Mr. S. de Vries Czn. - Main contents

ARP-Kamerlid, bestuurder en minister. Voor hij de politiek in ging onderwijzer en advocaat. In 1902 als opvolger van Idenburg i Tweede Kamerlid voor Gouda en in 1907 afgevaardigde voor het district Sneek. Werd in 1908 wethouder van onderwijs in Amsterdam en had tijdens de Eerste Wereldoorlog de portefeuille financiën. Als minister van Financiën in het kabinet-Ruijs de Beerenbrouck I i 'tweede keuze', nadat anderen hadden geweigerd. Trachtte zich met humor staande te houden, maar verdween in 1921 voortijdig, vanwege kritiek op zijn beleid en een parlementaire nederlaag. Was na zijn aftreden wethouder van Den Haag en korte tijd Eerste Kamerlid.

ARP
functie(s) in de periode 1902-1923: lid Tweede Kamer, lid Eerste Kamer, minister

• - 

  onderwijzer te Amsterdam, from 1889 until 1899
• - 

  advocaat en procureur te Amsterdam, from 1899 until 1918
• - 

  schoolopziener, arrondissement Amsterdam VII, from 1 April 1901 until 1 March 1907
• - 

  lid gemeenteraad van Amsterdam, from 3 September 1901 until 9 September 1918 (gekozen in district VIII)
• - 

  lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, from 18 November 1902 until 19 September 1905 (voor het kiesdistrict Gouda)
• - 

  lid Provinciale Staten van Noord-Holland, from 13 July 1907 until 23 June 1913 (voor het kiesdistrict Amsterdam VII)
• - 

  lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, from 11 December 1907 until 18 September 1908 (voor het kiesdistrict Sneek)
• - 

  wethouder (van onderwijs) van Amsterdam, from 25 May 1908 until 1 September 1914
• - 

  wethouder (van financiën en gemeentebedrijven) van Amsterdam, from 1 September 1914 until 9 September 1918
• - 

  minister van Financiën, from 9 September 1918 until 28 July 1921
• - 

  advocaat en procureur te 's-Gravenhage, from 1921 until 1940
• - 

  lid Eerste Kamer der Staten-Generaal, from 25 July 1922 until 18 September 1923 (voor de provincie Groningen)
• - 

  lid gemeenteraad van 's-Gravenhage, from 1 September 1931 until 1 September 1941
• - 

  wethouder (van sociale zaken) van 's-Gravenhage, from 1 September 1931 until 3 September 1935
• - 

  wethouder (van gemeentebedrijven) van 's-Gravenhage, from 5 September 1939 until 1 September 1941

• - 

  tweede secretaris A.R.-Kamerclub, Tweede Kamer der Staten-Generaal, from 18 March 1908 until 18 September 1908
• - 

  voorzitter Bond van antirevolutionaire raadsleden, around 1917
• - 

  lid Centraal Comité van ARP-kiesverenigingen, from 1925

• - 

  voorzitter commissie van beheer, Gereformeerde kerk te Amsterdam, from 1908 until 1918
• - 

  lid College van Curatoren Vrije Universiteit te Amsterdam, from 1910 until 1918
• - 

  voorzitter commissie tot het tegengaan van hypothecaire executies
• - 

  voorzitter commissie van beroep voor "gewone geschillen" tussen scholen aangesloten bij de schoolraad
• - 

  lid curatorium Christelijk "Marnix Gymnasium" te Rotterdam
• - 

  voorzitter Centrale Commissie voor Georganiseerd overleg
• - 

  regeringscommissaris Nederlandsch-Duitsch Credietverdrag, from 1921 until 1945
• - 

  Rijksbemiddelaar, tweede district (Noord-Holland), from 16 April 1924 until 1942
• - 

  lid College van Curatoren Vrije Universiteit te Amsterdam, around 1926 until 1945
• - 

  lid Raad van Commissarissen N.V. Christelijk Volksdagblad "De Amsterdammer", around 1928

• - 

  Gereformeerde Kweekschool voor onderwijzers te Amsterdam, until 1887 (hoofdakte in 1889)

• - 

  rechtsgeleerdheid, Vrije Universiteit te Amsterdam, from 25 September 1894 until 13 January 1900
• - 

  rechtswetenschap (gepromoveerd op stellingen), Gemeentelijke Universiteit te Amsterdam, 3 November 1899

• - 

  Sprak als Tweede Kamerlid vooral over lager onderwijs en pensioenen

• - 

  Kreeg als minister van Financiën te maken met de financiële nasleep van de Eerste Wereldoorlog (met name financiering levensmiddelenvoorziening). Schafte de oorlogswinstbelasting af, maar handhaafde de door Treub ingevoerde verdedigingsbelastingen. Daarnaast kwam er een nieuwe gedwongen staatslening. Zag af van invoering van een vermogensaanwasbelasting.
• - 

  Voerde in 1918 het (centrale) georganiseerde overleg over arbeidsvoorwaarden van ambtenaren in
• - 

  Bracht in januari 1919 een kabinetscirculaire uit over de centrale rol die de minister van Financiën speelde bij uitgaven door departementen. Hiermee werd geïntroduceerd dat de minister van Financiën een oordeel moet geven over de financiële consequenties van alle wetsvoorstellen en van andere beleidsvoornemens. Bij geschil van mening moest de ministerraad beslissen.
• - 

  Voerde in 1920 een nieuw bezoldigingsbesluit in voor ambtenaren
• - 

  In 1920 verwierp de Tweede Kamer met 37 tegen 19 stemmen het door hem en minister König verdedigde wetsvoorstel tot inrichting van de postcheque- en girodienst tot staatsbedrijf
• - 

  Stelde in 1921 een Bezuinigingsinspectie in, die moest toezien op doelmatigheid bij de overheidsuitgaven

• - 

  Bracht in 1921 diverse wetten tot stand tot verhoging van belastingen, zoals verhoging van de accijns op gedistilleerd en van de successierechten, en voerde de accijns op tabak in. Voerde een nieuw tarief in voor belasting op vermogen en inkomen in.

• - 

  Trad in 1918 als laatste toe tot het kabinet-Ruijs de Beerenbrouck, nadat thesaurier-generaal L.J.A. Trip, jhr. D.J. de Geer en het AR-Kamerlid F.H. de Monté VerLoren een benoeming hadden geweigerd
• - 

  Werd in juni 1920 als tweede op de voordracht voor de Algemene Rekenkamer geplaatst (vacature-Mackay)
• - 

  In de Tweede Kamer werd kritiek geuit op de weinig vaste koers waarmee de minister optrad, met name op het gebied van de (verplichte) leningen, belastingheffing en de ambtenarensalarissen. Moest in de Tweede Kamer enkele malen het machtswoord uitspreken om de wetsvoorstellen tot verhoging van belastingen aanvaard te krijgen.
• - 

  De verwerping op 13 mei 1921 van artikel 7 (over de grondslag voor de belastingheffing) van zijn ontwerp-Wet Grondbelasting was reden voor hem om schorsing te vragen van de behandeling van het voorstel. Voor het artikel stemden 39 leden en tegen 36 (onder wie 3 CHU, 1 ARP en 1 R.K.)
• - 

  Na de reconstructie van het kabinet in 1921 keerde hij (samen met minister Pop) niet terug. Er was even sprake van dat hij minister van Marine zou worden en dat De Geer hem op Financiën zou opvolgen. Uiteindelijk keerde hij niet terug en werd zijn jonge voormalige compagnon in de advocatuur, mr. H. Bijleveld, minister van Marine.

• - 

  Versloeg in 1902 bij een tussentijdse verkiezing in het district Gouda M.M. Schim van der Loeff (lib.)
• - 

  Werd in 1905 in het district Gouda verslagen door jhr. W.Th.C. van Doorn (ul) en in het kiesdistrict Amsterdam VIII na herstemming door P. Nolting (vdb)
• - 

  Werd in 1905 bij een naverkiezing in het district Arnhem na herstemming verslagen door K. Eland (ul)
• - 

  Versloeg in 1907 bij een tussentijdse verkiezing in het district Sneek Mr. A. Ferf (ul)
• - 

  Versloeg in 1922 bij de verkiezing van Eerste Kamerleden in Provinciale Staten van Groningen in de derde stemmingsronde L.J.H. Eversen (sdap) met 21 tegen 19 stemmen. Na de tweede stemmingsronde was C.C. Geertsema (lib.) afgevallen.

U ziet een selectie van wetenswaardigheden. In de uitgebreide versie is een overzicht van wetenswaardigheden opgenomen.

• - 

  W. Slagter, "Vries (czn.), Simon de (1869-1961)", in: Biografisch Woordenboek van Nederland, deel IV, 533
• - 

  Persoonlijkheden in het Koninkrijk der Nederlanden in woord en beeld (1938)
• - 

  P. Hofland, "Leden van de raad. De Amsterdamse gemeenteraad 1814-1941"
• - 

  H. van Felius en H.J. Metselaars, "Noordhollandse Statenleden 1840-1919"
• - 

  Wie is dat? 1956

In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.

Uitgebreide biografieën van de huidige leden van de Eerste en Tweede Kamer zijn beschikbaar via parlement.com.

Voor de overige ruim 5000 biografieën geldt het volgende:

In het digitale biografisch archief van de Stichting PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, parlementaire activiteiten, opleiding en wetenswaardigheden. Voorlopig is het beschikbaar stellen van uitgebreide biografieën, en/of daarop gebaseerde statistische gegevens, opgeschort. Wilt u een uitgebreide biografie inzien? Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.