Artikel 29: Doelstellingen politiële en justitiële samenwerking in strafzaken

    • Verdrag betreffende de Europese Unie (geconsolideerde versie 2004)
    • Titel VI - Bepalingen inzake politiële en justitiële samenwerking in strafzaken
28
Artikel 29
30

Onverminderd de bevoegdheden van de Europese Gemeenschap is het doel van de Unie de burgers in een ruimte van vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid een hoog niveau van zekerheid te verschaffen door de ontwikkeling van gezamenlijk optreden van de lidstaten op het gebied van politiële en justitiële samenwerking in strafzaken en door voorkoming en bestrijding van racisme en vreemdelingenhaat.

Deze doelstelling wordt verwezenlijkt door het voorkomen en bestrijden van al dan niet georganiseerde criminaliteit, met name terrorisme, mensenhandel en misdrijven tegen kinderen, illegale drugshandel en illegale wapenhandel, corruptie en fraude, door middel van:

  • - 
    nauwere samenwerking tussen politiediensten, douaneautoriteiten en andere bevoegde autoriteiten in de lidstaten, zowel rechtstreeks als via de Europese Politiedienst (Europol), in overeenstemming met de artikelen 301 en 322;
  • - 
    nauwere samenwerking tussen justitiële en andere bevoegde autoriteiten van de lidstaten, ook via de Europese eenheid voor justitiële samenwerking (Eurojust), in overeenstemming met de artikelen 313 en 32;
  • - 
    waar nodig, onderlinge aanpassing van de bepalingen betreffende strafzaken in de lidstaten, in overeenstemming met artikel 31, onder e).

1.

Toelichting

Artikel gewijzigd bij het Verdrag van Nice.


  • 1. 
    1. Gezamenlijk optreden op het gebied van politiële samenwerking omvat:
     
  • 2. 
    De Raad bepaalt onder welke voorwaarden en met welke beperkingen de in de artikelen 30 en 31 bedoelde bevoegde autoriteiten op het grondgebied van een andere lidstaat mogen optreden in overleg met en met instemming van de autoriteiten van die staat.
     
  • 3. 
    1. Gezamenlijk optreden inzake justitiële samenwerking in strafzaken omvat: