Commissie-Ortoli (1973-1977)

Source: Europa Nu.
Groepsfoto Commissie Ortolli
Bron: ec.europa.eu

Deze Europese Commissie1 trad aan op 6 januari 1973 en bleef in functie tot januari 1977. Voorzitter was de Fransman François-Xavier Ortoli2. Namens Nederland was Pierre Lardinois3 eurocommissaris. Hij was verantwoordelijk voor Landbouw. In die functie probeerde hij te voorkomen dat bij de vaststelling van de landbouwprijzen verschillen in concurrentiepositie zouden ontstaan tussen de lidstaten. Verder kondigde hij maatregelen aan om de overproductie van zuivel te beperken.

De Commissie-Ortoli was de eerste commissie met leden uit Denemarken, Ierland en het Verenigd Koninkrijk. De Commissie kreeg te maken met de oliecrisis van 1973, als gevolg van de olieboycot die Arabische landen instelden na de Jom Kippoeroorlog. Ook zette de Commissie stappen naar eerlijkere handelsrelaties met landen in Afrika, Latijns-Amerika en Oceanië door het associatieakkoord van Lomé in 1975. Binnen de EEG werd een Europees Regionaal Fonds4 opgericht, om zwakkere regio's in de Gemeenschap te ondersteunen.

De Commissie werd in 1977 opgevolgd door de Commissie-Jenkins5.

Contents

  1. Commissarissen
  2. Tussentijdse wijzigingen
  3. Mijlpalen
  4. Bronnen
  5. Meer informatie

1.

Commissarissen

Naam

Land

Portefeuille

Politieke kleur

Borschette, Albert6

Luxemburg

mededinging en personeel & organisatie

partijloos

Dahrendorf, Ralf7

Duitsland

onderzoek, wetenschap, onderwijs en Eurostat

liberaal

Deniau, Jean-François8

Frankrijk

ontwikkelingssamenwerking, begroting en financiële controle

liberaal

Gundelach, Finn Olav9

Denemarken

interne markt en douane-unie

partijloos

Haferkamp, Wilhelm10

Duitsland

economische zaken, financiën, kredietwezen en investeringen

sociaaldemocratisch

Hillery, Patrick11

Ierland

sociale zaken

liberaal

Lardinois, Pierre3

Nederland

landbouw

christendemocratisch

Ortoli, François-Xavier2

Frankrijk

voorzitter

Gaullist (rechts-liberaal)

Scarascia Mugnozza, Carlo12

Italië

relaties met het parlement, milieu, consumentenbescherming, vervoer en voorlichting

christendemocratisch

Simonet, Henri13

België

belastingen, financiële instellingen, energie en Euratom

sociaaldemocratisch

Soames, Christopher14

Verenigd Koninkrijk

externe betrekkingen

conservatief (rechts-liberaal)

Spinelli, Altiero15

Italië

industrie en technologie

communistisch

Thomson, George16

Verenigd Koninkrijk

regionaal beleid

sociaaldemocratisch

2.

Tussentijdse wijzigingen

Naam vervanger

Vervangen Commissaris

Datum vervanging

Politieke kleur

Reden vervanging

Claude Cheysson17

Deniau, Jean-François8

19 april 1973

sociaaldemocraat

Staatssecretaris van Ontwikkelingssamenwerking in kabinet-Messmer

Guido Brunner18

Dahrendorf, Ralf7

12 november 1974

liberaal

Hoogleraar in Londen

Cesidio Guazzaroni19

Spinelli, Altiero15

13 juli 1976

liberaal

Kandidatuur Italiaanse parlementsverkiezingen

Raymond Vouel20

Borschette, Albert6

19 juli 1976

sociaaldemocraat

Blijvende invaliditeit

3.

Mijlpalen

Uitbreiding

Vijf dagen voordat de Commissie aantrad, had de eerste uitbreiding van de EEG plaatsgevonden. Op 1 januari 1973 waren Denemarken, Ierland en het Verenigd Koninkrijk officieel lid van de EEG worden, waardoor het aantal lidstaten op negen kwam. Bovendien kwamen de dictaturen in Portugal en Spanje tot een eind door het omverwerpen van het Salazar-regime in 1974 en het overlijden van Franco in 1975. Ook Griekenland werd democratisch, toen de militaire junta in 1973 werd afgezet. Hierna vroegen deze drie landen om toetreding tot de EEG. In 1976 adviseerde de Commissie-Ortoli positief over het openen van onderhandelingen met Griekenland.

Jom Kippoeroorlog en oliecrisis 1973

In oktober 1973 vond de Jom Kippoeroorlog plaats tussen Israël enerzijds en Syrië en Egypte anderzijds. Nadat de Arabisch landen de oorlog hadden verloren, stelden zij een olieboycot in tegen het Westen, omdat dat Israël had gesteund. Dit leidde tot tot een energiecrisis en een verslechtering van de economische situatie in Europa, met grote werkloosheid als gevolg.

Europees Regionaal Fonds 1975

In 1975 werd het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO)4 opgericht. Dit fonds heeft tot doel om de economie in armere regio's van Europa te stimuleren, door werkgelegenheid en infrastructuur te creëren.

Associatie-akkoord van Lomé 1975

In 1975 sloot de EEG een akkoord met landen uit Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan (ACS-landen21). De samenwerking is gericht op de economische ontwikkeling van de ACS-landen, onder meer door het vastleggen van preferentiële handelsrelaties.

4.

Bronnen

The Ortoli Commission, https://ec.europa.eu/archives/commission_2004-2009/president/history/ortoli/index_en.htm.

5.

Meer informatie

 

  • 1. 
    The European Commission is the executive body of the EU and runs its day-to-day business. It is made up of the College of Commissioners, 27 European Commissioners, one for each member state, who are each responsible for one or several policy areas. In addition, the 'Commission' also refers to the entire administrative body that supports the Commissioners, consisting of the Directorates-General and the Services.
     
  • 2. 
    François-Xavier Ortoli (1925-2007) was voorzitter van de Europese Commissie in de periode 1973-1977. Daarna was hij nog vier jaar Europees Commissaris voor Economische Zaken en financiën. De uit Corsica afkomstige Gaullist Ortoli was voor hij voorzitter van de Commissie werd onder meer minister in diverse kabinetten. Tijdens zijn voorzitter- en lidmaatschap van de EC had de Europese Gemeenschap te maken met een ernstige recessie ten gevolge van de oliecrisis. Hij had een belangrijk aandeel in de totstandkoming van het Europees Monetaire Stelsel en van de introductie van de ecu.
     
  • 3. 
    Limburgse molenaarszoon die na zijn studie in Wageningen snel carrière maakte in de agrarische wereld. Als voorzitter van de Noordbrabantse boerenbond nam hij in de KVP-fractie een machtige positie in. Minister van Landbouw en Visserij in de kabinetten-De Jong en -Biesheuvel. Verdedigde zowel in Brussel als in Den Haag onbewimpeld de belangen van 'zijn' boeren. Had volgens Klompé te veel een rechts gezicht. Was in de ministerraad steeds tegen verlangens van de vakbeweging en voor hard optreden tegen ongeregeldheden. Als minister en Europees commissaris (1973-1977) medevormgever van het Europese landbouwbeleid, dat in zijn tijd met grote overschotten te maken had. Doelgericht man, die autoritair optreden met bonhomie combineerde. Sloot zijn loopbaan af als hoofddirecteur van de Rabobank.
     
  • 4. 
    Het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) heeft tot doel om de belangrijkste economische onevenwichtigheden tussen de Europese regio's terug te dringen. Hiermee sluit het Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO) aan bij de doelstellingen van het Europese regionale beleid. Er is voor de periode 2021 - 2027 in totaal 266 miljard vrijgemaakt voor dit fonds.
     
  • 5. 
    Deze Commissie Jenkins trad aan op 6 januari 1977 en bleef in functie tot 5 januari 1981. De voorzitter van de Commissie was de Britse politicus Roy Jenkins. PvdA-politicus Henk Vondeling was Eurocommissaris voor sociale zaken en werkgelegenheid.
     
  • 6. 
    Albert Borschette (1920-1976) was Europees commissaris voor mededinging en personeel & organisatie in de Commissies-Malfatti/Mansholt en -Ortoli. Hij had aanvankelijk ook de portefeuille regionaal beleid. Na de Tweede Wereldoorlog werd Borschette auteur en in 1958 ambassadeur van Luxemburg bij de Europese Gemeenschappen. Nadat hij door een hersenbloeding was getroffen, kwam er voortijdig een einde aan zijn EC-lidmaatschap.
     
  • 7. 
    Ralf Dahrendorf (1929-2009) was een vooraanstaande Duits-Britse socioloog, die vier jaar lid van de Europese Commissie was. Hij werd op 28-jarige leeftijd hoogleraar en was daarna voor de liberale FDP lid van het parlement van Baden-Württemberg en van de Duitse Bondsdag. In de Commissies-Malfatti/Mansholt was Dahrendorf commissaris voor externe betrekkingen en handel. In de Commissie-Ortoli had hij de portefeuille onderzoek, onderwijs en wetenschappen, maar na anderhalf jaar keerde hij terug naar de wetenschap. Naast hoogleraar in Londen, Konstanz en New York was hij rector van de Universiteit van Oxford. Hij kreeg in 1988 de Britse nationaliteit en was lid van het Hogerhuis.
     
  • 8. 
    Jean-François Deniau (1928-2007) was een Franse liberaal, die zes jaar deel uitmaakte van de Europese Commissie. Hij was belast met ontwikkelingssamenwerking en had daarnaast uitbreiding en (korte tijd) begroting in zijn portefeuille. Vóór Deniau lid van de Commissie werd, was hij ambtenaar en diplomaat. Nadien vervulde hij regeringsposten in de kabinetten-Messmer en -Barre. Enige tijd was hij ambassadeur in Madrid en verder had hij zitting in de Franse volksvertegenwoordiging.
     
  • 9. 
    Finn Olav Gundelach (1925-1981) was het eerste Deense lid van de Europese Commissie. De eerste vier jaar, in de Commissie-Ortoli, was hij belast met de interne markt. In de Commissie-Jenkins had hij de portefeuille landbouw en visserij. Hij overleed aan de vooravond van een nieuwe commissieperiode. Gundelach was een partijloze diplomaat, die Denemarken zes jaar vertegenwoordigde bij de EG. Hij had als landbouwcommissaris volop te maken met het beperken van de overbevissing en de overproductie in de zuivel. Vanwege dat laatste probleem voerde hij de superheffing op melk in.
     
  • 10. 
    Willy Haferkamp (1923-1995) was een Duitse sociaaldemocraat die bijna achttien jaar in zes opvolgende Europese Commissie zat. Hij was onder meer belast met energie, interne markt, economische zaken, financiën en externe betrekkingen. Haferkamp was afkomstig uit de Duitse vakbeweging en had zitting in de Landdag van Noord-Rijn-Westfalen. Oorspronkelijk was hij leraar.
     
  • 11. 
    Patrick Hillery (1923-2008) was een Iers liberaal politicus, die in de Europese Commissie-Ortoli de portefeuille sociale zaken beheerde. In die functie zette hij zich in voor gelijke beloning van mannen en vrouwen. Hij verruilde die functie in december 1976 voor het presidentschap van de Ierse Republiek. Dat ambt bekleedde hij tot 1990. Hillery was arts en kwam in 1951 in het Ierse parlement. Tussen 1959 en 1973 bekleedde hij diverse ministersposten (onderwijs, arbeid, buitenlandse zaken).
     
  • 12. 
    Carlo Scarascia Mugnozza (1920-2004) was een Italiaanse christendemocratische politicus, die in 1972 Mansholt opvolgde als Europees commissaris landbouw. In de Commissie-Ortoli was hij belast met onder meer milieu, consumentenbescherming en milieu. Scarascia Mugnozza was Kamerlid en in twee kabinetten staatssecretaris van achtereenvolgens onderwijs en justitie. Aanvankelijk was hij advocaat.
     
  • 13. 
    Henri Simonet (1931-1996) was een Brusselse politicus, die voor de socialistische partij in het parlement zat en in het zesde kabinet Gaston Eyskens minister van Economische Zaken was. Tevens was hij burgemeester van Anderlecht. In 1973 kreeg Simonet de portefeuille belastingen, financiële instellingen en energie in de Europese Commissie-Ortoli. Daarna was hij nog drie jaar minister van Buitenlandse Zaken. Vanwege onvrede over de buitenlandse politiek van de socialisten stapte hij in 1985 over naar de liberalen.
     
  • 14. 
    Christopher Soames (1920-1987) was een Britse conservatief, die in de Commissie-Ortoli de portefeuille externe betrekkingen beheerde. Voordat hij Europees commissaris werd, was hij lid van het Lagerhuis, minister in de kabinetten-MacMillan en -Douglas Home en ambassadeur in Parijs. Als Lord Soames leidde hij twee jaar de conservatieven in het Hogerhuis. Als (laatste) Gouverneur speelde hij een rol in het beëindigen van het blanke minderheidsbewind in Rhodesië. Hij was een schoonzoon van Winston Churchill.
     
  • 15. 
    Altiero Spinelli (1907-1986) wordt beschouwd als één van de grondleggers van de Europese Unie. Overtuigd federalist en communist. Schreef in 1941 het befaamde "Manifest van Ventotene", waarin hij een visie voor een verenigd Europa formuleerde. Was lid van de Europese Commissie onder het voorzitterschap van Sicco Mansholt (1970-1976) en lid van het Europees Parlement (1976-1984). Als europarlementariër was hij de drijvende kracht achter een project tot formulering van een eerste Europese Grondwet, die in januari 1984 met grote meerderheid door het Europees Parlement werd aanvaard. Het document vormde de basis voor de Europese Akte (1986) en het Verdrag van Maastricht (1991).
     
  • 16. 
    George Thomson (1921-2008) was een Schotse sociaaldemocraat, die in de Commissie-Ortoli als (eerste) europees commissaris belast was regionaal beleid. Thomson werd, na redacteur te zijn geweest, op 31-jarige leeftijd lid van het Lagerhuis voor Labour en vervulde daarna diverse regeringsposten, met name op het terrein van overzeese gebieden. Hij behoorde tot de pro-Europese vleugel van Labour. Na zijn periode in Brussel werd hij Hogerhuislid. In 1981 stapte hij met onder anderen Jenkins en Owen over naar de SDP. Hij vervulde diverse functies op mediagebied.
     
  • 17. 
    Claude Cheysson (1920) is een Franse sociaaldemocraat die twee perioden lid was van de Europese Commissie. In de Commissies-Ortoli en -Jenkins was bij belast met ontwikkelingssamenwerking en in de Commissie-Delors I had hij de portefeuille Noord-Zuid-relaties en betrekkingen en met de Middellandse Zeelanden. Cheysson bekleedde diverse hoge ambtelijke functies, onder meer met betrekking tot de Franse overzeese gebieden. Verder was hij ambassadeur in Indonesië. Begin jaren tachtig was hij ruim vier jaar minister van Buitenlandse Zaken in enkele socialistische kabinetten.
     
  • 18. 
    Guido Brunner (1930-1997) was een Duitse liberaal die in de Commissies-Ortoli en -Jenkins eurocommissaris voor onder meer energie, onderzoek en wetenschap was. Brunner was diplomaat en ambtenaar van Buitenlandse Zaken. Hij speelde een belangrijke rol bij de onderhandelingen over het CVSE-verdrag (Verdrag van Helsinki) over ontspanning in Europa. Na zijn periode als eurocommissaris was hij Bondsdaglid, lid van de regering van Berlijn en ambassadeur in Madrid.
     
  • 19. 
    Cesidio Guazzaroni (1911-2004) was een Italiaanse ambtenaar en diplomaat, die als opvolger van Spinelli een half jaar lid was van de Europese Commissie. Guazzaroni was een fervent voorstander van de Europese samenwerking en speelde een belangrijke rol bij de totstandkoming van het Verdrag van Rome in 1958. Hij bleef tot hoge leeftijd betrokken bij de publieke zaak, onder andere als adviseur van president Pertini.
     
  • 20. 
    Raymond Vouel (1923-1987) was een Luxemburgse sociaaldemocraat, die in 1976 tussentijds lid werd van de Commissie-Ortoli en daarna vier jaar Europees commissaris voor mededinging in de Commissie-Jenkins was. Hij begon zijn loopbaan als journalist en was daarna staatssecretaris en vicepremier en minister van Financiën in een centrumlinks-kabinet.
     
  • 21. 
    Deze 79 landen uit Afrika, het Caribische gebied en de Stille Oceaan hebben een speciale relatie met de Europese Unie. De samenwerking dateert al vanaf het ontstaan van de Europese Gemeenschap (EG) en is toegespitst op drie belangrijke hoofdthema's: economische samenwerking, ontwikkelingssamenwerking en het bevorderen van mensenrechten en democratie.