna directeur bij MEE, de branchevereniging voor zorgverleners. Emigreerde in 2018 naar de Verenigde Staten waar zij werkzaam was als moderator en auteur. Sinds februari 2022 is zij gedeputeerde van Utrecht.
- 10.Strijdbare vakbondsbestuurder en PvdA-politica die zich er niet voor schaamde emoties te tonen in het debat. Rotterdamse, dochter van een bijstandsmoeder. Volgde na de mulo en de Sociale Academie een academische opleiding en ging toen bij de vakbond werken. Bij de FNV werd zij spoedig als voorzitter van de Vrouwenbond en later als vicevoorzitter een bekend actievoerster. In 1994 kwam zij als hoogste nieuweling op de PvdA-kandidatenlijst voor de Tweede Kamer en in de Kamer was zij fractiewoordvoerster sociale zekerheid. Combineerde anderhalf jaar het partijvoorzitterschap met het Kamerlidmaatschap en werd vervolgens staatssecretaris van Onderwijs in het kabinet-Kok II. Na haar terugkeer in de Tweede Kamer voorzitter van de commissie voor het integratiebeleid. Overleed op 56-jarige leeftijd.
- 11.Jonge, sportieve en goed geklede bedrijfseconoom van Kaapverdiaanse afkomst, die in 2002 door Pim Fortuyn als tweede op de kandidatenlijst werd geplaatst. Was daarvoor werkzaam bij een cosmeticaconcern. In de Tweede Kamer hield hij zich onder meer bezig met sociale zaken en asielbeleid. Maakte deel uit van de commissie onderzoek integratiebeleid en bracht samen met een PvdA'er een initiatiefwet tot stand over kleine pensioenfondsen. Pleitbezorger van kernenergie en van beperking van huwelijksmigratie, die het daarbij meer van zijn charme dan van zijn voordracht moest hebben.
- 12.Kunsthistorica uit Uden die twaalf jaar voor D66 in de Tweede Kamer zat. Was voor zij Kamerlid werd lid van Provinciale Staten van Noord-Brabant en freelance-medewerker van het gemeentemuseum te Arnhem. Hield zich in de Kamer vooral bezig met het onderwijsbeleid (basis-, voortgezet- en beroepsonderwijs) en daarnaast met jeugdzorg en ICT (cultuur). Actief en deskundig Kamerlid, dat opviel door haar grote dossierkennis. Voerde in haar laatste periode in de Kamer ook vaak het woord in beladen debatten over het asielbeleid.
- 13.Groningse vakbondsvrouw die veertien jaar een spreek- en strijdvaardig lid van de GroenLinks-Tweede Kamerfractie was. Kwam uit de kring van de PSP en is overtuigd republikein. In de FNV was zij regiohoofd van de regio Noord (Friesland, Groningen en Drenthe) en daarnaast negen jaar gemeenteraadslid in Groningen. In de Tweede Kamer hield zij zich onder meer bezig met arbeid en zorg, emancipatie, verkeer, binnenlands bestuur en koninkrijksrelaties. Verder was zij vicefractievoorzitter, lid van het Kamerpresidium en voorzitter van vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Was in 2013-2017 regiodirecteur Noord bij de Nederlandse Spoorwegen en is nu burgemeester van Schiermonnikoog.
- 14.Surinaamse die vier jaar Tweede Kamerlid voor het CDA was. Kwam als vluchtelinge naar Nederland nadat onder anderen haar broer bij de december-moorden was vermoord. In Nederland was zij docente commerciële vormgeving en gaf zij managementtrainingen. Daarnaast was zij actief in het CDA in Utrecht. Behoorde in de Kamer tot de minder opvallende leden en voerde slechts enkele keren het woord, met name bij debatten over arbeidsomstandigheden. Verder was zij lid van de tijdelijke commissie onderzoek integratiebeleid.
- 15.Onderwijswoordvoerster van de SP-Tweede Kamerfractie in de periode 2002-2006. Geboren in Oost-Groningen, maar (samen met haar echtgenoot) vanaf de oprichting politiek actief voor de SP in Leiden en daarna fractievoorzitter in de Staten van Zuid-Holland. Was als voormalige docente goed ingevoerd in het onderwijs en wist daarover op heldere wijze standpunten te verwoorden. Hield zich als Kamerlid verder onder meer bezig met cultuur en integratie en was lid van de parlementaire enquêtecommissie Srebrenica. Van jongsaf betrokken bij vraagstukken van armoede, zowel in eigen land als in de derde wereld.
- 16.Flamboyante, goedlachse liberale voorman en minister die wars was van populisme. Kwam na een loopbaan als zelfstandig adviseur en het wethouderschap van Wassenaar in 1982 voor de VVD in de Tweede Kamer. Aanvankelijk een niet zo opvallende woordvoerder minderheden en welzijn. Werd in 1990 echter vicefractievoorzitter. Betoonde zich voorstander van samenwerking met de PvdA en werd in 1994 als 'bruggenbouwer' vicepremier in het (paarse) kabinet-Kok I. Na de verkiezingen van 1998 fractievoorzitter en politiek leider van de VVD. Verliet na de teleurstellende verkiezingen van 2002 de politiek en vervulde daarna vele bestuurs- en adviesfuncties. Jazzliefhebber, saxofoonspeler en met fractiegenote Annemarie Jorritsma enige jaren lid van het Tweede Kamercabaret.
- 17.D66-politicus die spoedig een gewaardeerd Tweede Kamerlid werd en in 1998 minister zonder portefeuille in het kabinet-Kok II belast met grotesteden-, integratie- en overheidscommunicatiebeleid. Was voor hij in de politiek kwam werkzaam bij de VNG, organisatie-adviseur, interim-manager en vicevoorzitter van de landelijke stichting projecten opvang asielzoekers. In de Kamer woordvoerder volksgezondheid en minderhedenbeleid en vicefractievoorzitter. Bracht een initiatiefwet tot stand over de aanstellingskeuring. Als minister net zo vlot en gewoon in de omgang als hij dat als Kamerlid was. Verliet de politiek na de verkiezingsnederlaag van 'paars' in 2002. Sinds 2003 was hij werkzaam bij zorgverzekeraar Menzis Zorg en daarvan was hij in 2004-2015 bestuursvoorzitter. Was daarna vijf jaar president-directeur van de Nederlandse Spoorwegen.
- 18.Hedy d' Ancona (1937) was a member of the European Parliament from 19 July 1994 to 20 July 1999 and from 24 July 1984 to 7 November 1989 as an independent member, and was aligned with the Progressive Alliance of Socialists and Democrats. She took seat in Parliament on behalf of the Netherlands.
- 19.Groningse antirevolutionair die al na vier jaar Tweede Kamerlidmaatschap voorzitter werd van de toen grootste regeringsfractie, het CDA. Werkte voor hij in 1978 sociaal-economisch fractiewoordvoerder werd bij Philips en de Erasmus Universiteit. Wist als fractieleider tijdens de kabinetten-Lubbers I en II zijn grote fractie bijeen te houden onder meer door dissidenten geen ruimte te geven. Speelde in het derde kabinet-Lubbers als minister van Sociale Zaken een belangrijke rol bij het voorkomen van conflicten over onder andere de WAO-problematiek. Nadien parttime hoogleraar en voorzitter van de Sociale Verzekeringsbank en het ABP. Ook enige tijd waarnemend partijvoorzitter. In zijn partij typisch een man van het midden. Had vanwege zijn saaie imago als bijnaam 'de Stofjas'.
- 20.Invloedrijke katholieke socialist met grote werkkracht. Uiteenlopende wetenschappelijke, bestuurlijke en maatschappelijke activiteiten. Kwam als Nijmeegse hoogleraar onderwijs-sociologie als minister van Onderwijs in het kabinet-Den Uyl. Was daarin een creatieve maar ook veel bekritiseerde bewindsman. Ontvouwde plannen voor de zgn. Middenschool en stimuleerde als tweedekansonderwijs de moedermavo en de Open Universiteit. In de periode 1978-1981 Tweede Kamerlid en fractiesecretaris. In 1981 weer minister in het kabinet-Van Agt II. Bracht later als Kamerlid een omvangrijke initiatiefwet tot stand over volwasseneneducatie. Was tot 1984 dé 'kroonprins' van Joop den Uyl. Na zijn 'Haagse' loopbaan universiteitsbestuurder, burgemeester van Eindhoven en Commissaris van de Koningin in Noord-Holland. Werd in 2002 minister van staat.
- 21.Zelfbewuste PvdA-politica die voortvarend haar politieke doelen nastreefde, maar daardoor soms weerstanden opriep. Was aanvankelijk lerares en cursusleidster en een bekwame voorzitter van PvdA-congressen. In de Tweede Kamer woordvoerster gehandicaptenbeleid en onderwijs. Bracht in het kabinet-Kok I als staatssecretaris van Onderwijs wetgeving over onder andere de financiering en inrichting (profielen) van het voortgezet onderwijs tot stand. Voerde ook het vmbo in. Haar plannen als minister van Verkeer in het kabinet-Kok II om via tolheffing het aantal files te verminderen, bleven onuitgevoerd. De fraude in de wegenbouw ondermijnde haar gezag als minister. In 2003 verliet zij, na een korte periode als Tweede Kamerlid, de Haagse politiek. Was daarna in diverse gemeenten waarnemend burgemeester.
- 22.Succesvolle en erudiete VVD-politicus, die zijn partij in 1994 en 1998 naar verkiezingsoverwinningen leidde. Afkomstig uit het bedrijfsleven (Shell) en uit hoofde van zijn functies lange tijd in het buitenland verblijvend. Was staatssecretaris van buitenlandse handel in het eerste kabinet-Lubbers en daarna een vooraanstaand VVD-Kamerlid. Volgde in 1988 Van Eekelen op als minister van Defensie en werd in 1990 politiek leider van de VVD, als tussentijdse opvolger van Voorhoeve. Bleef daarna, net als Romme (KVP) in de jaren vijftig, buiten het kabinet. Wist als geen ander het publieke debat te stimuleren door pittige uitspraken en plaatste het thema 'integratie' blijvend op de politieke agenda. In 1999-2004 Europees Commissaris voor de interne markt. Was daarna bijzonder hoogleraar in Delft en Leiden.
- 23.PvdA-bestuurder en politicus die van jongs af aan politiek actief was. Socioloog uit een joods middenstandsgezin. Werd al op jonge leeftijd wethouder van Groningen. In de Tweede Kamer aanvankelijk onderwijsspecialist en woordvoerder Zuid-Afrikabeleid. Goed, spreekvaardig debater. Als staatssecretaris in het derde kabinet-Lubbers, eerst van onderwijs en daarna van sociale zaken, bracht hij belangrijke wetgeving in het Staatsblad, zoals de Wet op de basisvorming en de Wet voorzieningen gehandicapten. Onderhandelde in 1994 over de vorming van het eerste paarse kabinet. Na een vierjarige periode fractievoorzitter te zijn geweest, werd hij burgemeester van Groningen. Stond als zodanig ruim tien jaar goed aangeschreven. Is nu honorair hoogleraar.
- 24.Tweede en Eerste Kamer kunnen zelfstandig onderzoek instellen naar beleid en projecten en dat onderzoek door Kamerleden laten uitvoeren. Er kunnen daarbij meerdere instrumenten worden gebruikt. Het zwaarste middel is onderzoek op basis van de Wet op de parlementaire enquête (Wpe). Tussen 2016 en 2023 kende de Tweede Kamer ook de mogelijkheid voor het houden van een parlementaire ondervraging. In juli 2023 is de parlementaire ondervraging vervangen door de beknopte parlementaire enquête.