Dr. C.P.M. (Carl) Romme - Main contents
Voorman van de KVP die met Drees i in de naoorlogse jaren de Nederlandse politiek domineerde. Was voor de Tweede Wereldoorlog als jong Amsterdams gemeenteraadslid al een gedreven katholiek politicus. Na een hoogleraarschap in Tilburg werd hij in 1937 minister van Sociale Zaken in het vierde kabinet-Colijn i. Streefde een actievere werkgelegenheidspolitiek na en kreeg bekendheid door zijn spaarregeling voor werklozen ('het kwartje van Romme'). Werd na de oorlog geen minister meer, waarbij mogelijk zijn wat omstreden rol in de oorlog (commissaris van een reclamebedrijf dat ook voor de Duitsers werkte) een rol speelde. Was tot 1961 fractieleider en werd toen staatsraad. Was tevens politiek commentator van De Volkskrant. Begenadigd spreker, die prachtige zinnen maakte. Harde werker: las als enige alle kamerstukken. Politieke peetvader van Klompé i en Schmelzer i. Bijnaam: 'de Sfinx van Overveen'.
RKSP, KVP
functie(s) in de periode 1933-1971: lid Tweede Kamer, fractievoorzitter TK, lid Eerste Kamer, minister, lid Raad van State
Contents
Carl Paul Marie (Carl)
Changes in name or title
-
-Mr. C.P.M. Romme, from 28 October 1919 until 21 November 1962
-
-Dr. C.P.M. Romme, from 21 November 1962 (nadat aan hem door de Katholieke Economische Hogeschool te Tilburg een eredoctoraat was verleend)
Place and date of birth
Oirschot, 21 December 1896
Place and date of death
Tilburg, 16 October 1980 Party/Parties
-
-RKSP (Roomsch-Katholieke Staatspartij), until 22 December 1945
-
-KVP (Katholieke Volkspartij), from 22 December 1945 (medeoprichter)
-
-advocaat, advocatenkantoor "Hiltermann-Kortenhorst" te Amsterdam, from 1919 until 1922
-
-medewerker ARKWV (Algemeene Roomsch-Katholieke Werkgeversvereeniging), from 1919 until 1924
-
-adjunct-secretaris "De Nederlandsche Dagbladpers", from 1 July 1919 until October 1920
-
-advocaat te Amsterdam, from October 1920 until June 1937 (zelfstandig; kantoor Willemsparkweg)
-
-lid gemeenteraad van Amsterdam, from 15 June 1921 until 24 June 1937
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, from 31 January 1933 until 9 May 1933
-
-lector sociale wetgeving, R.K. Handels-Hogeschool te Tilburg, from 1 October 1933 until 1 September 1935
-
-lid Provinciale Staten van Noord-Holland, from 2 July 1935 until 24 June 1937
-
-buitengewoon hoogleraar sociale wetgeving en staats- en administratief recht, R.K. Handels-Hogeschool te Tilburg, from 1 September 1935 until 24 June 1937
-
-lid Eerste Kamer der Staten-Generaal, from 8 June 1937 until 24 June 1937
-
-minister van Sociale Zaken, from 24 June 1937 until 25 July 1939
-
-advocaat (geassocieerd met mr. Vorstman) te Amsterdam, from 1939 until 1946
-
-staatkundig hoofdredacteur, katholiek dagblad "De Volkskrant", from 8 May 1945 until 1 January 1953
-
-fractievoorzitter KVP Tweede Kamer der Staten-Generaal, from 20 May 1946 until 17 February 1961 (vanwege ziekte nam W.J. Andriessen voor hem waar sinds 25 oktober 1960)
-
-lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, from 4 June 1946 until 18 February 1961
-
-lid Provinciale Staten van Noord-Holland, from 5 June 1946 until 1 August 1947
-
-lid Raad van State, from 1 May 1962 until 1 January 1972 (benoemd bij K.B. van 25 april 1962)
Formal job title
-
-minister van staat, from 16 December 1971 until 16 October 1980
Internment
-
-geïnterneerd te Amsterdam, from December 1941 until January 1942
-
-geïnterneerd gijzelaarskamp te Sint-Michielsgestel, from 4 May 1942 until 7 May 1942
cabinet formation
-
-informateur, from 27 February 1951 until 13 March 1951
-
-kabinetsformateur, from 13 March 1951 until 15 March 1951 (formeerde het kabinet-Drees II)
-
-kabinetsformateur, from 24 July 1956 until 1 August 1956 (poging mislukt)
-
-informateur, from 20 May 1963 until 4 June 1963
-
-fractievoorzitter RKSP gemeenteraad van Amsterdam, from April 1925 until 24 June 1937
-
-voorzitter RKSP-commissie ter bestudering van het vraagstuk van de kindertoeslag, 1935
-
-lid studiecommissie wijziging staatsbestel, Raad voor Studie en Documentatie RKSP, from 1935 until 1936 (onder meer studie naar herziening van de Grondwet in corporatistische zin)
-
-voorzitter Centrum voor Staatkundige Vorming (wetenschappelijk instituut KVP), from 1945 until October 1946
-
-voorzitter commissie urgentieprogramma KVP, from December 1945 until February 1946
-
-lid partijbestuur KVP, from 9 February 1946 until 1956
-
-lid dagelijks bestuur KVP, from 9 February 1946 until July 1946
-
-politiek leider KVP, from 20 May 1946 until 17 February 1961
-
-adviserend lid partijbestuur KVP, from 1956 until 1961
-
-lid commissie van wijze mannen voor de bestuursverkiezing in de KVP, from 12 January 1968 until 24 February 1968 (bemiddeling na onvrede van de christen-radikalen)
Leading candidate on list
-
-lijstaanvoerder KVP Tweede Kamerverkiezingen 1946 (kieskringen Leiden, Dordrecht, Den Helder, Haarlem en Middelburg)
-
-lijstaanvoerder KVP Tweede Kamerverkiezingen 1948 (kieskringen Arnhem, Nijmegen, Leeuwarden, Zwolle, Groningen en Assen)
-
-lijstaanvoerder KVP Tweede Kamerverkiezingen 1952 (kieskringen Leeuwarden, Zwolle, Groningen en Assen), from 23 April 1952 until 25 June 1952
-
-lijsttrekker KVP Tweede Kamerverkiezingen 1956, from 12 September 1955 until 13 June 1956
-
-lijsttrekker KVP Tweede Kamerverkiezingen 1959, from 7 January 1959 until 12 March 1959
In de uitgebreide versie is een overzicht van partijpolitieke functies opgenomen.
-
-voorzitter Comité van Afnemers van Wollen Stoffen (later Verbond van Textielafnemers), from 1936 until 1937
-
-voorzitter Staatscommissie inzake de vaccinatie, from 28 January 1938
-
-lid Raad van Commissarissen N.V. Incasso-bank, from 1939
-
-voorzitter Verbond van Textielafnemers, from 1939
-
-lid bestuur Vondelstichting, from 1939
-
-voorzitter Comité voor de Zomerzegels, from 1939
-
-lid Hoge Raad van Arbeid, from 1 October 1939 until 1940
-
-lid Raad van Commissarissen zeepfabriek, firma "Dobbelmann" te Nijmegen, from 1939 until 1951
-
-voorzitter Federatie van Verenigingen van Nederlandse Confectiefabrikanten, from September 1939
-
-voorzitter Raad van Commissarissen N.V. APU (Algemeene Publiciteits Unie), from 1939
-
-voorzitter Levensmiddelendistributieraad, from December 1939
-
-lid College van Rijksbemiddelaars, from March 1941 until 1 November 1942
-
-lid Raad van Commissarissen "Hypsos", reclamebureau voor tentoonstellingswerken, from 1944
-
-voorzitter bisschoppelijke adviescommissie inzake het Persplan (tijdens de Duitse bezetting)
-
-lid Raad van Commissarissen Noordhollandse Levensverzekeringsmaatschappij "'t Hooge Huys" te Alkmaar, tevens van gelieerde maatschappijen zoals de Alkmaarse Bank, from 1945
-
-tijdelijk rijksbemiddelaar voor Noord- en Zuid-Holland en Utrecht, June 1945
-
-voorzitter College van Rijksbemiddelaars, from 21 June 1945 until 1 July 1946
-
-lid Staatscommissie onderzoek Grondwetsherziening vanwege hervorming van de staatkundige structuur van het Koninkrijk (Staatscommissie-Beel), from 29 September 1947 until March 1948
-
-lid Staatscommissie inzake de Grondwetsherziening (Staatscommissie-Van Schaik), from April 1950 until 1954
-
-voorzitter Raad van Commissarissen zeepfabriek "Dobbelmann" te Nijmegen, from 1951 until 1968
-
-lid Staatscommissie inzake nadere Grondwetswijziging betreffende de buitenlandse betrekkingen (Staatscommissie-Kranenburg), from 1 October 1954 until 1955
-
-lid Comité d'action pour les États-Unis d'Europe (Comité-Monnet), from 1955
-
-lid commissie van onderzoek wijziging rechtsvorm van de onderneming (commissie-Verdam), from April 1960 until 1965
-
-voorzitter Radboudstichting, from June 1961
Derived functions (24/26)
-
-voorzitter begrotingscommissie hoofdstukken Algemene Zaken, Nationale Schuld e.a. en Wet op de Middelen (Tweede Kamer der Staten-Generaal), from 24 September 1947 until September 1953
-
-voorzitter Commissie van Voorbereiding wetsontwerpen Wijziging Surinaamse staatsregeling en Curaçaose staatsregeling (Tweede Kamer der Staten-Generaal), from December 1947 until March 1948
-
-lid commisie van voorbereiding van de Grondwetsherziening inzake Nederlands-Indië en voor het ontwerp-Unieverdrag (Commissie van Negen) (Eerste en Tweede Kamer der Staten-Generaal), from February 1948 until November 1949
-
-voorzitter Commissie van Voorbereiding voor het wetsontwerp inzake de publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie (Tweede Kamer der Staten-Generaal), from September 1948 until October 1949
-
-lid delegatie uit de Tweede Kamer naar Indonesië, November 1948 (in verband met onderhandelingen van Sassen en Stikker met Hatta)
-
-voorzitter één van de vier Commissies van Rapporteurs over wetsontwerp Overdracht Soevereiniteit Indonesië (Tweede Kamer der Staten-Generaal), from 23 November 1949 until December 1949
-
-ondervoorzitter Commissie van Voorbereiding wetsontwerp Buitengewone bevoegdheden burgerlijk gezag (Tweede Kamer der Staten-Generaal), from February 1950 until March 1952
-
-voorzitter Commissie van Voorbereiding voor het wetsontwerp Interimregeling voor de Nederlandse Antillen (Tweede Kamer der Staten-Generaal), from May 1950 until July 1950
-
-voorzitter Commissie van Voorbereiding voor het wetsontwerp Toezicht op het credietwezen (Tweede Kamer der Staten-Generaal), from June 1951 until November 1951
-
-voorzitter vaste commissie voor de Binnenlandse Veiligheidsdienst (Tweede Kamer der Staten-Generaal), from 26 March 1952 until 17 September 1953
-
-voorzitter Commissie van Voorbereiding voor de wetsontwerpen inzake rechtspraak bedrijfsorganisatie (Tweede Kamer der Staten-Generaal), from 2 April 1952 until April 1954
-
-voorzitter vaste commissie voor Overzeese Rijksdelen (Tweede Kamer der Staten-Generaal), from 17 September 1953 until 16 November 1956
-
-voorzitter Commissie van Voorbereiding voor de ontwerp-Deltawet (Tweede Kamer der Staten-Generaal), from November 1955 until November 1957
-
-voorzitter Commissie van Voorbereiding voor het wetsvoorstel Algemene Kinderbijslagwet etc. (Tweede Kamer der Staten-Generaal), from 20 November 1957 until 17 February 1961
-
-ondervoorzitter bijzondere commissie voor de ontwerp-Wet Administratieve Rechtspraak Overheidsbeschikkingen en wijziging van de Wet op de Raad van State (Tweede Kamer der Staten-Generaal), from 9 December 1958 until 17 February 1961
-
-voorzitter bijzondere commissie voor de ontwerp-Archiefwet (Tweede Kamer der Staten-Generaal), from 13 July 1960 until 17 February 1961
-
-voorzitter bijzondere commissie voor het wetsvoorstel voorzieningen i.v.m. de opheffing van het departement van Zaken Overzee en van overgang van bezitsvorming en PBO naar Algemene Zaken (Tweede Kamer der Staten-Generaal), from 22 September 1960 until 4 October 1960
-
-lid afdeling Algemene Zaken (Raad van State)
-
-lid afdeling Justitie (Raad van State)
-
-lid afdeling Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (Raad van State)
-
-lid afdeling Economische Zaken (Raad van State)
-
-lid afdeling Sociale Zaken en Volksgezondheid (Raad van State)
-
-lid afdeling Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk werk (Raad van State)
-
-lid afdeling geschillen van bestuur (Raad van State)
Honorary positions
lid erecomité tweede lustrum R.K. Amsterdamsche Voetbal Bond, from January 1929
U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.
Secondary education-
-gymnasium, R.K. "Sint Ignatius College" te Amsterdam, until 1914
Academic education
-
-rechtsgeleerdheid (gepromoveerd op stellingen), Gemeentelijke Universiteit te Amsterdam, from September 1914 until 28 October 1919 (doctoraal in maart 1919)
Honorary doctorates
-
-rechtswetenschap, Katholieke Economische Hogeschool te Tilburg, 21 November 1962
-
-Een door hem en Van der Goes van Naters (PvdA) op 19 december 1946 ingediende motie gaf steun aan de door de regering aangebrachte 'aankleding' van het Akkoord van Linggadjati: het verdrag werd aanvaard op basis van de Nederlandse uitleg ervan, die onder meer inhield dat er een 'zware unie' moest komen die werd gedomineerd door Nederland
-
-Diende in 1948 samen met de fractievoorzitters van PvdA, ARP, CHU en VVD een initiatiefwetsvoorstel in over het in de Grondwet opnemen van een bepaling over buitengewone bevoegdheden voor het burgerlijk gezag. Hierdoor moesten in buitengewone omstandigheden grondwettelijke bevoegdheden van organen van burgerlijk gezag ten opzichte van de openbare orde of politie geheel of gedeeltelijk op andere organen van burgerlijk gezag kunnen overgaan (te regelen via een aparte wet). Dit voorstel werd aanvaard en leidde in 1948 (na een regeringsvoorstel voor de tweede lezing) tot opneming van een nieuw artikel 195a in de Grondwet. (814)
-
-Interpelleerde op 9 juli 1958 staatssecretaris Van den Beugel over de gemeenschappelijke zetel voor de drie Europese Gemeenschappen
Dissenting voting behaviour
-
-Behoorde in 1957 tot de acht leden van zijn fractie die tegen de ontwerp-Deltawet stemden. Deze minderheid achtte artikel 4 van de wet over de bevoegdheden van het rijk ten aanzien van waterschappen in strijd met de Grondwet.
-
-Behoorde in 1958 tot de 18 leden van de KVP-fractie die tegen een wijziging van de Lager-onderwijswet stemden vanwege het opheffen van het automatisch ontslag van de huwende onderwijzeres
Policy-making activities as minister
-
-Vroeg in 1937 advies aan de Hoge Raad van Arbeid over een voorontwerp van wet dat beoogde alle beroepsarbeid door vrouwen te verbieden. Tot indiening van een wetsvoorstel kwam het niet.
-
-Stelde een spaarregeling voor werklozen in (het zgn. "Kwartje van Romme"), waarbij iedere werkloze wekelijks een kwartje spaarde en waarna de overheid dit bedrag verdubbelde
-
-Was voorstander van een actievere werkverschaffingspolitiek via het zogenaamde Werkfonds
-
-Kwam in 1938 met plannen voor bestrijding van de jeugdwerkloosheid. Hij wilde een arbeidsdienst voor jeugdigen instellen, het leeftijdsverbod voor jongens en meisjes om te werken versoepelen en een registratiestelsel (staat-van-dienst-boekje) invoeren. De uitvoering moest in handen komen van een aparte dienst. De kosten (f 10 miljoen) die hiermee gemoeid waren, stuitten op verzet van minister De Wilde. Zijn voornaamste ambtelijke adviseur, Van Hoeven, was een groot bewonderaar van de Duitse arbeidsdienst voor jongeren in Nazi-Duitsland. Dit was in protestantse kringen reden om huiverig te staan tegenover de plannen.
-
-Diende in december 1938 een ontwerp-Wet op de kinderbijslag in en loodste dit voorstel in juni 1939 door de Tweede Kamer. De wet werd door minister Van den Tempel in het Staatsblad gebracht.
Legislative activities as minister
-
-Bracht in 1938 een wet tot wijziging van de wet regelende de uitoefening van de geneeskunst tot stand, waardoor masseurs en opticiens uitsluitend kunnen worden ingeschakeld op voorschrift van een geneeskundige
als (in)formateur
-
-Kreeg op 27 februari 1951 de opdracht tot het onderzoeken van de mogelijkheden tot vorming van een kabinet. Bereikte op 13 maart overeenstemming met de fractievoorzitters van KVP, PvdA, CHU en VVD over een programma en over de portefeuilleverdeling. De ARP-fractievoorzitter Schouten weigerde medewerking, omdat hij de twee toebedeelde posten (Oorlog en Justitie) te weinig 'politiek' achtte. De opdracht werd op 13 maart 1951 omgezet in een opdracht tot vorming van een kabinet, welke hij op 15 maart aanvaardde.
-
-Kreeg op 24 juli 1956 de opdracht tot vorming van een kabinet dat geacht mocht worden het vertrouwen van het parlement te genieten. Ontwierp een kabinetsprogramma voor een vijfpartijenkabinet, waarop in eerste instantie de VVD, en later ook de PvdA afwijzend reageerden. Op 1 augustus vroeg hij ontheffing van zijn opdracht.
-
-Kreeg op 20 mei 1963 de opdracht tot het instellen van een onderzoek, gelet op de uitslag van de verkiezingen, naar de mogelijkheden van de vorming van een kabinet dat zich verzekerd kon achten van een zo breed mogelijke steun in het parlement. Stelde een programma van 38 'bouwstenen' op dat als basis kon dienen voor een vijf-partijenkabinet en bracht op 4 juni verslag uit aan de koningin. Op basis van zijn verslag werd aan KVP-fractievoorzitter De Kort een opdracht verleend tot vorming van een kabinet.
-
-Noemde op 15 april 1946 in een kort commentaar in 'De Volkskrant' de Hoge Veluweconferentie, waarin Nederlandse ministers onderhandelden met Indonesische politici 'de week der schande'. Dit sloeg met name op het feit dat de vertegenwoordigers van de Republiek Indonesië waren ontvangen als ware zij minister.
-
-Na de ondertekening van het Akkoord van Linggadjati (maart 1947) was er even sprake van dat hij Gouverneur-Generaal of minister van Overzeese Gebiedsdelen zou worden
-
-Keerde zich in de periode na de verkiezingen van 1952 en tot het Mandement van 1954 in diverse geschriften tegen de politieke verdeeldheid van katholieken en in het bijzonder tegen de katholieke werkgemeenschap in de PvdA
-
-Weigerde in 1956 de ministerpost van Binnenlandse Zaken, omdat hij zich verzette tegen afschaffing van de ontslagverplichting voor de huwende ambtenares
-
-Was sinds 25 oktober 1960 niet meer aanwezig bij Tweede Kamervergaderingen in verband met zijn gezondheid en nam om die reden ook ontslag als Kamerlid. Hij was derhalve evenmin direct betrokken bij de bouwcrisis van december 1960.
Private life
-
-Een zus van hem was gemeenteraadslid in 's-Gravenhage (1937-1941)
-
-De historicus Johan Huizinga was een aangetrouwde neef van hem
-
-Zwager van Mr. G.H.A. Feber, vicepresident van de Hoge Raad
-
-Aangetrouwde neef (oomzegger) van J.G. Schölvinck, wethouder van Amsterdam
-
-Zijn echtgenote was een kleindochter van F.Th.J.M. Dobbelmann, Tweede Kamerlid en directeur van de zeepfabriek "Dobbelmann"
Anecdotes and citations
-
-Zei op 16 december 1946 in het debat over het Akkoord van Linggadjati: "Er is vooreerst een beroering ontstaan, een beroering in het Nederlandsche volk over wat achteraf een phantoom blijkt te zijn, met het gevolg, dat velen dit phantoom maar niet meer kwijt kunnen raken, en met het gevolg ook, dat sommigen, die ook de werkelijkheid van Linggadjati misprijzen, gemakshalve voor hun strijd tegen dit werkelijke Linggadjati het Linggadjati-phantoom tot object van hun dithyramben blijven maken."
-
-Zei na het aftreden van minister Sassen in februari 1949 over het kabinet: "Het was (...), een kunstig geciseleerde vaas, waarin de balsem van het algemeen welzijn kon worden geconserveerd. (...) In die kunstig geciseleerde vaas van de formateur Van Schaik is een barst gekomen, waarvan wij de gevolgen en de draagwijdte nog niet vermogen te overzien. Zal die barst alleen een Schönheitsfehler blijken te zijn, die afbreuk doet aan de gaafheid van het geheel of verwijdt zij zich tot een scheur, waaruit die balsem van algemeen welzijn van Indonesië en Nederland aan het wegdruppelen gaat?"
-
-Zou volgens de overlevering eens aan het ARP-Kamerlid Hazenbosch hebben gevraagd: "Die kleine krullenbol daar, is dat er één van jullie of van ons?" (Het ging over het ARP-Tweede Kamerlid Van Nierop).
Campaign trail
-
-Werd in 1937 tot Eerste Kamerlid gekozen door Groep IV: Zuid-Holland
Non-acceptance of political functions
-
-minister van Economische Zaken, May 1933 (geweigerd)
-
-minister van Justitie, 1945 (geweigerd)
-
-kabinetsformateur, 23 July 1952 (geweigerd)
-
-kabinetsformateur, 22 August 1956 (geweigerd)
-
-minister van Binnenlandse Zaken, bezitsvorming en Publiekrechtelijke Bedrijfsorganisatie, September 1956 (geweigerd)
Pseudonyms and nicknames
-
-"De Baby" (bijnaam in de Amsterdamse gemeenteraad)
-
-"De Sphinx van Overveen" (bijnaam)
U ziet een selectie van wetenswaardigheden. In de uitgebreide versie is een overzicht van wetenswaardigheden opgenomen.
Publications-
-A.W. Abspoel, "Van Binnen- en Buitenhof" (1956), 74-75
-
-J. Bosmans, "Romme Biografie 1896-1946" (deel I, 1992)
-
-J. Bosmans, "Romme, Carl Paul Maria (1896-1980)", in: Biografisch Woordenboek van Nederland, deel II, 465
-
-J.J. Lindner, "C.P.M. Romme. De knapste man van het hele parlement", in: P. Brill, "Kopstukken van het laagland. Een eeuw Nederland in honderd portretten" (1999)
-
-Marcel Broersma, "De hand van Romme. C.P.M. Romme als staatkundig hoofdredacter van 'De Volkskrant' (1945-1952)", in: BMGN 115 (2000), 561
-
-Persoonlijkheden in het Koninkrijk der Nederlanden in woord en beeld (1938)
-
-P. Hofland, "Leden van de raad. De Amsterdamse gemeenteraad 1814-1941"
Biografisch Woordenboek(en)
biografie opgenomen in het Biografisch Woordenboek van Nederland
In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.
Uitgebreide biografieën van de huidige leden van de Eerste en Tweede Kamer zijn beschikbaar via parlement.com.
Voor de overige ruim 5000 biografieën geldt het volgende:
In het digitale biografisch archief van de Stichting PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, parlementaire activiteiten, opleiding en wetenswaardigheden. Voorlopig is het beschikbaar stellen van uitgebreide biografieën, en/of daarop gebaseerde statistische gegevens, opgeschort. Wilt u een uitgebreide biografie inzien? Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.