Akkoord van Schengen
Het Akkoord van Schengen heeft tot doel de geleidelijke afschaffing van controles aan de gemeenschappelijke grenzen tussen de 26 deelnemende landen. Daarnaast voorziet het akkoord in de instelling van een regeling voor vrij verkeer van alle burgers1 uit de deelnemende staten, de overige staten van de Europese Unie2 en een aantal derde landen3. De naam komt van het Luxemburgse plaatsje Schengen waar het akkoord op 14 juni 1985 is ondertekend.
Alleen in specifieke gevallen mogen lidstaten tijdelijke grenscontroles instellen. In 2015 leidde de vluchtelingencrisis, dat vooral de landen aan de buitengrenzen van Europa trof, ertoe dat sommige landen weer grenscontroles invoerden, waardoor het Akkoord van Schengen onder druk kwam te staan. Ook tijdens de coronacrisis stelden landen grenscontroles in.
Het Schengengebied is in de loop der jaren steeds verder uitgebreid en omvat nu 26 landen.
Contents
Het akkoord en alle aanverwante overeenkomsten vormen samen het zogeheten 'Schengen-acquis'. De besluitvorming over zaken die met Schengen te maken hebben verloopt sinds het verdrag van Lissabon5 volgens de gewone wetgevingsprocedure6. De juridische integratie van Schengen in de Unie heeft inmiddels geleid tot integratie van de verschillende Europese instellingen. Zo is het Uitvoerend Comité van Schengen opgegaan in de Raad van de Europese Unie7 en heeft het Secretariaat-Generaal van de Raad8 de taken van het secretariaat van Schengen overgenomen. Sinds 1997 bepaalt het Verdrag van Amsterdam9 ook dat het Schengen-acquis in zijn geheel door de kandidaat-lidstaten10 van de EU moet worden overgenomen voordat zij mogen toetreden.
- 1.Dankzij het vrij verkeer van personen kunnen bewoners van de EU zonder restricties reizen in andere EU-lidstaten. Dit geldt ook voor bewoners van de drie landen die geen lid zijn van de EU maar wel deel uitmaken van de Europese Economische Ruimte (EER): Liechtenstein, Noorwegen en IJsland.
- 2.De Europese Unie (EU) is het belangrijkste samenwerkingsverband in Europa. De deelnemende landen hebben voor deze Unie een aantal organisaties opgericht waaraan zij een deel van hun eigen bevoegdheden hebben overgedragen. Dit zijn onder meer het Europees Parlement, de Europese Commissie, de Raad en het Europese Hof van Justitie.
- 3.Dit zijn landen die geen lid zijn van de Europese Unie. De term 'derde landen' wordt vaak gebruikt als het gaat om afspraken tussen twee of meer EU-lidstaten en een ander land.
- 4.23 landen van de Europese Unie en vier niet-lidstaten hebben in een overeenkomst vastgelegd de personencontrole aan hun gemeenschappelijke grenzen af te schaffen. De in totaal 27 landen die zich bij dit verdrag hebben aangesloten, noemen we de Schengenlanden. De Schengenlanden hebben gezamenlijke afspraken gemaakt over het visumbeleid, het asielbeleid en de samenwerking tussen politie en jusitie.
- 5.Dit Europese verdrag voerde een aantal hervormingen door om de Europese Unie democratischer en beter bestuurbaar te maken nadat in 2004 en 2007 twaalf nieuwe landen lid zijn geworden van de Europese Unie. Het Verdrag van Lissabon is op 1 december 2009 in werking getreden.
- 6.This procedure is the standard decision-making procedure used in the European Union, unless the treaties specifically state one of the special legislative procedures is to be applied to a particular subject. Before the Treaty of Lisbon came into force late 2009 it was referred to as the co-decision procedure. The essential characteristic of this procedure is that both the Council of Ministers as well as the European Parliament have a deciding vote in the legislative process, and both institutions may amend a proposal.
- 7.In the Council, government ministers from each EU country meet to discuss, amend and adopt laws, and coordinate policies. The ministers have the authority to commit their governments to the actions agreed on in the meetings.
Together with the European Parliament , the Council is the main decision-making body of the EU.
Not to be confused with:
- 8.Dit Secretariaat-Generaal staat de Raad van de Europese Unie en de Europese Raad, met inbegrip van de voorzitterschappen, het Comité van permanente vertegenwoordigers (Coreper) en overige comités en werkgroepen van de Raad, bij. Dit instituut draagt op alle niveaus zorg voor de voorbereiding en het goede verloop van de werkzaamheden van de Raad. Het Secretariaat waarborgt daarmee de continuïteit van de werkzaamheden van de instelling.
- 9.Dit Europese verdrag, waarover de Europese Raad het in juni 1997 eens werd na twee jaar onderhandelen, maakte de weg vrij voor de start van het uitbreidingsproces van de Europese Unie.
- 10.Een kandidaat-lidstaat is een land dat lid wil worden van de Europese Unie en waarvan de aanvraag officieel is aanvaard door de EU.