Lijst van vragen en antwoorden over het Defensie Projectenoverzicht 2021 - Materieelprojecten

Deze lijst van vragen en antwoorden i is onder nr. 347 toegevoegd aan dossier 27830 - Materieelprojecten Defensie.

1.

Kerngegevens

Officiële titel Materieelprojecten; Lijst van vragen en antwoorden; Lijst van vragen en antwoorden over het Defensie Projectenoverzicht 2021
Document date 25-10-2021
Publication date 25-10-2021
Nummer KST27830347
Reference 27830, nr. 347
Commission(s)
External link original article
Original document in PDF

2.

Text

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2021

2022

27 830

Materieelprojecten

Nr. 347

LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN

Vastgesteld 27 oktober 2021

De vaste commissie voor Defensie heeft een aantal vragen voorgelegd aan de Minister van Defensie over de brief van 21 september 2021 inzake het Defensie Projectenoverzicht 2021 (Kamerstuk 27 830, nr. 344).

De Minister heeft deze vragen beantwoord bij brief van 22 oktober 2021. Vragen en antwoorden zijn hierna afgedrukt.

De fungerend voorzitter van de commissie,

Aukje de Vries

Adjunct-griffier van de commissie,

Mittendorff

kst-27830-347 ISSN 0921 - 7371 's-Gravenhage 2021

  • 1. 
    Wat is het totale bedrag aan investeringsbudget dat in 2022 en 2023 wordt aangewend om urgente knelpunten rond het vastgoed aan te pakken? Waar gaat dit ten koste van?

Voor 2022 en 2023 is voor elk jaar € 140 miljoen extra aangewend om urgente knelpunten rond het vastgoed aan te pakken. Dit wordt vooralsnog gefinancierd vanuit de reservering voor toekomstige materieelprojecten kleiner dan € 5 miljoen met een relatief korte looptijd.

  • 2. 
    Wat is de omvang van de tekorten bij de instandhoudingsbud-getten bij luchtmacht, landmacht en marine?

In het rapport Brede maatschappelijke heroverwegingen Veiligheid en veranderende machtsverhoudingen (Kamerstuk 32 359, nr. 4) is gegeven de huidige omvang van de organisatie een bedrag van € 1,7 miljard becijferd voor het herstel van de bedrijfsvoering van de krijgsmacht. De tekorten bij de instandhoudingsbudgetten maken onderdeel uit van dit bedrag. Tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen (Handelingen II 2021/22, nr. 3, Algemene Politieke Beschouwingen) is naar aanleiding van de motie van het lid Hermans (Kamerstuk 35 925, nr. 13, d.d. 23 september 2021) vanaf 2022 € 300 miljoen structureel aan de defensiebegroting toegevoegd, bestemd voor het verkleinen van achterstanden in het onderhoud van militair materieel, kazernes en andere gebouwen en ICT. Van deze € 300 miljoen zal € 120 miljoen aangewend worden om de instandhoudingstekorten bij de landmacht, luchtmacht en marine te verminderen.

  • 3. 
    Is het om de tekorten bij de instandhoudingsbudgetten effectief weg te werken alleen noodzakelijk deze te verhogen, of zijn extra investeringen in het vervangen van verouderd materieel ook noodzakelijk, vanuit de gedachte dat nieuwe aanschaf uiteindelijk goedkoper is dan blijven doorwerken met een verouderend systeem?

Ja, uitgaande van de reeds bijgestelde gereedstellingsopdracht van de krijgsmacht zijn zowel extra investeringen voor vervanging van verouderde wapensystemen als het verhogen van het instandhoudingsbudget nodig om het tekort in de toekomst op te lossen. Het volgende kabinet besluit over het herstel en modernisering als basis voor de weg naar de doelen die zijn geformuleerd in de Defensievisie 2035 en de daarvoor beschikbare middelen.

  • 4. 
    Waarom kon de geselecteerde leverancier niet volgens de gemaakte afspraken de vereiste kwaliteit van het interim gevechtspak leveren?

De leverancier voldeed niet aan de gestelde kwaliteitseisen voor de interim gevechtspakken. Het bleek dat de stof niet voldeed aan de gestelde eisen, onder meer met betrekking tot het gewicht.

  • 5. 
    Kunt u een schatting geven van de vereiste tijdsduur om het probleem met de Scania Gryphus op te lossen?
  • 6. 
    Hoe is de leverancier voornemens het probleem met de hoogte van de Scania Gryphus voertuigen op te lossen? Op welke termijn zal dit gerealiseerd zijn?
  • 7. 
    Wanneer kunt u uiterlijk duidelijkheid verschaffen over de operationele gevolgen van het hoogteprobleem met de Scania Gryphus?

De leverancier heeft aangegeven de geconstateerde hoogte-overschrijding met prioriteit op te lossen en is hier inmiddels mee bezig. Hierover vindt intensief overleg plaats met Defensie. Op welke termijn de leverancier een oplossing gevonden heeft, is nog niet bekend.

  • 8. 
    Hoe komt het dat het nog niet tot een overeenstemming is gekomen met de leverancier van de lichte operationele vrachtauto's?

Het project heeft te kampen met een significante vertraging vanwege de complexe ontwikkeling van het voertuig door de leverancier, waarover Defensie nog geen overeenstemming met de leverancier heeft bereikt. Deze onderhandelingen zijn commercieel vertrouwelijk en daarom kan ik uw Kamer hierover nog niet informeren. Zodra het mogelijk is zal ik de Kamer hierover informeren.

  • 9. 
    Was voorafgaand aan de ontwikkeling van de lichte operationele vrachtauto's nog niet bekend dat het een complex proces zou betreffen?

De geselecteerde partijen zijn in het aanbestedingstraject in de gelegenheid gesteld inzicht te verkrijgen in het complexe samenspel van eisen op het snijvlak van voertuiggewicht, laadvermogen, bescherming, voertuigafmetingen en luchtwaardigheidseisen. De complexiteit van het voertuig was bij deze partijen bekend. Op basis daarvan hebben drie bedrijven uiteindelijk een definitieve inschrijving ingediend, waarna op grond van vooraf vastgestelde kwalitatieve en kwantitatieve gunningscri-teria de partij is geselecteerd aan wie de opdracht is gegund.

  • 10. 
    Zal onderdeel van het programma van eisen aan de anti-drone capaciteit zijn dat ook zwermen van drones kunnen worden uitgeschakeld? Zo nee, acht u dit geen reële dreiging?

Met het project Counter-UAS kiest Defensie voor een Military-off-the-Shelf (MOTS) oplossing tegen kleine drones. Defensie erkent de dreiging die uitgaat van zwermen drones, maar momenteel zijn er geen kant en klare oplossingen voor het uitschakelen daarvan. Mede daarom ontwikkelt Nederland samen met Duitsland een laser-demonstrator op een Boxer en wordt binnenkort gestart met het Concept Development & Experimentation (CD&E)-traject voor een «directed energy demonstrator». Beide projecten gebruiken gerichte energie (respectievelijk laser en high power microwave) om tegelijkertijd of snel na elkaar drones uit te schakelen.

  • 11. 
    Is duidelijk welk type raketten hierna ter beschikking zal komen?

De Standard Missile-2 block IIIA (SM-2) luchtdoelraket van de LC-fregatten zal op termijn vervangen moeten worden. Ter voorbereiding is Defensie een marktverkenning gestart naar mogelijke vervangers om tot eisen te komen voor een vervangingsproject. Defensie zal bij de start van het project uw Kamer informeren conform de DMP-procedure.

  • 12. 
    Met hoeveel jaar kan de levensduur van de Walrusklasse worden verlengd door de aanpassingen?

Zoals gemeld in de B-brief van de vervanging van de onderzeebootcapa-citeit (Kamerstuk 34 225, nr. 24) bereiken de huidige Walrusklasse onderzeeboten ongeveer aan het einde van de jaren twintig het einde van hun levensduur. Het precieze moment verschilt per onderzeeboot, mede afhankelijk van het moment waarop werkzaamheden in het levensduur- verlengende instandhoudingsprogramma zijn uitgevoerd en de technische status van de onderzeeboten.

  • 13. 
    Op welke wijze wordt de internationale samenwerking rondom ballistic missile defence precies onderzocht? Op welk type samenwerking wordt afgekoerst? Is het verwerven van SM-3 raketten om ballistische raketten mee uit te kunnen schakelen door Nederland onderdeel van deze gesprekken?

De NAVO heeft haar lidstaten gevraagd om op vrijwillige basis (Voluntary National Contribution) capaciteiten te leveren aan Ballistic Missile Defence (BMD). De NAVO zelf stelt hiervoor de Command & Control faciliteiten ter beschikking. Nederland neemt deel aan een samenwerkingsverband met elf andere landen om de interoperabiliteit onder meer op het gebied van BMD en de taakverdeling tussen de landen te onderzoeken en te verbeteren.

De Nederlandse LC-fregatten worden uitgerust met de gemodificeerde SMART-L radar. Diverse andere landen beschikken over schepen met de niet-gemodificeerde versie van de SMART-L. Aanvankelijk heeft Defensie ingezet op gezamenlijke verwerving of instandhouding van de gemodificeerde SMART-L met andere landen. Tot nog toe is dat niet tot stand gekomen. Daarom richt de internationale samenwerking zich momenteel op het verbeteren van de interoperabiliteit tussen de huidige en toekomstige BMD-capaciteiten. Dit moet het mogelijk maken voor andere partners om toekomstige BMD-capaciteit te koppelen aan de bestaande en nog te ontwikkelen netwerken.

Met de Verenigde Staten wordt onderzocht hoe de BMD-capaciteiten van de gemodificeerde SMART-L verder kunnen worden benut om, naast vroegtijdige detectie, ook lanceerondersteuning te kunnen geven aan Amerikaanse marineschepen die uitgerust zijn met exo-atmosferische SM-3 raketten. Hierdoor wordt het door de desbetreffende Amerikaanse eenheid beschermde gebied aanzienlijk vergroot. De eind mei jl. uitgevoerde Launch-on-Remote test met Zr.Ms. De Zeven Provinciën maakte onderdeel uit van dit onderzoek.

In het Nationaal Plan (Kamerstuk 28 676, nr. 308 d.d. 14 december 2018) is versterking van de vuurkracht op zee als één van de vijf speerpunten aangemerkt. Op dit moment maakt de verwerving van interceptiecapa-citeit om ballistische raketten buiten de dampkring te onderscheppen, zoals de SM-3 raket, nog geen deel uit van het investeringsplan van Defensie.

  • 14. 
    Kan een schatting worden gegeven van de duur van het onderzoek naar en de ontwikkeling van het hard kill systeem?

Het onderzoek naar en de ontwikkeling van een prototype van een Hard Kill Torpedo Defensiesysteem loopt naar verwachting door tot en met 2028. In 2024 verwacht Defensie dat een sonarprototype wordt geleverd, waarna met ondersteuning van kennisinstituut TNO de benodigde software wordt ontwikkeld en het prototype wordt beproefd. Afhankelijk van het beproevingsresultaat wordt een besluit genomen over de verwerving van dit systeem voor schepen van Koninklijke Marine.

  • 15. 
    In welke mate wordt bij de aanschaf van klimaatbeheersing rekening gehouden met energiezuinigheid en/of energieopwekking, in het kader van het minimaliseren van de afhankelijkheid van uitputbare energiebronnen?

Bij de verwerving van de klimaatbeheersing wordt uitgegaan van elektrische apparaten die zijn aan te sluiten op de aggregaten uit het project Mobiele Energievoorziening. Deze aggregaten zijn bestemd voor gebruik in de verschillende missiegebieden, onder een grote verscheidenheid van klimatologische omstandigheden. De huidige aggregaten worden vervangen door nieuwe, meer energie-efficiënte systemen. Door het verwerven van modernere tenten, energiezuinige klimaatbeheersingssystemen en verwarmers met een geringere emissie, worden de omstandigheden voor personeel en omgeving verbeterd. Daarmee wordt bijgedragen aan de doelstellingen uit de Defensie Energie en Omgeving Strategie (Kamerstuk 33 763, nr. 152 d.d. 27 september 2019).

  • 16. 
    Heeft u overwogen om, in plaats van het aanpakken van de «obsolescense» van de Cougar-helikopters, deze Cougars af te stoten en al dan niet te vervangen door nieuwe helikopters? Zo nee, waarom niet? Wat zouden de budgettaire consequenties van de aanschaf van nieuwe helikopters zijn? Wat zouden de gevolgen van het afschaffen van de Cougar-helikopters zijn?

Ja, afstoting en vervanging zijn overwogen. In de beantwoording van vragen over de Defensienota 2018 «Investeren in onze mensen, slagkracht en zichtbaarheid» (Kamerstuk 34 919, nr. 7, d.d. 16 mei 2018) is gemeld dat de Cougar-helikopter blijft doorvliegen tot einde levensduur in 2030. Daartoe is besloten vanwege grote tekorten in de transporthelikoptercapa-citeit voor operaties op het land en voor maritiem optreden, en de mogelijke opbouw van een helikoptercapaciteit voor de inzet van speciale eenheden (SOF-air).

Met de aanschaf van nieuwe helikopters zouden de investeringen voor het obsolescence project (Kamerstuk 27 830, nr. 293, d.d. 7 oktober 2019) kunnen worden teruggebracht tot het niveau dat nodig is om de operaties met de Cougar te kunnen uitvoeren, tot het moment dat een nieuw type helikopter Fully Operational Capable (FOC) is. Verwerving van een nieuw type helikopter volgt dan het reguliere Defensie Materieel Proces (DMP). Onderzoek naar de exacte omvang en budgettaire consequenties van de aanschaf van nieuwe helikopters zijn dan onderdeel van dit proces.

Indien de Cougar wordt afgeschaft, dan heeft Defensie vanwege de lopende projecten van de Chinook en NH-90 helikopters tot 2026 onvoldoende transporthelikoptercapaciteit om de gereedstelling en inzet van CLAS en CSZK mogelijk te maken. Dit betekent bovendien dat kennis en kunde verloren gaat, waardoor er later een grotere investering plus een langere aanloop nodig zal zijn om een dergelijke capaciteit waaronder voor SOF-air op te bouwen. In het verleden is gebleken dat het tijdelijk niet beschikbaar hebben van een capaciteit uiteindelijk een duurdere optie is dan het aanhouden en aanpassen van de bestaande capaciteit. Ik verwijs hierbij naar het rapport «Uit het vizier» van de Algemene Rekenkamer over de bezuinigingen van 2011 (Kamerstuk 35 570-X nr. 85 d.d. 15 april 2021).

  • 17. 
    Kunt u een inschatting geven van wanneer de voorraad helmen weer op peil zal zijn?

De uitgifte van de helmen is gestart in 2021 en loopt door tot en met 2023. Omdat de leverancier door een tekort aan grondstoffen vanwege COVID-19 voorlopig minder exemplaren kan leveren dan afgesproken, is de uitgifte van de nieuwe helm nu beperkt tot militairen die worden uitgezonden. Zo wordt voorkomen dat een onoverzichtelijke mix van nieuwe en oude helmen ontstaat. Nieuw ingestroomde militairen krijgen voorlopig de oude gevechtshelm. Zodra de voorraad weer op peil is, wordt de uitgifte hervat. Naar verwachting is dit niet voor begin 2022.

  • 18. 
    De deels gestarte werkzaamheden voor gebouwen in Caribisch Nederland en Duitsland vallen hoger uit omdat meer maatregelen noodzakelijk zijn dan vooraf geïnventariseerd, welke maatregelen betreft het?

Dit betreft werkzaamheden in het kader van brandveiligheid, in het bijzonder de vervanging van de brandmeld- en ontruimingsinstallaties en het aanbrengen van bouwkundige brandwerende compartimentering in de gebouwen conform wet- en regelgeving ter voorkoming van brandoverslag. Vanwege de technische staat van de gebouwen zijn hieraan meer werkzaamheden nodig dan eerder begroot.

  • 19. 
    Kunt u meer duiding geven aan de afspraken die met enkele bedrijven zijn gemaakt?

De gemaakte afspraken strekken ertoe dat zonnepaneelparken (technische) maatregelen zullen nemen om te waarborgen dat Defensie de communicatieapparatuur ongestoord kan gebruiken. Daarnaast is afgesproken dat de zonnepaneelparken Defensie vrijwaren voor eventuele schadeclaims, waaronder eventuele claims van derden.

Tweede Kamer, vergaderjaar 2021-2022, 27 830, nr. 347 6


 
 
 

3.

More information

 

4.

EU Monitor

The EU Monitor enables its users to keep track of the European process of lawmaking, focusing on the relevant dossiers. It automatically signals developments in your chosen topics of interest. Apologies to unregistered users, we can no longer add new users.This service will discontinue in the near future.