In duel met Andre Rouvoet, en ik in rolstoel

Source: B. (Boris) van der HamĀ i, published on Saturday, January 17 2009.

Vandaag van half drie tot tien uur 's avonds op de spoedeisende hulp van een ziekenhuis gelegen. Erg veel pijn. Maar daarover straks meer! Allereerst Calvijn! Deze grondlegger van het Calvinisme werd 500 jaar geleden geboren. Voorstanders dwepen met zijn soberheid, tegenstanders wijzen op zijn starheid. Ik behoor tot zijn tegenstanders. Afgelopen week hielden zowel Andre Rouvoet als ikzelf hierover een toesprak tijdend de Calvijnweek van de VU, en publiceerde we j.l. donderdag een neerslag van die tekst in NRC Handelsblad (met de fraaie cartoon van Woldhek die hier staat). Een duik in de geschiedenis van het dogmatische en het vrije denken, een duel over betutteling en de vraag waar het liberalisme eigenlijk voor staat. Lees de tekst HIER.

Ik op de spoedeisende hulp

Deze blog schrijf ik vanaf mijn bank, met laptop op schoot, en mijn benen op een hoog kussen. De afgelopen weken heb ik veel pijn aan mijn been. Was daar al een aantal keer voor naar de dokter geweest. Maar vanochtend was het niet te harden. Ik kon amper mijn bed uit en de trap af, zo'n pijn had ik. Toch ging ik naar Den Haag omdat ik een paar belangrijke afspraken niet wilde missen. Onderweg werd het steeds erger. In de taxi, die ik vanwege de pijn onderweg, had genomen belde ik naar de Kamer om bij de poort een rolstoel voor me klaar te zetten. Het lukte niet meer te lopen. Ik heb de ochtendafspraken -in rolstoel- afgemaakt. Een daarvan was met een jongen die zelf zijn hele leven al in een rolstoel zit, en me bij kwam praten over het beleid rond gehandicapten. " He! Gehandicapte!" klonk het toen we elkaar tegemoed reden. Een van de andere afspraken was het rondleiden van een basisschoolklas met 9-jarige leerlingen uit Den Haag. De kinderen verdrongen zich om mij voort te mogen duwen. Voor mij was het grappig om alles nu vanaf hun hoogte te kunnen zien. En inderdaad, dan is het Kamergebouw nog indrukwekkender.

Daarna toch echt met de auto naar een ziekenhuis gegaan. Er zijn allerlei foto's gemaakt. Intussen werden er vele andere mensen binnengebracht die nog veel acuter hulp nodig hadden, en ik -begrijpelijk- langer moest wachten. In de uren die ik daar lag, luisterend naar de geluiden van de drukke afdeling, het gepiep van medische apparatuur, en de apparaten waar ik zelf onder moest liggen, kwamen er veel herinneringen boven van die vele ziekenhuisbezoeken van de afgelopen jaren met mijn ouders. Uiteindelijk kon ik naar huis, met een flinke shot pijnstillers, en ben ik weer de trap op gestrompeld. Volgende week moeten ze nog nieuwe onderzoeken doen om de echte oorzaak vast te stellen. Tot die tijd met de benen omhoog, pijnstillers en rustig aan doen. Politieke afspraken van dit weekend -zaterdag in Ommen en zondag in het Belgische Gent- moet ik dus afzeggen. Hopelijk dat het bijtrekt.