Secundair gemeenschapsrecht
Dit onderdeel van het Europese recht1 bestaat uit recht dat is afgeleid van de Europese verdragen2; van het primaire gemeenschapsrecht3 dus. Terwijl het primaire gemeenschapsrecht tot stand komt door de lidstaten van de Europese Unie4 - zij sluiten immers de Europese verdragen - bestaat het secundaire gemeenschapsrecht uit regels die de instellingen en organen van de Europese Unie zelf creëren.
De belangrijkste onderdelen van het secundaire gemeenschapsrecht zijn de besluiten die in de artikelen 2905 en 2916 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VwEU)7 staan opgesomd. Dit zijn de verordeningen8, richtlijnen9, beschikkingen10, aanbevelingen11 en adviezen12 die door de Europese Commissie13, de Raad van Ministers14 en het Europees Parlement15 worden vastgesteld en uitgebracht. Daarnaast behoren tot het secundaire recht ook besluiten die het interne functioneren van de instellingen van de EU regelen, zoals huishoudelijke reglementen of afspraken tussen de instellingen.
Het secundaire gemeenschapsrecht komt geleidelijk tot stand en ontwikkelt zich steeds verder. Het is het recht dat door de Europese Unie opgelegd wordt aan de lidstaten. Door de uitvaardiging van nieuwe regels wordt de Europese rechtsorde in de loop der tijd uitgebreid. Daar staat tegenover dat soms ook regels worden ingetrokken.
- 1.Het Europese recht omvat het recht van de Europese Unie (EU-recht) en het recht van de Europese Gemeenschappen (EG-recht of gemeenschapsrecht). Het wordt gevormd door de EU- en EG-verdragen (het primaire gemeenschapsrecht), door daarvan afgeleid recht, zoals verordeningen en richtlijnen (het secundaire gemeenschapsrecht), door internationale overeenkomsten en door het ongeschreven recht dat wordt toegelicht door uitspraken van het Europese Hof van Justitie (de zogenaamde jurisprudentie).
- 2.De geschiedenis van de Europese verdragen begint bij de oprichting van de eerste "Gemeenschap", de Europese Gemeenschap voor kolen en staal (de EGKS). Tussen 1952 (EGKS) en 2007 ("Lissabon") zijn negentien verdragen gesloten tussen een steeds toenemend aantal lidstaten.
- 3.Het primaire gemeenschapsrecht vormt het fundament van de Europese samenwerking. Dit onderdeel van het Europese recht bestaat uit de verdragen waarmee de Europese Unie (EU) en haar voorgangers zijn opgericht en uitgebreid.
- 4.Momenteel zijn 27 landen lid van de Europese Unie. De meest recente uitbreiding van de Unie vond plaats op 1 juli 2013, met de toetreding van Kroatië. Er wordt verder over uitbreiding gesproken met verschillende landen in Oost-Europa. Het Verenigd Koninkrijk is sinds 31 januari 2020 middernacht geen lid meer van de Europese Unie. Dat was het eerste land dat de EU verliet.
- 5.1. In een wetgevingshandeling kan aan de Commissie de bevoegdheid worden overgedragen niet-wetgevingshandelingen van algemene strekking vast te stellen ter aanvulling of wijziging van bepaalde niet-essentiële onderdelen van de wetgevingshandeling.
- 6.1. De lidstaten nemen alle maatregelen van intern recht die nodig zijn ter uitvoering van de juridisch bindende handelingen van de Unie.
- 7.Het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VwEU) is een gewijzigde versie van het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap (EG). De gewijzigde versie is in 2009 van kracht geworden. In het VwEU staat wat de bevoegdheden zijn van de Europese Unie, en op welke manier de Europese Unie die bevoegdheden kan uitoefenen. Dit verdrag vormt samen met het Verdrag betreffende de Europese Unie de basis van de Europese Unie.
- 8.This legally binding act of the European Union is directly applicable in all member states of the European Union. The regulation is similar to national legislation in terms of the impact and direct effect it generates. As such the regulation is the most pervasive of all the legal instruments of the EU.
- 9.This legally binding act of the European Union establishes a set of objectives which all member states of the European Union must fulfil. The member states are required to implement directives. The member states are free to choose the manner they see fit to fulfil the required objectives.
- 10.This type of legally binding act is no longer used since the Treaty of Lisbon came into force December 2009. It, together with various other legal instruments, was replaced by a new version of the decision. The old decision addressed specific legal entities (citizens, organisations or member states). The decision was only binding to those it addressed.
- 11.Recommendations are non-binding acts by which the European Union means to achieve certain ends without imposing a mandatory legal framework. Recommendations may relate to both policies of the EU as well as individual member states.
- 12.Opinions are non-binding acts by which the European Union conveys an evaluation along with possible actions that can be taken with regard to a certain issue without imposing a mandatory legal framework. Opinions are usually given out to member states or when addressing a very specific situation.
- 13.The European Commission is the executive body of the EU and runs its day-to-day business. It is made up of the College of Commissioners, 27 European Commissioners, one for each member state, who are each responsible for one or several policy areas. In addition, the 'Commission' also refers to the entire administrative body that supports the Commissioners, consisting of the Directorates-General and the Services.
- 14.In the Council, government ministers from each EU country meet to discuss, amend and adopt laws, and coordinate policies. The ministers have the authority to commit their governments to the actions agreed on in the meetings.
Together with the European Parliament , the Council is the main decision-making body of the EU.
Not to be confused with:
- 15.The European Parliament is the EU's law-making body. It is directly elected by EU voters every 5 years.
What does the Parliament do?
The Parliament has 3 main roles:
Legislative