Kamerstuk
| Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
|---|---|---|---|
| Eerste Kamer der Staten-Generaal | 2024-2025 | 35334 nr. BX |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
| Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
|---|---|---|---|
| Eerste Kamer der Staten-Generaal | 2024-2025 | 35334 nr. BX |
Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 30 januari 2025
Om stikstofdepositieruimte optimaal te benutten, hebben Rijk en provincies in AERIUS Register stikstofbanken opgericht. Via deze stikstofbanken kan stikstofdepositieruimte die is vrijgemaakt door het treffen van (mitigerende) maatregelen beschikbaar worden gesteld ten behoeve van toestemmingverlening. Departementen en provincies kunnen naar eigen inzicht stikstofbanken inrichten voor een speciaal doel en deze vullen door het treffen van maatregelen (zoals het intrekken van een vergunning). Op dit moment zijn er in totaal 17 stikstofbanken. Een van het Rijk (de SSRS-bank), 15 banken van 9 provincies en een landsdekkende microdepositiebank.
Hoeveelheid stikstofdepositieruimte in de stikstofbanken
Het gebruik van ruimte uit stikstofbanken is op dit moment een van de weinige manieren om nieuwe activiteiten te faciliteren. Op dit moment is er in acht stikstofbanken ruimte geregistreerd. Gemiddeld zit er 1,25 mol/ha/jr aan ruimte in deze acht banken (berekend over alle (bijna) overbelaste hectares met stikstofgevoelige habitattypen en leefgebieden van soorten in alle Natura 2000-gebieden in Nederland). Per bank en lokaal loopt de hoeveelheid ruimte die in theorie beschikbaar is voor toestemmingverlening uiteen en niet op alle hectares en in alle Natura 2000-gebieden in Nederland is ruimte beschikbaar.
In de SSRS-bank zit bijvoorbeeld in totaal 40.816,18 mol/jr, afkomstig uit de Subsidieregeling sanering varkenshouderijen. Gemiddeld berekend is dit 0,23 mol/ha/jr.1 Waar ruimte beschikbaar is, loopt deze ruimte lokaal en absoluut gezien uiteen. Van minimaal 0,01 mol/h/jr tot maximaal 0,06 mol/ha/jr op hectares in Lingegebied en Diefdijk-Zuid en van minimaal 1,89 mol/ha/jr tot maximaal 26,65 mol/ha/jr op hectares in Maasduinen. De ruimte die is geregistreerd in alle banken in AERIUS Register is voor een ieder inzichtelijk middels open data. Onderstaand een overzicht van de geregistreerde ruimte in de 8 stikstofbanken.
|
Naam bank |
Bankeigenaar |
Geregistreerde ruimte |
|
|---|---|---|---|
|
Totaal in mol/jr |
Gemiddeld in mol/ha/jr1 |
||
|
SSRS-bank |
Rijk |
40.816,18 |
0,23 |
|
Microdepositiebank |
Rijk |
6,03 |
0,00 |
|
Doelenbank prioritaire projecten Flevoland |
Provincie Flevoland |
550,30 |
0,00 |
|
Gelderse stikstofbank |
Provincie Gelderland |
170.935,90 |
0,95 |
|
Getec Emmen |
Provincie Drenthe |
213,20 |
0,00 |
|
LPM (Logistiek Park Moerdijk) |
Provincie Noord-Brabant |
455,87 |
0,00 |
|
EceVI (Energietransitie, circulaire economie en verduurzaming industrie) |
Provincie Noord-Holland |
2808,65 |
0,02 |
|
HIC_RDAM (Haven Industrie Complex Rotterdam) |
Provincie Zuid-Holland |
9.962,10 |
0,06 |
Bron: open data AERIUS register. oktober 2024 (AERIUS versie 2023).
Het totaal aantal mol per hectare per jaar is gedeeld door het aantal (bijna) overbelaste hectares met voor stikstofgevoelige habitats in alle Natura 2000 gebieden in Nederland. Dit zijn 180.724 hectare
Stikstofbanken en additionaliteit
Dat er in banken ruimte staat geregistreerd, betekent niet automatisch dat deze ruimte ook volledig inzetbaar is voor toestemmingverlening. De mogelijkheden die de banken bieden voor toestemmingverlening zijn namelijk beperkt. De huidige staat van de natuur maakt dat niet alle ruimte die in de banken geregistreerd staat, ook daadwerkelijk kan worden uitgegeven. Op dit moment is er sprake van (dreigende) verslechtering (of kan verslechtering niet worden uitgesloten) in verschillende Natura 2000-gebieden, waarbij stikstofdepositie een belangrijke drukfactor is. Voor veel habitattypen en/of leefgebieden van soorten in deze gebieden kan met de op dit moment beschikbare gegevens niet met zekerheid gesteld worden dat de depositiedaling niet nodig is om de (dreigende) verslechtering tegen te gaan. Pas als dat het geval is, en wordt voldaan aan het zogenoemde «additionaliteitsvereiste», mag de depositiedaling benut worden voor toestemmingverlening. Het treffen van stikstofreducerende maatregelen is hierin belangrijk om additionaliteit aan te kunnen tonen.
Voor de SSRS-bank geldt dat er bij de vulling van de bank een toets op additionaliteit heeft plaatsgevonden. Ruimte waarvan nu nog niet is vastgesteld dat deze additioneel is, wordt bewaard in het Stikstof Parkeerinstrument (SPIN: gemiddeld 1,01 mol/ha/jr). De Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur zal die ruimte alsnog beschikbaar stellen ten behoeve van toestemmingverlening indien een bevoegd gezag onderbouwt dat deze ruimte wél additioneel is.
Tot slot
Ondanks het feit dat de stikstofgevoelige natuur onder druk staat, blijf ik mogelijkheden zien om maatschappelijke en economische ontwikkelingen te faciliteren, onder andere door de inzet van ruimte uit stikstofbanken. Met het verlenen van een overzicht aan ruimte die momenteel geregistreerd staat in de stikstofbanken, beschouw ik ook toezegging T03842 aan het lid Van Aelst-den Uijl (SP) als afgedaan.
Minister van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur, F.M. Wiersma
Het gemiddelde is berekend door het totaal aantal mol te delen door het aantal (bijna) overbelaste hectares met voor stikstofgevoelige habitats in alle Natura 2000 gebieden in Nederland. Dit zijn 180.724 hectare.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-35334-BX.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.