BWBR0045388 NL - wet
Wet aanpassing Appa en enkele andere wetten 2021

Deze wet werd op 23 juni 2021 ondertekend en op 9 juli 2021 gepubliceerd (Stb. 2021, 328).

 
Deze wet is gebaseerd op de overweging, dat het wenselijk is het partner- en wezenpensioen voor de nabestaanden van politieke ambtsdragers te harmoniseren met het partnerpensioen en het wezenpensioen voor nabestaanden van het overheidspersoneel en daartoe de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers te wijzigen, alsmede mede naar aanleiding van de evaluatie van de wetgeving in vervolg op de adviezen van de commissie Rechtspositie politieke ambtsdragers en de inwerkingtreding van de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers, de Wet Schadeloosstelling leden Tweede Kamer, de Wet vergoedingen leden Eerste Kamer, de Wet rechtspositie ministers en staatssecretarissen, de Wet rechtspositie Raad van State, Algemene Rekenkamer en Nationale ombudsman en de Wet schadeloosstelling, uitkering en pensioen leden Europees Parlement te wijzigen, en de Gemeentewet en de Provinciewet aan te passen in verband met de harmonisatie van de rechtspositie van decentrale politieke ambtsdragers.

1.

Oorspronkelijk wetsvoorstel


2.

Wijzigingen van deze regeling

Ingelogde gebruikers zien hier de in werking getreden en de nog niet in werking getreden wijzigingen van deze wet, alsmede de nog bij de Tweede of de Eerste Kamer aanhangige wetsvoorstellen die deze wet beogen te wijzigen.

3.

Geldende tekst

Wet van 23 juni 2021 tot wijziging van de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers onder meer in verband met de harmonisering van het partnerpensioen en het wezenpensioen met de regelingen voor het overheidspersoneel alsmede tot wijziging van de Wet schadeloosstelling leden Tweede Kamer, de Wet vergoedingen leden Eerste Kamer, de Wet rechtspositie ministers en staatssecretarissen, de Wet rechtspositie Raad van State, Algemene Rekenkamer en Nationale ombudsman, de Wet schadeloosstelling, uitkering en pensioen leden Europees Parlement, de Gemeentewet en de Provinciewet betreffende de rechtspositie van politieke ambtsdragers, en aanpassing van de Wet privatisering ABP (Wet aanpassing Appa en enkele andere wetten 2021)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is het partner- en wezenpensioen voor de nabestaanden van politieke ambtsdragers te harmoniseren met het partnerpensioen en het wezenpensioen voor nabestaanden van het overheidspersoneel en daartoe de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers te wijzigen, alsmede mede naar aanleiding van de evaluatie van de wetgeving in vervolg op de adviezen van de commissie Rechtspositie politieke ambtsdragers en de inwerkingtreding van de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren de Algemene pensioenwet politieke ambtsdragers, de Wet Schadeloosstelling leden Tweede Kamer, de Wet vergoedingen leden Eerste Kamer, de Wet rechtspositie ministers en staatssecretarissen, de Wet rechtspositie Raad van State, Algemene Rekenkamer en Nationale ombudsman en de Wet schadeloosstelling, uitkering en pensioen leden Europees Parlement te wijzigen, en de Gemeentewet en de Provinciewet aan te passen in verband met de harmonisatie van de rechtspositie van decentrale politieke ambtsdragers;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel I

[Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]

Dit onderdeel is (nog) niet in werking getreden; zie het overzicht van wijzigingen

Artikel II

[Red: Wijzigt de Wet schadeloosstelling leden Tweede Kamer.]

Artikel III

[Red: Wijzigt de Wet vergoedingen leden Eerste Kamer.]

Artikel IV

[Red: Wijzigt de Wet rechtspositie ministers en staatssecretarissen.]

Artikel V

[Red: Wijzigt de Wet rechtspositie Raad van State, Algemene Rekenkamer en Nationale ombudsman.]

Artikel VI

[Red: Wijzigt de Wet schadeloosstelling, uitkering en pensioen leden Europees Parlement.]

Artikel VII

[Red: Wijzigt de Gemeentewet.]

Artikel VIII

[Red: Wijzigt de Provinciewet.]

Artikel IX

[Red: Wijzigt de Wet Privatisering ABP.]

Artikel IXa

[Red: Wijzigt de Algemene wet bestuursrecht, de Wet Nationale ombudsman, de Wet financiële voorzieningen privatisering ABP, de Wet normering topinkomens, de Wet schadeloosstelling leden Tweede Kamer, de Wet schadeloosstelling, uitkering en pensioen leden Europees Parlement, de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding en de Wet vergoedingen leden Eerste Kamer.]

Artikel X

[Red: Wijzigt deze wet.]

Artikel XI

[Red: Wijzigt de Algemene pensioen- en uitkeringswet politieke ambtsdragers.]

Artikel XII

  • 1 Deze wet, met uitzondering van artikel I, treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.
  • 2 Artikel I, met uitzondering van de onderdelen Ra en AA, treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende onderdelen verschillend kan worden vastgesteld.
  • 3 Indien het bij koninklijke boodschap van 2 september 2020 ingediende voorstel van wet houdende wijziging van de Pensioenwet, de Wet verplichte beroepspensioenregeling, de Wet op het Financieel toezicht, de Wet inkomstenbelasting 2001 en de Wet op de Loonbelasting 1964 in verband met de introductie van de mogelijkheid om een deel van de waarde van de aanspraken op ouderdomspensioen of op periodieke uitkeringen van oudedagsvoorzieningen in de derde pijler op de ingangsdatum daarvan te laten afkopen, de tijdelijke versoepeling van de pseudo-eindheffing bij regelingen voor vervroegde uittreding en de uitbreiding van de fiscale ruimte voor het sparen van bovenwettelijk verlof (Wet bedrag ineens, RVU en verlofsparen) (Kamerstukken 35 555) tot wet is of wordt verheven en artikel I, onderdeel C, van die wet in werking treedt, treedt artikel I, onderdeel Ra, van deze wet op hetzelfde tijdstip in werking.
  • 4 Artikel I, onderdeel AA, treedt in werking drie maanden na het tijdstip, bedoeld in onderdeel 2.
  • 5 Artikel I, onderdelen R en II, onder 2, werkt terug tot en met 1 januari 2019.
  • 6 De artikelen II, onderdelen A, B en C, III, onderdelen A en B, IV, onderdeel 1, en VI werken terug tot en met 1 januari 2020.
  • 7 Artikel IX werkt terug tot en met 1 januari 2019.

Artikel XIII

Deze wet wordt aangehaald als Wet aanpassing Appa en enkele andere wetten 2021.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven te

’s-Gravenhage, 23 juni 2021

Willem-Alexander

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

K.H. Ollongren

Uitgegeven de negende juli 2021

De Minister van Justitie en Veiligheid,

F.B.J. Grapperhaus

4.

Tekst op wetten.overheid.nl

5.

Wetstechnische informatie