30414 - Wet medezeggenschap op scholen
Please note
This page contains a limited version of this dossier in the EU Monitor.
Dit wetsvoorstel werd op 20 december 2005 ingediend door de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Van der Hoeven1.
Dit voorstel is gebaseerd op de overweging, dat het wenselijk is de Wet medezeggenschap onderwijs 1992 te vervangen door een nieuwe wet, aangezien het, in het belang van het goed functioneren van de school, bedoeld in de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet op het voortgezet onderwijs, wenselijk is het overleg met en de vertegenwoordiging van het personeel en de ouders en leerlingen van de school te verbeteren mede in het licht van de vergroting van de autonomie van besturen van die scholen, dat het tevens wenselijk is de medezeggenschap bij centrale diensten als bedoeld in genoemde wetten en regionale expertisecentra als bedoeld in de Wet op de expertisecentra zoveel mogelijk dienovereenkomstig te regelen.
Contents
Nieuwe bepalingen met betrekking tot medezeggenschap op scholen als bedoeld in de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet op het voortgezet onderwijs (Wet medezeggenschap op scholen)
Bij dit wetsvoorstel werden twee nota's van wijziging, een nota van verbetering en 23 amendementen ingediend. Bij dit dossier werd in de Tweede Kamer een motie en in de Eerste Kamer een motie ingediend. (59 stuks)2 |
20 december 2005, koninklijke boodschap, nr. 1
KST93490 Koninklijke boodschap publicatie: 29 december 2005 |
2 |
20 december 2005, voorstel van wet, nr. 2
KST93491 Voorstel van wet publicatie: 29 december 2005 |
2 |
20 december 2005, memorie van toelichting, nr. 3
KST93492 Memorie van toelichting publicatie: 29 december 2005 |
Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met het inleidende gedeelte van de memorie van toelichting, alle documenten in dit dossier, een overzicht van door dit wetsvoorstel gewijzigde wetten, een overzicht van Kamerleden en bewindslieden die bij de behandeling van dit dossier het woord hebben gevoerd en een overzicht van verwante dossiers.
The full version is available for registered users of the EU Monitor by ANP and PDC Informatie Architectuur.
The EU Monitor enables its users to keep track of the European process of lawmaking, focusing on the relevant dossiers. It automatically signals developments in your chosen topics of interest. Apologies to unregistered users, we can no longer add new users.This service will discontinue in the near future.
- 1.Doortastende CDA-politica uit Maastricht, die een vooraanstaande rol speelde als vicefractievoorzitter en minister. Begon haar loopbaan als lerares en was later directeur van het technologiecentrum Limburg. In Maastricht was zij raadslid en daarna elf jaar Tweede Kamerlid voor het CDA. In de Tweede Kamer hield zij zich onder meer bezig met bestuurlijke organisatie en voortgezet onderwijs. Dong enkele keren vergeefs naar het voorzitterschap van de Tweede Kamer, maar was wel ondervoorzitter. Als minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap in de kabinetten-Balkenende I-III zette zij zich in voor grotere beleidsvrijheid voor scholen, terugdringing van regeldruk en het tegengaan van schooluitval. Tijdens haar ministerschap van Economische Zaken in het kabinet-Balkenende IV werd het thema energietransitie actueel. In 2011-2015 was zij executive director van het Internationaal Energie Agentschap.
- 2.Politiek voorman van de SGP, die als nestor van de Tweede Kamer gezag verwierf. Studeerde weg- en waterbouw en was werkzaam in het onderwijs. Kwam in 1981, na ruim acht jaar Statenlid in Utrecht te zijn geweest, in de Kamer. Vanaf 1986 fractievoorzitter en partijleider. Voerde in de Kamer het woord over uiteenlopende onderwerpen. Minzame, hardwerkende volksvertegenwoordiger die zich dienstbaar opstelde en geen eerzucht kende. Als nestor ontwikkelde hij zich, ondanks het tamelijk politieke isolement van zijn partij, tot het staatsrechtelijk en 'zedelijk' geweten van de Kamer. Waarschuwde geregeld tegen verruwing van de parlementaire mores.
- 3.Nauwgezet CDA-Tweede Kamerlid, dat via het persoonlijk medewerkerschap van een Kamerlid, de ambtelijke organisatie van de CDA-fractie en het assistent-griffierschap al voor zijn Kamerlidmaatschap kennis maakte met het parlementaire bedrijf. Was voor hij parlementslid werd tevens algemeen directeur van Ichtus Holding B.V. en Statenlid in Zuid-Holland. Als Kamerlid woordvoerder voortgezet onderwijs en eerste woordvoerder van zijn fractie op het gebied van volksgezondheid en welzijnsbeleid. Beschikte over een uitstekende dossierkennis. Was in 2010-2015 directeur van MEE Nederland en daarna voorzitter van CNV Connectief. Is sinds 2021 burgemeester van Sliedrecht.
- 4.Zoetermeers Tweede Kamerlid dat in 2006 de overstap maakte van de LPF naar de PvdA. Kwam uit de journalistiek en was docente Duits en hield zich als Kamerlid vooral bezig met basisonderwijs, speciaal onderwijs, kinderopvang, onderwijsachterstanden, schooluitval en onderwijstoezicht. Bracht een initiatiefwet tot stand over verplichte bijdrage van scholen aan integratie. In de PvdA-fractie vervulde zij de functie van secretaris en zij maakte deel uit van het Kamerpresidium. Na in 2003-2006 en 2007-2010 lid te zijn geweest, was zij in 2012 zij nog korte tijd vervangend Kamerlid. Actief in de vliegsport. Sinds 2014 is zij gemeenteraadslid in Zoetermeer.
- 5.Kunsthistorica uit Uden die twaalf jaar voor D66 in de Tweede Kamer zat. Was voor zij Kamerlid werd lid van Provinciale Staten van Noord-Brabant en freelance-medewerker van het gemeentemuseum te Arnhem. Hield zich in de Kamer vooral bezig met het onderwijsbeleid (basis-, voortgezet- en beroepsonderwijs) en daarnaast met jeugdzorg en ICT (cultuur). Actief en deskundig Kamerlid, dat opviel door haar grote dossierkennis. Voerde in haar laatste periode in de Kamer ook vaak het woord in beladen debatten over het asielbeleid.
- 6.Arie Slob (1961) was van 26 oktober 2017 tot 10 januari 2022 minister voor Basis en Voortgezet Onderwijs en Media in het kabinet-Rutte III. Hij was van 14 februari 2001 tot 23 mei 2002 en van 19 november 2002 tot 2 december 2015 Tweede Kamerlid, aanvankelijk voor het GPV en na de fusie met de RPF voor de ChristenUnie. Van 14 mei 2011 tot 10 november 2015 was de heer Slob politiek leider van zijn partij en in 2007-2010 en 2011-2015 fractievoorzitter. Behalve met algemene politieke onderwerpen hield hij zich als Kamerlid bezig met onder andere onderwijs, binnenlands bestuur en financiën. De heer Slob was eerder projectleider bij een schoolbegeleidingsdienst en gemeenteraadslid in Zwolle. In 2016-2017 was hij directeur van het Historisch Centrum Overijssel in Zwolle.
- 7.Onderwijswoordvoerster van de SP-Tweede Kamerfractie in de periode 2002-2006. Geboren in Oost-Groningen, maar (samen met haar echtgenoot) vanaf de oprichting politiek actief voor de SP in Leiden en daarna fractievoorzitter in de Staten van Zuid-Holland. Was als voormalige docente goed ingevoerd in het onderwijs en wist daarover op heldere wijze standpunten te verwoorden. Hield zich als Kamerlid verder onder meer bezig met cultuur en integratie en was lid van de parlementaire enquêtecommissie Srebrenica. Van jongsaf betrokken bij vraagstukken van armoede, zowel in eigen land als in de derde wereld.
- 8.Lerares aardrijkskunde uit het Noord-Limburgse Bergen, die zes jaar PvdA-Tweede Kamerlid was. Was in haar woonplaats eerder acht jaar wethouder. Een gedegen woordvoerster verkeer, die geregeld sprak over wegen, infrastructuur, verkeersveiligheid, de OV-chipkaart, het stads- en streekvervoer en de scheepvaart. Beschikte daarbij steeds over goede dossierkennis. Maakte zich sterk voor afschaffing van de verplichte aanbesteding van het openbaar vervoer in de grote steden. Was in 2014-2017 en 2018-2020 opnieuw wethouder van Bergen en was van juli 2021 tot juni 2023 lid van Gedeputeerde Staten van Limburg.
- 9.Onderwijsdeskundige in de GroenLinks-fractie, waarvan hij anderhalf jaar deel uitmaakte. Was daarvoor senior onderzoeker bij het Instituut voor Toegepaste Sociale Wetenschappen van de Universiteit Nijmegen en publiceerde veel over onderwijskunde. Hield zich in de Kamer behalve met onderwijs ook bezig met economische zaken. Gaf eind 2006 de voorkeur aan een terugkeer naar de praktijk van onderwijs, onderzoek en bestuur. Meende dat zijn ambities en ideeën op onderwijsgebied in het Kamerwerk onvoldoende tot hun recht kwamen.
- 10.In Limburg geboren VVD'er die in 1998 op 36-jarige leeftijd Tweede Kamerlid werd en dat (met een onderbreking) tot eind 2006 bleef. Vervulde vele functies bij de JOVD en was daarvan secretaris en voorzitter. Was voor hij in de Kamer kwam consulent voor defensie en buitenlands beleid van het IFPA (Institute for Foreign Policy Analysis) en hield zich aanvankelijk onder meer met defensie (personeelsbeleid en later materieelbeleid) bezig. Vanaf 2003 onderwijswoordvoerder. Daarnaast sprak hij vaak bij de behandeling van herindelingsvoorstellen en over het grotestedenbeleid. Was later vier jaar wethouder in Stichtse Vecht en sinds januari 2020 in Wijk bij Duurstede. Stond bekend als een beminnelijke liberaal.
- 11.Zelfbewuste en ontspannen optredende PvdA-senator met onder meer grote belangstelling voor de ontwikkelingen op de Antillen. Was voor zij in 1995 Eerste Kamerlid werd onder meer zelfstandig onderzoeker op het terrein van sociale en bestuurlijke vernieuwing. Was tevens raadslid in Abcoude. Werd in 1999 niet herkozen en hield zich daarna bezig met grotestedelijke problemen in Rotterdam. Keerde in 2003 voor nog eens twaalf jaar terug in de Senaat. Aanvankelijk sprak zij vooral over ruimtelijke ordening en later was zij woordvoerster onderwijs. In 2007-2015 voorzitter van de commissie voor Koninkrijksrelaties en in 2013-2015 eerste ondervoorzitter van de Eerste Kamer.
- 12.Rijzige adellijke dame, die in 2003 via voorkeurstemmen voor de VVD in de Eerste Kamer kwam. Afkomstig uit een familie die diverse Eerste Kamerleden voortbracht. Was calligrafe, lid Provinciale Staten van Overijssel, docent arbeidsrecht en socialezekerheidsrecht aan een HEAO en beleidsmedewerker bij zorggerelateerde instellingen. In de Senaat hield zij zich vooral bezig met cultuur en sociale zaken. Zo voerde zij het woord bij de behandeling van de Wet werk en bijstand. Tevens was zij woordvoerster bij de Wet op de jeugdzorg. Bescheiden en constructief optredend Kamerlid.
- 13.Friese rechter in de CDA-Eerste Kamerfractie in de periode mei 2005-juni 2007. Hij was coördinerend vicepresident van het Gerechtshof in Leeuwarden en daarnaast plaatsvervangend voorzitter van het Centraal Tuchtcollege voor de Volksgezondheid en annotator bij fiscale tijdschriften. Tevens maakte hij geruime tijd deel uit van de gemeenteraad van Leeuwarden en was hij Statenlid. In de Eerste Kamer hield hij zich bezig met justitie, onderwijs en binnenlands bestuur en was hij korte tijd voorzitter van de vaste commissie voor Onderwijs.
- 14.Vriendelijke senator van gereformeerden huize met een grote staat van dienst. Zat achtentwintig jaar in de Eerste Kamer, eerst als eenmansfactie (RPF) en later in gezamenlijkheid van RPF en GPV en als voorzitter van de ChristenUnie-fractie. Verwierf gezag als verdediger van de positie van de Eerste Kamer, waarbij hij in 1990 zelfs premier Lubbers interpelleerde. In zijn werkzame leven opereerde hij op het scheidsvlak van wetenschap en wijsbegeerte; hij was bijzonder hoogleraar reformatorische wijsbegeerte in Delft, Eindhoven en Wageningen. Als voorzitter van de Kamercommissie voor Landbouw initieerde hij een debat over genetische modificatie en later gaf hij de aanzet voor een parlementair onderzoek naar privatiseringen.
- 15.Invloedrijke senator van D66, zowel in de Eerste Kamer als in eigen partij. Stond bekend als een zorgvuldig formulerende spreker, naar wie aandachtig werd geluisterd. Als lid en voorzitter van een kleine fractie hield hij zich met uiteenlopende onderwerpen bezig, maar onderwijs en financiën hadden zijn bijzondere aandacht. Was in het dagelijks leven directeur van een psychiatrisch ziekenhuis en voordien leraar Nederlands en kroonlid van het bestuur van de Open Universiteit. Voor hij in de Senaat kwam was hij gemeenteraadslid in Wassenaar en lid van Provinciale Staten van Zuid-Holland. Speelde in 2005 een belangrijke rol bij het bestendigen van de regeringsdeelname van D66.
- 16.Fries Eerste Kamerlid voor de Onafhankelijke Senaatsfractie en in perioden (eerst acht jaar en later nog eens vier jaar) een eenling in de Senaat. Hield zich dan ook met uiteenlopende onderwerpen bezig, waarbij Europa, maar ook onderwijs, cultuur en de Antillen zijn speciale belangstelling hadden. Lid en voorzitter zijnde van de Fryske Nasjonale Partij, een partij waarvoor hij in de Staten van Fryslân zat, kwam hij tevens op voor de Friese taal en cultuur. Hij was als leraar economie, conrector en lid van de Centrale Directie van het Dockingacollege in Dokkum lange tijd werkzaam in het onderwijs.
- 17.Wetenschapper die voor GroenLinks in de Eerste Kamer zat. In de negen maanden dat hij Kamerlid was, hield hij zich onder meer bezig met financiën, economische zaken, onderwijs en Antilliaanse zaken. Als oud-ambtenaar van financiën en Onderwijs vooral op die terreinen goed ingevoerd. In 2007 werd hij hoogleraar public governance aan de VU en docent aan de Campus Den Haag van de Universiteit Leiden.