Brief regering; Eerste evaluatie Toezichtsraad Bureau ICT Toetsing (BIT) - Informatie- en communicatietechnologie (ICT)

Deze brief is onder nr. 440 toegevoegd aan dossier 26643 - Informatie- en communicatietechnologie (ICT).

1.

Kerngegevens

Officiële titel Informatie- en communicatietechnologie (ICT); Brief regering; Eerste evaluatie Toezichtsraad Bureau ICT Toetsing (BIT)
Document date 23-01-2017
Publication date 23-01-2017
Nummer KST26643440
Reference 26643, nr. 440
External link original article
Original document in PDF

2.

Text

26 643 Informatie- en communicatietechnologie (ICT)

Nr. 440 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR WONEN EN RIJKSDIENST

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 januari 2017

In de kabinetsreactie op het Eindrapport van de Tijdelijke commissie ICT (30 januari 2015, Kamerstuk 33 326, nr. 13) is vastgelegd dat na het eerste, het derde en in het vijfde jaar de werking van het CIO-stelsel en de rol van het BIT daarbinnen geëvalueerd worden. Conform het Instellingbesluit BIT (Stcrt. 2015, nr. 21178) worden de evaluaties, in opdracht van de Toezichtsraad BIT, uitgevoerd door een onafhankelijke instantie.

In het eerste evaluatierapport, dat ik u hierbij doe toekomen1, wordt geconcludeerd dat het BIT functioneert conform het Instellingsbesluit en het BIT Toetskader volgt. Het BIT is volgens het rapport een effectief toetsing- en sturingsinstrument en wordt in zijn functioneren niet belemmerd door de wijze waarop het momenteel is gepositioneerd2.

De Toezichtsraad vraagt aandacht voor de conclusie uit het rapport dat het BIT kwetsbaar is doordat de vaste staf aan toetsmanagers klein is in relatie tot de behoefte aan toetservaring binnen de specifieke rol van BIT. Hierdoor is volgens het rapport het BIT deels afhankelijk van roulerende toetsspecialisten van met name I-Interim Rijk. Het rapport stelt dat door de roulatie er toetservaring verloren gaat en steeds nieuwe routerende medewerkers moeten worden ingewerkt voor de specifieke toetsaanpak van BIT.

Ik merk daarbij op dat bij de inrichting van het BIT bewust gekozen is voor een vaste bezetting met een beperkte omvang. Deze bezetting wordt, op basis van de kenmerken van een te toetsen project, aangevuld met specialisten vanuit I-Interim Rijk en externe deskundigen. Ik vind de inbreng van «buiten» dusdanig essentieel dat ik ervoor kies de huidige samenstelling van het BIT-team voorlopig te handhaven.

De Toezichtsraad vraagt ook aandacht voor de conclusie uit het rapport dat het tijdelijk karakter van BIT op termijn de status en effectiviteit van BIT als de «waakhond» namens de politiek ondermijnt.

Het kabinet heeft er in zijn reactie op het Eindrapport van de Tijdelijke commissie ICT-projecten voor gekozen het BIT vooralsnog als tijdelijke voorziening in te richten. Inzet daarbij is het BIT binnen een periode van vijf jaar overbodig te maken, door binnen deze periode het CIO-stelsel verder te versterken. Het kabinet deelt niet de conclusie dat het BIT nu minder effectief is vanwege de tijdelijke status. Zulks blijkt ook niet uit het rapport. Het kabinet vindt het voorbarig om nu al te concluderen dat het BIT een structurele basis moet krijgen. Bij de derde evaluatie van het BIT zal worden bezien of het BIT inderdaad kan worden opgeheven, mede in relatie tot de realisatie van de versterking van het CIO-stelsel.

Het kabinet onderschrijft verder de conclusie uit het rapport dat de «opvoedende werking» van het BIT nog beperkt is. Het BIT heeft zich in het eerste jaar van zijn bestaan vooral gericht op de opbouw van een vakkundig team en een kwalitatief hoogwaardige uitvoering van toetsen. Vanaf dit jaar zal het BIT zich, in het kader van de versterking van het CIO-stelsel, aanvullend richten op kennisoverdracht aan de departementale CIO’s en hun staven. Bij het uitvoeren van toetsen zal ook, zoals voorgesteld in het rapport, de «bijvangst» van toetsen bij de opdrachtgevers meer aan de orde komen.

Ten slotte vraagt de Toezichtsraad aandacht voor de vraag of alle in aanmerking komende projecten bij het BIT gemeld worden.

De CIO-Rijk heeft, als hoofd van het BIT, geen aanwijzing dat ministeries hem niet informeren over projecten. Wanneer dat aan de orde zou zijn, zal ik de betreffende bewindspersoon daar uiteraard op aanspreken. Het is overigens nadrukkelijk de verantwoordelijkheid van de desbetreffende bewindspersoon om projecten in te dienen bij het BIT.

De Minister voor Wonen en Rijksdienst, S.A. Blok

Noot 1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Noot 2

Ook de bureaus Berenschot en Verdonk, Klooster & Associates (VKA) stellen in een recente publicatie dat de adviezen van het BIT impact hebben en een toets door het BIT door betrokkenen zeer serieus wordt genomen, https://www.vka.nl/actueel/publicaties/ervaringen-bit-toetsen/


3.

Attachments

 
 
 

4.

More information

 

5.

EU Monitor

The EU Monitor enables its users to keep track of the European process of lawmaking, focusing on the relevant dossiers. It automatically signals developments in your chosen topics of interest. Apologies to unregistered users, we can no longer add new users.This service will discontinue in the near future.