Artikel III-317: Instrumenten
Contents
-
1.De maatregelen die nodig zijn voor de uitvoering van het ontwikkelingssamenwerkingsbeleid worden vastgesteld bij Europese wet of kaderwet en kunnen betrekking hebben op meerjarenprogramma's voor samenwerking met ontwikkelingslanden of op thematische programma's.
-
2.De Unie kan met derde landen en bevoegde internationale organisaties alle overeenkomsten sluiten die dienstig zijn ter verwezenlijking van de in de artikelen III-2921 en III-3162 genoemde doelstellingen.
De eerste alinea laat de bevoegdheid van de lidstaten om in internationale fora te onderhandelen en overeenkomsten te sluiten, onverlet.
-
3.De Europese Investeringsbank draagt, onder de in haar statuut neergelegde voorwaarden, bij tot de uitvoering van de in lid 1 bedoelde maatregelen.
Artikel III-317 bepaalt de maatregelen die de Raad kan vaststellen om de doelstellingen van ontwikkelingssamenwerking te realiseren.
Nieuw is dat de samenwerking met de staten in het kader van de op 23 juni 2000 te Cotonou totstandgekomen Partnerschapsovereenkomst tussen de leden van de groep van staten in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan, enerzijds, en de Europese Gemeenschap en haar lidstaten, anderzijds (Trb. 2001, 57), niet langer van dit artikel uitgezonderd is.
Daarmee kan dit artikel geen belemmering meer vormen bij de eventuele integratie van het Europees Ontwikkelingsfonds in de reguliere begroting. De regering heeft hiervoor met succes gepleit.
We merken op dat artikel III-317 de bepaling van artikel 179 (3) VEG3, dat stelde dat het de samenwerking met de landen in Afrika, het Caribisch gebied en de Stille Oceaan (ACS) onverlet liet, niet heeft overgenomen.
Deze weglating maakt het mogelijk het Europees ontwikkelingsfonds te budgetteren.
-
1.Het Europees Parlement en de Raad stellen volgens de wetgevingsprocedure de Europese wetten en de Europese kaderwetten vast die nodig zijn voor de uitvoering van het ontwikkelingssamenwerkingsbeleid en die betrekking kunnen hebben op meerjarenprogramma's voor samenwerking met ontwikkelingslanden of op thematische programma's.
-
2.De Unie kan met derde landen en bevoegde internationale organisaties alle overeenkomsten sluiten die dienstig zijn voor de verwezenlijking van de in artikel 14 van deze titel genoemde doelstellingen. De onderhandelingen over en de sluiting van die overeenkomsten geschieden overeenkomstig artikel 335 van deze titel. De eerste alinea doet geen afbreuk aan de bevoegdheid van de lidstaten om in internationale fora te onderhandelen en internationale overeenkomsten te sluiten.
-
3.De Europese Investeringsbank draagt, onder de in haar statuten vastgestelde voorwaarden, bij tot de uitvoering van de in lid 1 bedoelde maatregelen.
-
4.Dit artikel laat de samenwerking met de staten in Afrika, het Caribische gebied en de Stille Oceaan in het kader van de ACS-EG-overeenkomst onverlet.
-
1.Artikel 26 is gebaseerd op de huidige artikelen 179 en 181 VEG, maar de leden 1 en 2 van het ontwerp (artikelen 179, lid 1, en artikel 181) zijn aangepast in het licht van de werkzaamheden van de Conventie, met name de aanbevelingen van de werkgroep Vereenvoudiging.
-
2.Lid 3 over de Europese Investeringsbank is identiek aan artikel 179, lid 2, VEG.
-
3.Lid 4 is identiek aan artikel 179, lid 3, VEG. Beklemtoond wordt evenwel dat de Conventie zich moet uitspreken over de vraag of er een bepaling over de samenwerking met de ACSstaten moet worden behouden, dan wel of deze bepaling moet worden geschrapt vanuit de overweging dat er geen behoefte is aan beleid of een aparte financiering (in dit verband zij eraan herinnerd dat er in Werkgroep VII brede steun bestond voor de opname van het Europees Ontwikkelingsfonds (EOF) in de algemene EU-begroting).
-
1.Bij Europese wet of kaderwet worden de maatregelen vastgesteld die nodig zijn voor de uitvoering van het ontwikkelingssamenwerkingsbeleid en die betrekking kunnen hebben op meerjarenprogramma's voor samenwerking met ontwikkelingslanden of op thematische programma's.
-
2.De Unie kan met derde landen en bevoegde internationale organisaties alle overeenkomsten sluiten die dienstig zijn voor de verwezenlijking van de in [artikel 1]6 van deze titel genoemde doelstellingen. De onderhandelingen over en de sluiting van die overeenkomsten geschieden overeenkomstig [artikel 33]7 van deze titel.
De eerste alinea doet geen afbreuk aan de bevoegdheid van de lidstaten om in internationale fora te onderhandelen en internationale overeenkomsten te sluiten.
-
3.De Europese Investeringsbank draagt, onder de in haar statuten vastgestelde voorwaarden, bij tot de uitvoering van de in lid 1 bedoelde maatregelen.
-
1.Bij Europese wet of kaderwet worden de maatregelen ter uitvoering van het ontwikkelingssamenwerkingsbeleid vastgesteld; deze kunnen betrekking hebben op meerjarenprogramma's voor samenwerking met ontwikkelingslanden of op thematische programma's.
-
2.De Unie kan met derde landen en bevoegde internationale organisaties alle overeenkomsten sluiten die dienstig zijn voor de verwezenlijking van de in artikel III-1938 genoemde doelstellingen. De onderhandelingen over en de sluiting van die overeenkomsten vinden plaats overeenkomstig artikel III-2279.
De eerste alinea laat onverlet de bevoegdheid van de lidstaten om in internationale fora te onderhandelen en internationale overeenkomsten te sluiten.
-
3.De Europese Investeringsbank draagt, onder de in haar statuten vastgestelde voorwaarden, bij tot de uitvoering van de in lid 1 bedoelde maatregelen.
-
1.Bij Europese wet of kaderwet worden de maatregelen vastgesteld ter uitvoering van het ontwikkelingssamenwerkingsbeleid; deze kunnen betrekking hebben op meerjarenprogramma's voor samenwerking met ontwikkelingslanden of op thematische programma's.
-
2.De Unie kan met derde landen en bevoegde internationale organisaties alle overeenkomsten sluiten die dienstig zijn voor de verwezenlijking van de in de artikelen III-19310 en III-21811 genoemde doelstellingen.
De eerste alinea laat onverlet de bevoegdheid van de lidstaten om in fora te onderhandelen en internationale overeenkomsten te sluiten.
-
3.De Europese Investeringsbank draagt, onder de in haar statuten vastgestelde voorwaarden, bij tot de uitvoering van de in lid 1 bedoelde maatregelen.
-
1.De maatregelen die nodig zijn voor de uitvoering van het ontwikkelingssamenwerkingsbeleid worden vastgesteld bij Europese wet of kaderwet en kunnen betrekking hebben op meerjarenprogramma's voor samenwerking met ontwikkelingslanden of op thematische programma's.
-
2.De Unie kan met derde landen en bevoegde internationale organisaties alle overeenkomsten sluiten die dienstig zijn ter verwezenlijking van de in de artikelen III-2921 en III-3162 genoemde doelstellingen.
De eerste alinea laat de bevoegdheid van de lidstaten om in internationale fora te onderhandelen en overeenkomsten te sluiten, onverlet.
-
3.De Europese Investeringsbank draagt, onder de in haar statuut neergelegde voorwaarden, bij tot de uitvoering van de in lid 1 bedoelde maatregelen.
- 1.1. Het internationaal optreden van de Unie berust op en is gericht op de wereldwijde verspreiding van de beginselen die aan de oprichting, de ontwikkeling en de uitbreiding van de Unie ten grondslag liggen: de democratie, de rechtsstaat, de universaliteit en de ondeelbaarheid van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden, de eerbiediging van de menselijke waardigheid, de beginselen van gelijkheid en solidariteit en de naleving van de beginselen van het Handvest van de Verenigde Naties en het internationaal recht.
- 2.1. Het beleid van de Unie op het gebied van ontwikkelingssamenwerking wordt gevoerd in het kader van de beginselen en doelstellingen van het externe optreden van de Unie. Het ontwikkelingssamenwerkingsbeleid van de Unie en dat van de lidstaten completeren en versterken elkaar.
- 3.1. Onverminderd de overige bepalingen van dit Verdrag stelt de Raad volgens de procedure van artikel 251 de maatregelen vast die noodzakelijk zijn om de doelstellingen van artikel 177 te verwezenlijken. Deze maatregelen kunnen de vorm aannemen van meerjarenprogramma's.
- 4.1. Het internationale optreden van de Unie berust op [wordt geleid door], en is gericht op de wereldwijde verspreiding van, de beginselen die aan haar oprichting, ontwikkeling en uitbreiding ten grondslag liggen: de democratie, de rechtsstaat, de universaliteit en ondeelbaarheid van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden, de eerbiediging van de menselijke waardigheid, de beginselen van gelijkheid en solidariteit en de eerbiediging van het internationale recht overeenkomstig de beginselen van het Handvest van de Verenigde Naties. De Unie streeft ernaar betrekkingen te ontwikkelen en partnerschappen aan te gaan met landen en regionale of mondiale organisaties die deze waarden delen. Zij bevordert multilaterale oplossingen voor gemeenschappelijke problemen, met name in het kader van de Verenigde Naties.
- 5.1. Onverminderd de bijzondere bepalingen van artikel 24 van deze titel, wordt bij het onderhandelen over en het sluiten van akkoorden tussen de Unie en derde staten of internationale organisaties de volgende procedure gevolgd.
- 6.1. Het internationale optreden van de Unie berust op, en is gericht op de wereldwijde verspreiding van, de beginselen die aan haar oprichting, ontwikkeling en uitbreiding ten grondslag liggen: de democratie, de rechtsstaat, de universaliteit en ondeelbaarheid van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden, de eerbiediging van de menselijke waardigheid, de beginselen van gelijkheid en solidariteit en de eerbiediging van het internationale recht overeenkomstig de beginselen van het Handvest van de Verenigde Naties. De Unie streeft ernaar betrekkingen te ontwikkelen en partnerschappen aan te gaan met landen en regionale of mondiale organisaties die deze waarden delen. Zij bevordert multilaterale oplossingen voor gemeenschappelijke problemen, met name in het kader van de Verenigde Naties.
- 7.1. Bij het onderhandelen over en het sluiten van akkoorden tussen de Unie en derde staten of internationale organisaties wordt de volgende procedure gevolgd.
- 8.1. Het internationaal optreden van de Unie berust op en is gericht op de wereldwijde verspreiding van de beginselen die aan de oprichting, de ontwikkeling en de uitbreiding van de Unie ten grondslag liggen: de democratie, de rechtsstaat, de universaliteit en de ondeelbaarheid van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden, de eerbiediging van de menselijke waardigheid, de beginselen van gelijkheid en solidariteit en de naleving van het internationaal recht overeenkomstig de beginselen van het Handvest van de Verenigde Naties. De Unie streeft ernaar betrekkingen te ontwikkelen en partnerschappen aan te gaan met derde landen en met de mondiale, internationale en regionale organisaties die deze waarden delen. Zij bevordert multilaterale oplossingen voor gemeenschappelijke problemen, met name in het kader van de Verenigde Naties.
- 9.1. Onverminderd de bijzondere bepalingen van artikel III-217 wordt bij het onderhandelen over en het sluiten van akkoorden tussen de Unie en derde staten of internationale organisaties de volgende procedure gevolgd.
- 10.1. Het internationaal optreden van de Unie berust op en is gericht op de wereldwijde verspreiding van de beginselen die aan de oprichting, de ontwikkeling en de uitbreiding van de Unie ten grondslag liggen: de democratie, de rechtsstaat, de universaliteit en de ondeelbaarheid van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden, de eerbiediging van de menselijke waardigheid, de beginselen van gelijkheid en solidariteit en de naleving van de beginselen van het Handvest van de Verenigde Naties en het internationaal recht.
- 11.1. Het beleid van de Unie op het gebied van ontwikkelingssamenwerking wordt gevoerd in het kader van de beginselen en doelstellingen van het externe optreden van de Unie. Het ontwikkelingssamenwerkingsbeleid van de Unie en dat van de lidstaten completeren en versterken elkaar.