Staatsraad 1805-1806

Source: Parlement.com.

De Staatsraad was het adviescollege van de raadpensionaris (R.J. Schimmelpenninck1). De Staatsraad begon op 29 april 1805 haar werkzaamheden. Over alle voorstellen van wet moest, voordat ze werden ingediend bij het Wetgevend Lichaam2, door de Staatsraad advies worden gegeven. Bij een negatief advies moest in overleg worden getreden met de secretarissen van staat (ministers).

De Staatsraad telde acht leden, die vooral deskundig waren op financieel-administratief gebied.

Het (vice)voorzitterschap wisselde maandelijks (via loting). Als de raadspensionaris aanwezig was, zat hij de vergadering voor. Secretaris was mr. J.H. Appelius3.

1.

Leden

Goldberg, J. baron Goldberg, J. baron, van 1 mei 1805 tot 27 juni 1806
Jacobson, G.J. Jacobson, G.J., van 1 mei 1805 tot 27 juni 1806
Kasteele, P.L. van deKasteele, P.L. van de, van 1 mei 1805 tot 3 december 1805
Queysen, W. Queysen, W., van 1 mei 1805 tot 21 juni 1806
Roijen, H. vanRoijen, H. van, van 16 september 1805 tot 27 juni 1806
Six van Oterleek, W. Six van Oterleek, W., van 1 mei 1805 tot 21 juni 1806
Vos van Steenwijk, J.A. baron deVos van Steenwijk, J.A. baron de, van 1 mei 1805 tot 10 mei 1806
Wichers, H.L. Wichers, H.L., van 1 mei 1805 tot 27 juni 1806
 

Meer over

  • Periode van raadpensionaris Schimmelpenninck4

  • 1. 
    Telg uit een adellijke Gelders-Overijsselse familie die al als student actief was in de patriottenbeweging. Advocaat in Amsterdam. Kwam na de omwenteling van 1795 in het voorlopige stadsbestuur. Behoorde als lid van de Nationale Vergadering tot de gematigde unitarissen. Werd in 1798 Bataafs ambassadeur in Parijs en speelde een belangrijke rol bij het verdedigen van de Nederlandse belangen. In 1802 gezant in Londen, maar later teruggekeerd in Parijs. Nam op verzoek van Napoleon in 1805 als raadpensionaris de regering over van het Staatsbewind. Na een jaar vervangen door koning Louis Napoleon. Tijdens de inlijving was hij senator in Parijs. Als Eerste Kamerlid onder Willem I voerde hij oppositie tegen enkele financiële voorstellen. Trad terug uit het openbare leven vanwege een oogaandoening.
     
  • 2. 
    Het Wetgevend Lichaam ten tijde van het bewind van Rutger Jan Schimmelpenninck (1805-1806) bestond uit negentien leden. Het waren deels oude regenten, zoals Six van Oterleek, Van Foreest en Van Styrum, en deels gematigde patriotten, zoals Van Hooff en De Vos van Steenwijk.
     
  • 3. 
    Zeeuwse patriot, die in de Bataafs-Franse Tijd diverse belangrijke functies vervulde (onder meer lid van de Staatsraad). Onder Lodewijk Napoleon minister van Justitie en Politie. Speelde als directeur-generaal voor de belastingen en later als minister van Financiën een belangrijke rol bij de financiële politiek van Willem I. Kon de verlangens van de noordelijke zeeprovincies echter niet verenigen met die van de zuidelijke industrieprovincies. De door hem verdedigde Stelselwet leidde tot heftig verzet van de Belgen.
     
  • 4. 
    Het eenhoofdige bewind van raadpensionaris Rutger Jan Schimmelpenninck wordt in februari 1805 ingesteld door de Fransen (Napoleon) en vangt op 29 april dat jaar, na een (schijn)referendum over een nieuwe Grondwet waaraan slechts weinig burgers meedoen. Het bewind houdt het één jaar uit. Schimmelpenninck was daarmee president van de Bataafse Republiek (Bataafs Gemenebest).