Steun de Kamer, versterk onze democratie

Monday, August 26 2019, 13:00, Interview van Edgar Hoedemaker met Geerten Waling

Nederland kent een relatief klein parlement met weinig ondersteuning. Gemiddeld hebben Kamerleden slechts één medewerker waarmee zij moeten opboksen tegen grootschalig georganiseerde ministeries. Dit leidt tot vermoeide, overwerkte parlementariërs die met weinig mankracht een weg moeten zien te vinden in complexe wetgevingsdossiers. Tweede Kamerleden trekken hierover steeds vaker aan de bel. Een ludiek, maar ook passend voorbeeld is onderstaande tweet van Gert-Jan Segers1. Daaruit blijkt het verschil in voorbereiding op een debat tussen Hugo de Jonge2 op het ministerie van VWS en de fractie van de ChristenUnie.

En hoe ziet ondertussen de ondersteuning voor de kamerleden in datzelfde debat eruit? Nou, zo dus 😉 pic.twitter.com/07LiO0esDL

— Gert-Jan Segers (@gertjansegers) February 20, 2019

Over dit probleem maken niet alleen (ex-)politici zich zorgen. Ook journalisten, lobbyisten en politieke wetenschappers signaleren deze kwestie. Daarom is een groep betrokkenen een petitie gestart. Onder de naam 'Steun de Kamer, versterk onze democratie' (Steundekamer.nl) roepen zij eenieder op te tekenen om de democratie te versterken. Geerten Waling, één van de initiatiefnemers, legt in dit interview het probleem uit en gaat in op het belang van zijn petitie: "De Tweede Kamer moet zichzelf nu eens serieus gaan nemen. Dat is geen zaak van partijbelangen, maar van 150 individuele, welwillende maar schaamteloos verwaarloosde volksvertegenwoordigers."

Kunt u kernachtig verwoorden wat het belang is van uitgebreidere ondersteuning van de Tweede Kamer?

Onze petitie is een manier om van buiten de Kamer een signaal te geven. Het centrale doel is versterking van de democratie. Dualisme3 vergt een sterke volksvertegenwoordiging als tegenwicht tegen de regering. Ministers komen goed beslagen ten ijs en kunnen zich ter voorbereiding op debatten verzekeren van tientallen ambtenaren die voor inhoudelijke ondersteuning zorgen. Dit verdient het hoogste vertegenwoordigende orgaan van ons land ook. Het is nu als David tegenover Goliath. Er is weinig budget en het budget dat er is, gaat voor het grootste gedeelte op aan voorlichting en ondersteuning van de fractievoorzitter. De Tweede Kamer moet in zichzelf investeren om de democratie te versterken.

Op dit moment hebben fracties al een budget dat zij aan het betalen van medewerkers kunnen besteden. Dat budget is blijkbaar niet afdoende?

Het probleem is dat er in zo'n kleine 100 jaar weinig veranderd is. Er is in de jaren 1960 een belangrijke professionaliseringsslag in de Tweede Kamer geweest met de introductie van de term 'fractiemedewerker'. Het fractiebudget is gecreëerd, maar dat budget komt op dit moment vooral ten goede aan de persvoorlichting en ondersteuning van de fractievoorzitter. In al die tijd is de ondersteuning van individuele Kamerleden gelijk gebleven, terwijl het werk in omvang, complexiteit en diversiteit toenam.

De versplintering van de politiek heeft er bijvoorbeeld voor gezorgd dat Kamerleden steeds grotere portefeuilles hebben. Het budget om hier ook meer medewerking voor in te huren, is echter niet proportioneel meegegroeid. Dit maakt de Tweede Kamer, ondanks het bestaande budget, te zwak. De petitie pleit voor een verdrievoudiging van het budget dat ten goede komt aan het individuele Kamerlid. Dat geld moet dan niet alleen naar voorlichting gaan, maar het zou daadwerkelijk een geoormerkt budget moeten zijn voor beleidsondersteuning.

Een probleem is echter dat Kamerleden bang zijn om als zakkenvullers te boek te staan als zij hiervoor hun nek uitsteken. Dat is een paradoxale angst. Enerzijds komen er geluiden uit de samenleving dat mensen meer of sterkere democratie willen. Anderzijds kost een sterke democratie ook geld, maar zijn politici bang voor diezelfde samenleving die ze weg kan zetten als zakkenvullers. Dat moet doorbroken worden.

Is er in de Kamer ook sprake van een zeker momentum voor dit onderwerp? Onlangs werd bijvoorbeeld een motie van Özturk4 aangenomen die hiervoor pleitte.

Die motie kwam als een verrassing. Ik herinner mij dat Alexander Pechtold5 afzwaaide met de waarschuwing aan de Kamer dat men zich niet moet schamen het budget te verdriedubbelen. DENK was D66 in de Kamer echter voor om hier werk van te maken. De Kamer steunde het verzoek en op de achtergrond laten meerdere Kamerleden ook hun steun blijken voor de petitie.

Er liggen echter verschillende gevaren op de loer die het momentum kunnen verstoren. Vanuit de Kamer is het mogelijk dat partijbelangen, belangen van een fractievoorzitter en coalitiebelangen ervoor zorgen dat partijen terughoudend worden in het werk maken van een groter budget. Fractievoorzitters/Partijleiders kunnen bijvoorbeeld belang hebben bij tamme volksvertegenwoordigers die de partijlijn niet in de weg zitten. De kans op zogenoemde dissidenten is groter als Kamerleden met meer steun mondiger worden. De fractiediscipline is erg sterk in de Tweede Kamer, wat deels te verklaren is door de tijd die individuele Kamerleden nu hebben voor verschillende portefeuilles.

Toch zijn er ook verschillende argumenten die juist voor het huidige momentum in de Kamer pleiten. De Kamervoorzitter is bezorgd over de hoeveelheid afzwaaiende parlementariërs. Dat waren er sinds 2017 al 316, inclusief Kamerleden die naar het kabinet vertrokken. Bovendien deed de Staatscommissie Parlementair Stelsel7 een sterk pleidooi voor meer Kamerondersteuning en laten verenigingen als de VNG, de BVPA en de Open State Foundation weten dat zij achter dit standpunt staan. Een bijkomend praktisch argument is dat de verbouwing van het Binnenhof aanstaande is. Als er in die verbouwing al rekening wordt gehouden met meer kantoorruimte voor ondersteunend personeel, worden twee vliegen in één klap geslagen.

In januari van dit jaar zei Bram van Ojik8 (Kamerlid GroenLinks) in Trouw:

“Kamerleden moeten daar niet over klagen. Hun rol zit in inhoudelijke discussies over de grotere lijnen. Stef Blok9 heeft op Buitenlandse Zaken ondersteuning van misschien wel duizend ambtenaren. Als ik extra medewerkers wil om nog meer projecten onder de loep te nemen, zit ik op de foute weg. Ik moet zélf ideeën hebben"

Wat vindt u van die uitspraak?

Dat is inderdaad een opvatting die onder diverse parlementariërs leeft. Kees Verhoeven10 (D66) gaf onlangs eenzelfde soort mening op zijn Linkedinpagina. Ik denk in dit geval echter dat de argumentatie van Van Ojik een valse is, omdat het één het ander niet uitsluit. Het is goed als Kamerleden zelf met ideeën komen, maar je moet die ideeën wel kunnen uitwerken. Goede ideeën moeten samengaan met dossierbeheersing, concrete plannen en een effectief gebruik van je parlementaire rechten. Kamerleden kunnen anders hun tanden niet laten zien.

Dat zie je nu ook al terug als je kijkt naar de huidige parlementaire werkzaamheden. Er worden steeds meer moties en Kamervragen ingediend, maar het aantal initiatieven en amendementen stijgt niet zo spectaculair. Dat komt deels doordat moties en Kamervragen een relatief eenvoudig instrument zijn die zo geschreven zijn. Daar zie je dus ook dat het Kamerleden aan tijd ontbreekt. Deze profilering domineert het Kamerwerk. Voor werkbezoeken en verdiepende activiteiten hebben parlementariërs vaak alleen maar tijd in de recesperiodes. Dat moet anders.

 

De petitie 'Steun de Kamer, versterk onze democratie' is nog tot half september te ondertekenen en zal daarna worden aangeboden aan de vaste Kamercommissie Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. U kunt tekenen via onderstaande link.

  • Naar de petitie 'Steun de Kamer, versterk onze democratie'

  • 1. 
    Gert-Jan Segers (1969) was van 20 september 2012 tot 25 januari 2023 Tweede Kamerlid voor de ChristenUnie en van 10 november 2015 tot 17 januari 2023 fractievoorzitter en politiek leider. Bij de verkiezingen van 2017 was hij lijsttrekker en in 2021 was hij dat opnieuw. De heer Segers was in 2008-2012 directeur van het wetenschappelijk instituut van de ChristenUnie. Eerder werkte hij onder andere bij de EO en was hij zendingswerker in Egypte. Hij is kenner van de islamitische wereld. De heer Segers was woordvoerder algemene zaken/koninklijk huis, mensenhandel, maatschappelijke diensttijd, integratie en zorg.
     
  • 2. 
    Hugo de Jonge (1977) was van 5 september 2023 tot 2 juli 2024 minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in het kabinet-Rutte IV. Daarvoor was hij tussen 10 januari 2022 en 5 september 2023 minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening in dat kabinet. Daarvoor was hij viceminister-president en minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport in het kabinet-Rutte III. In dat kabinet nam hij op 19 maart 2020 de taken over van de afgetreden minister Bruins en werd hij met name verantwoordelijk voor de (medische) aanpak van de coronacrisis. De heer De Jonge was in 2010-2017 voor het CDA wethouder van onderwijs, jeugd en (sinds 2014) zorg in Rotterdam. Eerder was hij politiek assistent van de onderwijsbewindslieden Maria van der Hoeven en Marja van Bijsterveldt. Hij begon zijn loopbaan als onderwijzer en was later ook ambtenaar op OCW. Sinds 15 september 2024 is hij commissaris van de Koning in Zeeland.
     
  • 3. 
    Dualisme wil zeggen dat er een duidelijke scheiding is tussen kabinet en parlement. De regel die dan strikt genomen geldt, is: de regering regeert, het parlement controleert. In de praktijk is het gedrag van de Tweede Kamer echter vaak minder dualistisch.
     
  • 4. 
    Tweede Kamerlid uit Roermond, zoon van een Turkse fabrieksarbeider. Verliet in november 2014 met Tunahan Kuzu de PvdA-fractie, waarvan hij sinds 2012 deel uitmaakte, en richtte in 2015 de beweging DENK op, waarvan hij tot juni 2020 voorzitter was. Management­consultant en raadslid in zijn woonplaats en lid van Provinciale Staten van Limburg. Als Kamerlid onder meer woordvoerder binnenlandse zaken, economische zaken en defensie. Zijn filmpjes op sociale media van het stemgedrag van medeleden met een migratieachtergrond en felle debatbijdragen brachten hem soms in aanvaring met de Voorzitter. Was in de persoonlijke omgang 'rustiger'.
     
  • 5. 
    Alexander Pechtold (1965) was in 2006-2018 fractievoorzitter en politiek leider van D66. Hij was sinds november 2006 Tweede Kamerlid. De heer Pechtold was verder van 31 maart 2005 tot 3 juli 2006 minister voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties. Hij is opgeleid als kunsthistoricus en werkte onder andere bij een veilinghuis. Van 1997 tot 2002 was hij wethouder in Leiden. Vanaf eind 2002 tot 2005 was hij voorzitter van D66. en in de periode 2003-2005 burgemeester van Wageningen. De heer Pechtold was enige jaren woordvoerder Europese zaken en onderwerpen rond het koninklijk huis. Verder was hij voorzitter van de vaste commissie voor Koninkrijksrelaties. Per 1 november 2019 werd hij algemeen directeur van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen.
     
  • 6. 
    Een deel van de Tweede Kamerleden vertrekt tussentijds. Dat is vooral het geval door benoemingen tot minister of staatssecretaris, omdat die ambten niet verenigbaar zijn met het Kamerlidmaatschap. Daarnaast stromen leden soms door naar andere functies, kunnen er conflicten ontstaan of kan ziekte leiden tot het niet langer kunnen vervullen van de functie.
     
  • 7. 
    De Staatscommissie parlementair stelsel werd op 27 januari 2017 ingesteld door het kabinet-Rutte II om te adviseren over de noodzaak van veranderingen in het parlementaire stelsel en de parlementaire democratie.
     
  • 8. 
    Internationaal georiënteerde politicus van de PPR en GroenLinks, die met een onderbreking van achttien jaar twee perioden Tweede Kamerlid was. Was in 1988-1990 voorzitter van de PPR en zat in 1993-1994 voor die partij in de Kamer. Speelde een belangrijke rol bij de fusie met PSP, CPN en EVP tot GroenLinks. Na zijn eerste periode als Kamerlid ambtenaar op Buitenlandse Zaken en diplomaat. Keerde in 2012 terug in de Kamer en volgde al korte tijd later Jolande Sap op als fractievoorzitter en politiek leider, om in 2015 het stokje over te geven aan Jesse Klaver. Werd in 2017 echter opnieuw voor vier jaar Kamerlid. Gerespecteerd woordvoerder op het gebied van buitenlandse zaken, vreemdelingenbeleid en (internationaal) milieubeleid, wiens bijdragen in debatten zich enerzijds kenmerkten door principiële stellingname en anderzijds door een zekere bezadigdheid en milde wijsheid.
     
  • 9. 
    Stef Blok (1964) was van 25 mei 2021 tot 10 januari 2022 minister van Economische Zaken en Klimaat. Hij verving minister Van 't Wout. Zijn taken als minister van Buitenlandse Zaken, wat hij sinds 7 maart 2018 was, werden overgenomen door minister Kaag. In het kabinet-Rutte II was de heer Blok van 5 november 2012 tot 27 januari 2017 minister voor Wonen en Rijksdienst en van 27 januari tot 26 oktober 2017 minister van Veiligheid en Justitie. Van 25 augustus 1998 tot 5 november 2012 was de heer Blok Tweede Kamerlid. Hij was in de periode 2010-2012 fractievoorzitter van de VVD in de Tweede Kamer. Daarvoor was hij kredietanalist-secretaris Concern Krediet College en accountmanager Corporate Banking bij ABN/Amro. In de Tweede Kamer was hij woordvoerder sociale zekerheid, AOW, pensioenen en financiën. De heer Blok is sinds 2022 lid van de Europese Rekenkamer.
     
  • 10. 
    Bijna elf jaar een vooraanstaand en goed aangeschreven Tweede Kamerlid van D66, met grote belangstelling voor digitalisering en cyberveiligheid. Was twee jaar vicefractievoorzitter en tevens enkele keren campagneleider. Voor hij Kamerlid werd directeur van de regio Amsterdam van MKB Nederland. Hield zich in de Kamer dan ook enige tijd bezig met economische onderwerpen, zoals marktordening en mededinging. Later waren zaken waarover hij sprak onder meer mediabeleid, luchtvaart, auteursrecht, Europese zaken, inlichtingendiensten en digitalisering. Als ondervoorzitter van een Kamercommissie over de digitale toekomst zette hij ICT nadrukkelijk op de kaart. Was verder voorzitter van de onderzoekscommissie huurprijzen. Zorgde voor wetgeving om de bijzondere strafbepalingen over majesteitsschennis te schrappen en over verdere zondagsopenstelling van winkels.