Memorie van toelichting - Wijziging van de begrotingsstaat van het provinciefonds voor het jaar 2021 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) - Main contents
Deze memorie van toelichting i is onder nr. 2 toegevoegd aan wetsvoorstel 35850 C - Wijziging begroting provinciefonds 2021 (Voorjaarsnota) i.
Contents
Officiële titel | Wijziging van de begrotingsstaat van het provinciefonds voor het jaar 2021 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota); Memorie van toelichting; Memorie van toelichting |
---|---|
Document date | 31-05-2021 |
Publication date | 31-05-2021 |
Nummer | KST35850C2 |
Reference | 35850 C, nr. 2 |
External link | original article |
Original document in PDF |
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2020
2021
35 850 C
Wijziging van de begrotingsstaat van het provinciefonds voor het jaar 2021 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)
Nr. 2
MEMORIE VAN TOELICHTING
INHOUDSOPGAVE
2.1 Overzicht belangrijke uitgaven- en ontvangstenmutaties 4
3.1 Artikel 1 provinciefonds 5
4.1 Overzicht decentralisatie-uitkeringen 7
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2021 wijzigingen aan te brengen in de begrotingsstaat voor het provinciefonds. Het in de begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikel wordt in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).
Ingevolge artikel 5, eerste lid, van de Financiële-verhoudingswet hebben provincies gezamenlijk recht op het bedrag dat in de begroting als verplichting voor het totaal van de algemene uitkering is opgenomen. Ingevolge artikel 5, tweede lid, van de Financiële-verhoudingswet hebben de provincies gezamenlijk recht op de bedragen die in de begroting als verplichting voor het totaal van de integratie-uitkeringen en het totaal van de decentralisatie-uitkeringen zijn opgenomen.
De in dit wetsartikel opgenomen bedragen zijn niet rechtstreeks uit de begrotingsstaat af te leiden. De bedragen worden nader onderbouwd in deze memorie van toelichting.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
K.H. Ollongren
De Staatssecretaris van Financiën,
J.A. Vijlbrief
De eerste suppletoire begroting geeft een beeld van de uitvoering van de begroting 2021. De stand van de eerste suppletoire begroting wordt opgebouwd vanaf de stand van de vastgestelde begroting 2021.
Door wijzigingen in beleid van verschillende departementen kan worden overgegaan tot het beleggen of juist weghalen van taken bij provincies. Indien dit gepaard gaat met een toevoeging aan of een uitname uit het provinciefonds, wordt dit begrotingstechnisch verwerkt. In de tabel met belangrijkste mutaties worden de mutaties groter dan € 10,0 mln. weergegeven. Daarbij wordt onderscheid aangebracht tussen nominale mutaties enerzijds en overboekingen van/naar andere departementen anderzijds.
De extracomptabele tabel overzicht coronamaatregelen is niet opgenomen, vanuit de begroting van het provinciefonds zijn geen coronagerelateerde uitgaven gedaan.
2.1 Overzicht belangrijke uitgaven- en ontvangstenmutaties
Tabel 1 Belangrijkste suppletoire uitgaven- en ontvangstenmutaties 2021 (eerste suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
Uitgaven 2021
2.483.429
Vastgestelde begroting 2021
Belangrijkste suppletoire mutaties
Nominale mutaties |
|
|
11.708 |
Overboekingen |
|
|
|
|
10.792 |
Overige mutaties |
854 |
Stand 1e suppletoire begroting 2021
2.483.947
-
1.Afrekening ruimte onder plafond BCF 2020
De ontwikkeling van het BTW compensatiefonds (BCF) en het bijbehorende plafond leiden conform het Financieel Akkoord Rijk/VNG/IPO met ingang van 2015 tot een toename of afname van de algemene uitkering van de fondsen. Bij Miljoenennota 2021 werd de ruimte onder het plafond voor 2020 geraamd op € 109,3 mln. Bij de definitieve afrekening blijkt deze ruimte te zijn toegenomen met € 107,7 mln. Dit overschot wordt toegevoegd aan het gemeentefonds en provinciefonds. Het aandeel van het provinciefonds daarin bedraagt € 11,7 mln.
-
2.Projecten verkeer & vervoer
De decentralisatie-uitkering Projecten Verkeer & Vervoer voldeed niet aan de vereisten van beleids- en bestedingsvrijheid, zoals opgenomen in de Financiële-verhoudingswet. Deze decentralisatie-uitkering wordt daarom in 2021 omgezet in een specifieke-uitkering ten laste van de begroting van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.
-
3.Bodembescherming
In 2021 ontvangen de provincies middelen voor de uitvoering van taken op grond van de Wet op de bodembescherming. Dit betreft voor een deel een tegemoetkoming in de kosten van het provinciaal apparaat en voor een deel kosten samenhangend met spoedsanering van ernstig vervuilde bodem.
In onderstaande tabel worden voor de verplichtingen, de uitgaven en de ontvangsten de budgettaire gevolgen van beleid van het provinciefonds weergegeven. Hiermee worden de integrale uitgaven die samenhangen met de samengestelde beleidsdoelstelling (het nastreven van een adequate omvang van het provinciefonds en het nastreven van een adequate verdeling van de middelen over de provincies) inzichtelijk gemaakt.
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 2 Budgettaire gevolgen van beleid Artikel 1 provinciefonds (bedragen x € 1.000)
Ontwerp begroting (1) |
Mutaties via NvW, moties, amendementen en ISB (2) |
Vastge stelde begroting (3=1+2) |
Mutaties 1e suppletoire begroting (4) |
Stand 1e suppletoire begroting (5=3+4) |
Mutatie 2022 |
Mutatie 2023 |
Mutatie 2024 |
Mutatie 2025 |
|
Verplichtingen |
2.483.429 |
0 |
2.483.429 |
514 |
2.483.943 |
|
|
|
|
Uitgaven
2.483.429
0 2.483.429
518 2.483.947 - 18.711 - 17.847 - 17.199 - 16.522
Financiering provincies |
|||||||||
Bijdragen aan |
|||||||||
medeoverheden |
|||||||||
Algemene uitkering |
2.367.664 |
0 |
2.367.664 |
11.458 |
2.379.122 |
4.096 |
4.960 |
5.637 |
6.314 |
Decentralisatie-uitkeringen |
115.665 |
0 |
115.665 |
|
104.475 |
|
|
|
|
Kosten Financiële verhoudingswet
Opdrachten
Onderzoeken verdeelsystematiek
100 0 100 250 350 0 0 0 0
Ontvangsten
2.483.429
0 2.483.429
518 2.483.947 - 18.711 - 17.847 - 17.199 - 16.522
Het aandeel Juridisch verplicht bedraagt bij het provinciefonds 100%.
Algemene uitkering
Dit betreft de uitkering aan alle provincies, die ten goede komt aan de algemene middelen van de provincies. De uitkering is gebaseerd op de artikel 5, eerste lid, van de Financiële-verhoudingswet. Een toelichting op de belangrijkste mutaties is opgenomen in paragraaf 2.1.
Decentralisatie-uitkeringen
Naast de algemene uitkering kent het provinciefonds ook decentralisatie-uitkeringen. De decentralisatie-uitkeringen zijn gebaseerd op de artikel 5, tweede lid, van de Financiële-verhoudingswet. Een toelichting op de belangrijkste mutaties is opgenomen in paragraaf 2.1. Een overzicht van de decentralisatie-uitkeringen is opgenomen in paragraaf 4.1.
Onderzoeken verdeelsystematiek
Dit betreft het budget dat elk jaar is gereserveerd voor de uitvoering van onderzoeken op het vlak van de omvang en verdeling van het provinciefonds en het onderhoud van het betaalsysteem.
4.1 Overzicht decentralisatie-uitkeringen
Tabel 3 Overzicht decentralisatie-uitkeringen (bedragen x € 1.000) |
||
Omschrijving |
Uitgaven 2021 |
|
Bodembescherming |
10.792 |
|
DINGtiid |
29 |
|
Drugsdumpingen |
1.000 |
|
Economische ontwikkeling Noord-Brabant |
65 |
|
Erfgoed Deal |
756 |
|
Fryske Akademie |
1.539 |
|
Gebiedsontwikkeling Ooijen Wanssum |
10.328 |
|
Monumenten |
20.000 |
|
Na-ijlende effecten mijnbouw |
647 |
|
Omgevingsveiligheid |
675 |
|
Regiodeals |
16.500 |
|
Waddenfonds |
28.878 |
|
Wettelijke Friese taal |
150 |
|
Zoetwatermaatregelen |
13.112 |
|
Wijziging betalingsverloop decentralisatie-uitkeringen 2020 |
4 |
|
Totaal: |
104.475 |
Tweede Kamer, vergaderjaar 2020-2021, 35 850 C, nr. 2 7
The EU Monitor enables its users to keep track of the European process of lawmaking, focusing on the relevant dossiers. It automatically signals developments in your chosen topics of interest. Apologies to unregistered users, we can no longer add new users.This service will discontinue in the near future.