Bevoegdheden Europese Unie
De Europese Unie1 gaat over verschillende onderwerpen. Dat hebben de lidstaten van de Europese Unie2 vastgelegd in de Europese verdragen3. Per beleidsterrein is aangegeven wat de bevoegdheden van de EU en van de lidstaten zijn. Er zijn grote verschillen: soms neemt de EU het voortouw en mogen de lidstaten niet op eigen gelegenheid beleid maken; op sommige terreinen delen de lidstaten en de EU bevoegdheden en soms ondersteunt de EU de lidstaten, maar mag zij zelf geen beleid maken. Er zijn ook een aantal terreinen waar de EU helemaal geen bevoegdheden heeft.
Contents
Exclusieve bevoegdheden EU (Artikel 3 VwEU4)
-
-Douanebeleid
-
-Mededinging voor zover nodig om de interne markt te laten functioneren
-
-Bescherming van visbestanden
-
-Monetair beleid (alleen voor euro-lidstaten5)
Gedeelde bevoegdheid EU en lidstaten (Artikel 4 VwEU6)
-
-Interne markt, met uitzondering van niet-economische diensten van algemeen belang
-
-Visserijbeleid
-
-Landbouwbeleid
-
-Vervoersbeleid
-
-Energiebeleid
-
-Consumentenbeschermingbeleid
-
-Uitbreiding van de EU
-
-Onderzoeksbeleid waarbij het vooral gaat om onderzoeksprogramma's
-
-Een deel van het sociaal beleid, vooral bij de rechtspositie en gezondheid van werknemers
-
-Justitiële en politiële samenwerking, vooral grensoverschrijdende zaken
-
-Macro-economisch beleid (het toezicht op de economieën van de eurozone is een stuk strenger; de lidstaten behouden veel beleidsruimte maar op het niet halen van doelstellingen staan sancties)
-
-Regionale ontwikkeling (vooral subsidieprogramma's en de voorwaarden hiervoor)
-
-Humanitaire hulp
-
-Terrorismebeleid
Ondersteunende bevoegdheid EU (Artikel 5 VwEU7)
-
-Volksgezondheid, vooral preventie en coördinatie van grensoverschrijdende bedreigingen en patiëntenrechten
-
-(Een deel van) sociaal beleid, met name waar het bevorderen van werkgelegenheid centraal staat
-
-Onderwijsbeleid, beperkt tot steunprogramma's en erkenning van diploma's
-
-Cultuurbeleid
-
-Jeugdbeleid
-
-Sportbeleid
-
-Industrie-, telecom en ICT-beleid
-
-Buitenlands en veiligheidsbeleid
-
-Deels fiscaal beleid, bij maatregelen over de interne markt
-
-Administratieve samenwerking
-
-Civiele bescherming
Geen bevoegdheden EU
-
-Onderwijsbeleid
-
-Sociale zekerheid
-
-Volksgezondheidsbeleid
-
-Belastingen, met uitzonderingen van belastingen die de interne markt kunnen verstoren
-
-Familierecht
-
-Ruimtelijke ordening, mits op nationaal niveau voldaan wordt aan regels ter bescherming van flora en fauna
-
-Openbare orde
-
-Inrichting van het openbaar bestuur
Extern beleid: impliciete bevoegdheden
Wanneer de Europese Unie bevoegd is op een bepaald beleidsterrein, is de EU ook bevoegd op het gebied van de externe betrekkingen op dat terrein. Zo is de EU bevoegd om op het gebied van de visserij internationale overeenkomsten te sluiten.
Als lidstaten verder willen gaan
Lidstaten of groepen lidstaten mogen beleid maken dat verder gaat dan het gezamenlijke Europese beleid (nauwere samenwerking8). Hiervoor gelden twee voorwaarden:
-
-lidstaten moeten aan de door de Europese Unie opgestelde minimumnormen blijven voldoen
-
-het mag de werking van de interne markt niet verstoren
In de Europese verdragen is opgenomen (in artikel 352 VwEU9) dat de Europese Unie in noodzakelijke gevallen mag 'optreden' om de doelstellingen van die verdragen te realiseren, ook al heeft de EU daar geen bevoegdheid toe. Voor dergelijk optreden gelden wel strenge voorwaarden; bij de besluitvorming zijn hoge drempels opgeworpen. Dit artikel is niet van toepassing op het buitenland- en veiligheidsbeleid.
Naast specifieke beleidsterreinen is de EU gebonden aan een paar principes waar tijdens het opstellen van beleid rekening mee gehouden moet worden. Dit kan leiden tot een ruime interpretatie van de bevoegdheden van de EU. Deze principes zijn:
-
-het bestrijden van discriminatie, en het bevorderen van gelijkheid tussen mannen en vrouwen
-
-het waarborgen van de sociale gevolgen van beleid, het bevorderen van werkgelegenheid en adequate sociale bescherming en het bestrijden van sociale uitsluiting
-
-bij al het beleid moet rekening worden gehouden met:
-
-duurzaamheid en de gevolgen voor het milieu en dierenwelzijn
-
-consumentenrechten
-
- 1.De Europese Unie (EU) is het belangrijkste samenwerkingsverband in Europa. De deelnemende landen hebben voor deze Unie een aantal organisaties opgericht waaraan zij een deel van hun eigen bevoegdheden hebben overgedragen. Dit zijn onder meer het Europees Parlement, de Europese Commissie, de Raad en het Europese Hof van Justitie.
- 2.Momenteel zijn 27 landen lid van de Europese Unie. De meest recente uitbreiding van de Unie vond plaats op 1 juli 2013, met de toetreding van Kroatië. Er wordt verder over uitbreiding gesproken met verschillende landen in Oost-Europa. Het Verenigd Koninkrijk is sinds 31 januari 2020 middernacht geen lid meer van de Europese Unie. Dat was het eerste land dat de EU verliet.
- 3.De geschiedenis van de Europese verdragen begint bij de oprichting van de eerste "Gemeenschap", de Europese Gemeenschap voor kolen en staal (de EGKS). Tussen 1952 (EGKS) en 2007 ("Lissabon") zijn negentien verdragen gesloten tussen een steeds toenemend aantal lidstaten.
- 4.1. De Unie is exclusief bevoegd op de volgende gebieden:
- 5.De eurozone bestaat uit de 20 EU-lidstaten die de euro hebben ingevoerd als wettig betaalmiddel. Deze lidstaten voeren gezamenlijk het eurobeleid. De landen waar de euro wel als betaalmiddel geaccepteerd wordt maar die geen lid zijn van de EU behoren niet tot de eurozone.
- 6.1. De Unie heeft een met de lidstaten gedeelde bevoegdheid in de gevallen waarin haar in de Verdragen een bevoegdheid wordt toegedeeld die buiten de in de artikelen 3 en 6 bedoelde gebieden valt.
- 7.1. De lidstaten coördineren hun economisch beleid binnen de Unie. Daartoe stelt de Raad maatregelen vast, met name globale richtsnoeren voor dat beleid.
- 8.EU Member states may wish to cooperate more closely on specific areas than is currently the case in the European Union. If the intent to cooperate is on a policy area that lies within or is closely tied to EU competency the EU is closely involved in such initiatives. By means of the enhanced cooperation procedure the EU tries to prevent any such initiatives from a group of member states from clashing with EU policy.
- 9.1. Indien een optreden van de Unie in het kader van de beleidsgebieden van de Verdragen nodig blijkt om een van de doelstellingen van de Verdragen te verwezenlijken zonder dat deze Verdragen in de daartoe vereiste bevoegdheden voorzien, stelt de Raad, op voorstel van de Commissie en na goedkeuring door het Europees Parlement, met eenparigheid van stemmen passende bepalingen vast. Wanneer de bepalingen door de Raad volgens een bijzondere wetgevingsprocedure worden vastgesteld, besluit hij eveneens met eenparigheid van stemmen, op voorstel van de Commissie en na goedkeuring van het Europees Parlement.