34237 (R2054) - Invoeringsrijkswet vereenvoudiging en digitalisering procesrecht en uitbreiding prejudiciële vragen

Please note

This page contains a limited version of this dossier in the EU Monitor.

Dit wetsvoorstel werd op 25 juni 2015 ingediend door de minister van Veiligheid en Justitie, Van der Steur1.

 

Dit voorstel is gebaseerd op de overweging, dat het met het oog op de vereenvoudiging en digitalisering van het procesrecht wenselijk is de invoering te regelen van de Wet tot wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en de Algemene wet bestuursrecht in verband met vereenvoudiging en digitalisering van het procesrecht en van de Wet tot wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering in verband met vereenvoudiging en digitalisering van het procesrecht in hoger beroep en cassatie en in verband daarmee een aantal rijkswetten aan te passen, alsmede voor de gerechten in het Caribisch deel van het Koninkrijk de mogelijkheid tot het stellen van prejudiciële vragen aan de Hoge Raad te regelen en andere technische aanpassingen aan te brengen.

Het wetsvoorstel behelst een invoeringswet bij het wetsvoorstel Vereenvoudiging en digitalisering van het procesrecht in hoger beroep en cassatie2.

en bij het wetsvoorstel Vereenvoudiging en digitalisering van het procesrecht3.

Contents

  1. Volledige titel
  2. Nota's van wijziging en amendementen
  3. Documenten
  4. Disclaimer
  5. Uitgebreide versie
  6. Parlementaire Monitor

1.

Volledige titel

Aanpassing van Rijkswetten in verband met de invoering van de Wet tot wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en de Algemene wet bestuursrecht in verband met vereenvoudiging en digitalisering van het procesrecht en van de Wet tot wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering in verband met vereenvoudiging en digitalisering van het procesrecht in hoger beroep en cassatie alsmede in verband met de uitbreiding van prejudiciële vragen aan de Hoge Raad (Invoeringsrijkswet vereenvoudiging en digitalisering procesrecht en uitbreiding prejudiciële vragen)

2.

Nota's van wijziging en amendementen

Bij dit wetsvoorstel werd een nota van wijziging en een amendement ingediend.

3.

Documenten

(34 stuks)

2 25 juni 2015, koninklijke boodschap, 34237 R2054, nr. 1    
Koninklijke boodschap
 
2 25 juni 2015, voorstel van wet, 34237 R2054, nr. 2    
Voorstel van Rijkswet
 
2 25 juni 2015, memorie van toelichting, 34237 R2054, nr. 3    
Memorie van toelichting
 
2 25 juni 2015, koninklijke boodschap, 34237 R2054, nr. 1     KST342371
Koninklijke boodschap
 
2 25 juni 2015, voorstel van wet, 34237 R2054, nr. 2     KST342372
Voorstel van Rijkswet
 
2 25 juni 2015, memorie van toelichting, 34237 R2054, nr. 3     KST342373
Memorie van toelichting
 

4.

Disclaimer

Dit dossier is automatisch samengesteld. Aan de technische programmering is veel zorg besteed. Een garantie op de juistheid van de gebruikte bronnen en het samengestelde resultaat kan echter niet worden gegeven.

5.

Uitgebreide versie

Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met het inleidende gedeelte van de memorie van toelichting, alle documenten in dit dossier, een overzicht van door dit wetsvoorstel gewijzigde wetten, een overzicht van Kamerleden en bewindslieden die bij de behandeling van dit dossier het woord hebben gevoerd en een overzicht van verwante dossiers.

The full version is available for registered users of the EU Monitor by ANP and PDC Informatie Architectuur.

6.

Parlementaire Monitor

The EU Monitor enables its users to keep track of the European process of lawmaking, focusing on the relevant dossiers. It automatically signals developments in your chosen topics of interest. Apologies to unregistered users, we can no longer add new users.This service will discontinue in the near future.


  • 1. 
    Spreekvaardige en flamboyante VVD'er, die zijn politieke loopbaan verrassend snel zag eindigen na een teleurstellend verlopen ministerschap. Na advocaat en eigenaar van een trainingsopleiding op juridisch gebied te zijn geweest, werd hij in 2010 Tweede Kamerlid. Eerder had hij in de lokale politiek ervaring opgedaan als lid van de gemeenteraden van Warmond en Teylingen. Als Kamerlid hield hij zich met name bezig met strafrecht en criminaliteitsbestrijding en was hij lid van de enquêtecommissie Fyra. Volgde in maart 2015 Opstelten op als minister van Veiligheid en Justitie in het kabinet-Rutte II. Raakte mede door onvoorzichte uitspraken spoedig betrokken bij enkele affaires. De nasleep van de Teevendeal, waarover ook zijn voorganger was gestruikeld, brak hem begin 2017 op.
     
  • 2. 
    Dit voorstel is gebaseerd op de overweging, dat het wenselijk is om het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering te wijzigen in verband met vereenvoudiging en digitalisering van het procesrecht in hoger beroep en cassatie.
     
  • 3. 
    Dit voorstel is gebaseerd op de overweging, dat het wenselijk is om het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering en de Algemene wet bestuursrecht te wijzigen in verband met vereenvoudiging en digitalisering van het procesrecht.
     
  • 4. 
    Ton Rombouts (1951) was van 9 juni 2015 tot 13 juni 2023 Eerste Kamerlid voor het CDA. In 1996-2017 was hij burgemeester van 's-Hertogenbosch. Eerder bekleedde hij dat ambt in Wouw (1979-1989) en Boxtel (1989-1992). Begon zijn loopbaan als medewerker van de CDA-Tweede Kamer fractie en promoveerde in 1986 op een proefschrift over gemeentelijke herindeling. Verder was de heer Rombouts vier jaar directeur van het Interprovinciaal Overleg. In de Eerste Kamer hield hij zich vooral met justitie en veiligheid en binnenlandse zaken bezig.
     
  • 5. 
    Joris Backer (1953) was van 7 juni 2011 tot 13 juni 2023 Eerste Kamerlid voor D66. Hij was directeur Corporate Legal van Schiphol. Voorheen was hij onder meer advocaat en werkzaam bij Shell. De heer Backer was voorzitter van de commissie die in 2006 en 2010 het D66-verkiezingsprogramma schreef. Hij hield zich in de Eerste Kamer onder meer bezig met Europa, justitie, financiën (begroting) en wetenschap. De heer Backer was in de periode 2015-2019 tweede ondervoorzitter van de Eerste Kamer en van 11 juni tot 2 juli 2019 tijdelijk Voorzitter.
     
  • 6. 
    Deskundige op het snijvlak van recht en ICT die twaalf jaar Eerste Kamerlid was voor de VVD, totdat het kort voor de verkiezingen van 2019 tot een breuk kwam. Advocaat en mede-eigenaar van een Haags adviesbureau op het gebied van onder meer informatiebeveiliging en telecommunicatierecht, dat ook in opdracht van ministeries werkte. De aantijging dat haar bureau advies had uitgebracht over een wetsvoorstel waarover zij zelf nog moest stemmen, leidde tot een affaire en uiteindelijk tot een breuk met de partij. Had als woordvoerder justitie en binnenlandse zaken overigens een goede reputatie en was voorzitter van de vaste commissie Justitie en Veiligheid.
     
  • 7. 
    Jurist van PvdA-huize, die zesenhalf jaar Eerste Kamerlid was. Werd na haar rechtenstudie advocaat, universitair docent, rechter in Almelo, lid en plaatsvervangend voorzitter van het College bescherming persoonsgegevens, lid van het gemeenschappelijk controleorgaan Eurojust en hoofddocent aan de Academie voor Bestuur, Recht en Veiligheid van de Haagse Hogeschool. In de Eerste Kamer hield zij zich onder meer bezig met justitiële onderwerpen, zoals de Wet forensische zorg en de digitalisering van het procesrecht. Keerde in 2018 terug naar de rechterlijke macht, toen zij rechter werd in het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.
     
  • 8. 
    Tineke Strik (1961) is a member of the European Parliament since 2 July 2019 as an independent member, and is aligned with the Greens/European Free Alliance. She is elected on behalf of the Netherlands.
     
  • 9. 
    SP'er met een lange politieke en bestuurlijke staat van dienst. Was als jurist werkzaam bij onder meer de NOS en later advocaat. Als deskundige op het gebied van beroepsziekten zette hij zich in het bijzonder in voor asbestslachtoffers. Hij was tevens gemeenteraadslid in Utrecht. Zijn Eerste Kamerlidmaatschap besloeg de periode 1998-2019, maar werd diverse keren onderbroken. Zo verliet hij in 2018 de Senaat om in zijn geboorteprovincie Limburg gedeputeerde te worden. Toen daar al na enkele maanden na een conflict een einde kwam, keerde hij nog een jaar terug in de Eerste Kamer. Was geruime tijd SP-fractievoorzitter en later woordvoerder justitie.