Achtergrond: 'tijdelijke' vervanging zonder wettelijke basis, kan dat?

Monday, January 1 2024, 21:37

DEN HAAG (PDC) - FVD-fractievoorzitter Thierry Baudet1 kondigt aan dat Pepijn van Houwelingen2 voor de duur van de parlementaire enquête corona3 zal terugkeren als Tweede Kamerlid. Het huidige lid Freek Jansen4 zal plaats voor hem maken. Kan dat, en zo ja, hoe dan?

Het betreft hier niet een vervanging als bedoeld in artikel X van de Kieswet. Die heeft alleen betrekking op tijdelijke vervanging (zestien weken) vanwege zwangerschap of ziekte. Voor dat laatste is een medisch bewijs nodig.

In een partij kan wel onderling de afspraak worden gemaakt dat de 'opvolger' na verloop van tijd weer plaatsmaakt voor degene die hij vervangt. Voor de wettelijke vervangingsregeling bestond, gebeurde dat al eens. Afdwingbaar is die terugkeer dan niet.

In september 1977 moesten de PvdA-ministers na drie maanden kiezen tussen ministerschap en Kamerlidmaatschap (die regeling bestond tot 1983). Zij kozen voor het eerste en bedankten als lid. Hun 'vervangers' beloofden plaats te maken als de PvdA niet zou terugkeren in het kabinet. Toen dat het geval was, namen de 'vervangers' (onder wie Flip de Kam5 en Wijnie Jabaaij6) ontslag, zodat onder anderen Joop den Uyl7, Bram Stemerdink8 en Max van der Stoel9 konden terugkeren.

Veel eerder, in 1949, liet PvdA-Eerste Kamerlid G.E. van Walsum10 zich wegens ziekte vervangen door F. Wibaut11. Van Walsum kon wegens ziekte de beslissende stemming over de soevereiniteitsoverdracht aan Indonesië niet bijwonen en elke stem was nodig. Vandaar de tijdelijke vervanging. Wibaut maakte later weer plaats voor Van Walsum.

Het achterwege blijven van de belofte van de 'vervanger' om vrijwillig weer plaatsmaken, was in 1990 reden voor de PSP12 om Andrée van Es13 gedurende haar zwangerschap niet te laten vervangen. Dat probleem was reden om tot wettelijke regeling te komen. Die regeling kwam er overigens pas in 2006.

Read more ...

  • Tijdelijke vervanging volksvertegenwoordigers
  • Parlementaire enquête naar de aanpak van de coronapandemie

  • 1. 
    Thierry Baudet (1983) is fractievoorzitter van Forum voor Democratie (FVD) in de Tweede Kamer. Hij is lid van de Tweede Kamer sinds 23 maart 2017, met een onderbreking van drie maanden in 2025. De rechtsfilosoof Baudet is publicist, journalist en opiniemaker. Hij was oprichter-directeur van Popup University en voorzitter van de denktank Forum voor Democratie en daarna partijvoorzitter. Als eurokritische denker was hij betrokken bij Burgerforum EU en bij de campagne voor een raadgevend referendum over het EU-associatieverdrag met Oekraïne. Van 6 februari tot 29 maart 2023 was hij tevens Statenlid in Noord-Holland.
     
  • 2. 
    Pepijn van Houwelingen (1980) is sinds 1 april 2025 Tweede Kamerlid voor FVD. Eerder was hij dat van 31 maart 2021 tot 6 december 2023 en van 18 januari tot 19 november 2024. De heer Van Houwelingen was sinds 2010 als onderzoeker verbonden aan het Sociaal en Cultureel Planbureau en medeorganisator van het Oekraïne-referendum. De heer Van Houwelingen houdt zich als Tweede Kamerlid onder meer bezig met binnenlandse zaken, Europese zaken, landbouw, natuur en voedselkwaliteit, sociale zaken en werkgelegenheid en volksgezondheid, welzijn en sport. Eerder was hij lid van de enquêtecommissie corona.
     
  • 3. 
    Op 4 november 2021 besloot de Tweede Kamer een parlementaire enquête te starten over de aanpak van de coronapandemie. Het doel is tweeledig: enerzijds is de enquête bedoeld om te leren van de ervaringen uit de corona-aanpak, anderzijds wil de Tweede Kamer aan de hand van de enquête een evaluatie plegen van alle aspecten van het beleid, de keuzes en van de betrokken actoren.
     
  • 4. 
    Frederik Jansen (1992) was van 31 maart 2021 tot 16 januari 2024 Tweede Kamerlid voor FVD. Hij was eerder beleidsmedewerker bij de FVD-Tweede Kamerfractie en voorzitter van de Jongerenvereniging Forum voor Democratie (JFVD). De heer Jansen hield zich als Kamerlid vooral bezig met infrastructuur en waterstaat, sociale zaken en werkgelegenheid en onderwijs, cultuur en wetenschap.
     
  • 5. 
    Fiscalist, die drie maanden voor de PvdA zitting had in de Tweede Kamer. Kwam tussentijds in de Kamer, maar maakte begin 1978 weer plaats voor Van der Stoel, toen de PvdA niet terugkeerde in het kabinet. Werkte als wetenschapper in Leiden en Amsterdam en bij het Sociaal en Cultureel Planbureau en was hoogleraar economie van de publieke sector in Groningen. Vruchtbaar publicist, die deel uitmaakte van enkele belangrijke adviescommissies.
     
  • 6. 
    Opvallend PvdA-Tweede Kamerlid uit Dordrecht met een laagdrempelige stijl. Onorthodoxe en kleurrijke vrouw, die uit protest tegen de kabinetten-Lubbers regelmatig in rouwkleren in de Kamer verscheen. Ook enigszins provocerend en theatraal optreden schuwde zij niet. Zette zich vooral in voor vrouwenemancipatie en minderheden. Fractiewoordvoerster Antilliaanse zaken, die geliefd was op de Antillen. Bedankte als Kamerlid omdat zij vond dat kiezers recht hadden op gezonde politici. Zij leed aan multiple sclerose. Moeder van de schrijver Ronald Giphart.
     
  • 7. 
    Gedreven PvdA-ideoloog en -politicus en econoom. Voor sommigen 'ome Joop', voor anderen de verpersoonlijking van verfoeilijk socialisme. Kwam vanuit de journalistiek in de 'denktank' van de PvdA en werd in 1956 Tweede Kamerlid. Stapte in 1962 over het wethouderschap van economische zaken in Amsterdam en stimuleerde onder andere de industrievestiging. In 1965 minister van Economische Zaken in het kabinet-Cals. Volgde in 1966 Vondeling op als partijleider. Zou tot 1986 het gezicht van de PvdA zijn. Het door hem geleide kabinet ging als het meest linkse de geschiedenis in. Kon het succes bij de verkiezingen van 1977 niet omzetten in hernieuwde regeermacht. Zijn derde optreden als minister (ditmaal van Sociale Zaken onder Van Agt) verliep teleurstellend. Ondanks herstel in 1982 bleef zijn partij buiten het kabinet. Erudiet analyticus en scherp debater, die door zijn gedrevenheid echter soms drammerig overkwam.
     
  • 8. 
    Jarenlang als Tweede Kamerlid en bewindsman defensiespecialist van de PvdA. Was aanvankelijk kapitein bij de Landmacht, maar verloor bij een militaire oefening een oog, waarna hij rechten ging studeren. Daarna secretaris van de Krijgsraad, Statenlid in Noord-Brabant en raadslid in Den Bosch en vanaf 1970 Tweede Kamerlid. In het kabinet-Den Uyl was hij staatssecretaris en één jaar minister. In het kabinet-Van Agt II weer staatssecretaris. In de periodes 1978-1981 en 1982-1994 eveneens Kamerlid. Onafhankelijk politicus met historische belangstelling. Voerde actie voor het behoud van de oude vergaderzaal van de Tweede Kamer. IJverig publicist.
     
  • 9. 
    Vooraanstaande, bedachtzame PvdA-politicus met een grote internationale staat van dienst op het gebied van mensenrechten. Was international secretaris van de PvdA en daarna Eerste en Tweede Kamerlid. Staatssecretaris onder Luns in het kabinet-Cals. Keerde in 1967 terug in de Tweede Kamer en protesteerde toen krachtig tegen mensenrechtenschendingen door het Griekse kolonelsregime. Minister van Buitenlandse Zaken in het kabinet-Den Uyl die zich inzette voor ontspanning tussen Oost en West. Nadien als Kamerlid veel gematigder dan zijn fractiegenoten. Na een kort ministerschap in het kabinet-Van Agt II ambassadeur bij de VN, staatsraad en Hoge Commissaris voor de mensenrechten. Genoot lange tijd in het buitenland, vooral in Griekenland en Tsjecho-Slowakije, meer waardering dan bij zijn partijgenoten in eigen land. Speelde een bemiddelende rol in de kwestie-Zorreguieta.
     
  • 10. 
    Bestuurder van christelijk-historischen huize, die na de bevrijding 'doorbrak' naar de PvdA. Voor de oorlog secretaris van de Rotterdamse Kamer van Koophandel en lid van de hoofdredactie van het CH-dagblad De Nederlander. In 1946 wethouder van Rotterdam. Werd na een korte periode Tweede Kamerlid te zijn geweest in 1948 burgemeester; eerst van Delft en daarna van Rotterdam. Combineerde dat met het Eerste Kamerlidmaatschap. Stond bekend als een regent met gevoel voor decorum. Door zijn integriteit, toewijding en bestuurskracht was hij echter zeer gezien bij de Rotterdamse bevolking.
     
  • 11. 
    Amsterdamse oogarts, zoon van de 'grote' Amsterdamse wethouder F.M. Wibaut. Tussen 1945 en 1958 met onderbrekingen vier periodes Eerste Kamerlid. Deed als oogarts baanbrekend wetenschappelijk werk bij het bestrijden van oogziekten. Was in de oorlog actief in het artsenverzet en vervulde later functies op het gebied van de volksgezondheid. Vooral de functie van secretaris-penningmeester van de Maatschappij ter Bevordering der Geneeskunst was daarbij van betekenis. In de Eerste Kamer was volksgezondheid eveneens het terrein waarmee hij zich vooral bezighield.
     
  • 12. 
    De Pacifistisch-Socialistische Partij (PSP), opgericht in 1957, was een pacifistische partij, die tevens streefde naar hervorming van de maatschappij in socialistische zin. In 1990 fuseerde de partij met PPR, CPN en EVP tot GroenLinks.
     
  • 13. 
    Strijdbaar en actief Tweede Kamerlid voor de PSP en GroenLinks. Was al op jonge leeftijd Tweede Kamerlid voor de PSP, na eerst fractiemedewerker te zijn geweest. Zette zich in voor rechten van minderjarigen, minderheden en vrouwen en voerde in vele debatten het woord. Kwam in 1986 in conflict met fractieleider Van der Spek over de koers van de partij, omdat zij voorstander was van samenwerking met CPN en PPR. Onderbrak, hoewel zij toen het enige PSP-Kamerlid was, haar Kamerlidmaatschap vanwege zwangerschap. Na haar vertrek uit de politiek onder meer werkzaam bij de omroep, directeur van 'De Balie', voorzitter van GGZ Nederland en directeur-generaal Bestuur en Koninkrijksrelaties. In 2010-2014 was zij wethouder van Amsterdam.