Artikel III-339: Taalgebruik door de instellingen
De Raad stelt met eenparigheid van stemmen een Europese verordening vast houdende regeling van het taalgebruik door de instellingen van de Unie, onverminderd het statuut van het Hof van Justitie van de Europese Unie.
De regeling van het taalgebruik door de instellingen van de Unie wordt, onverminderd het statuut van het Hof van Justitie, bij een met eenparigheid van stemmen door de Raad aangenomen verordening vastgesteld.
De Raad van Ministers stelt met eenparigheid van stemmen een Europese verordening vast houdende regeling van het taalgebruik door de instellingen van de Unie, onverminderd het statuut van het Hof van Justitie.
De Raad stelt met eenparigheid van stemmen een Europese verordening vast houdende regeling van het taalgebruik door de instellingen van de Unie, onverminderd het statuut van het Hof van Justitie van de Europese Unie.
De Raad stelt met eenparigheid van stemmen een Europese verordening vast houdende regeling van het taalgebruik door de instellingen van de Unie, onverminderd het statuut van het Hof van Justitie1 van de Europese Unie.
- 1.De bepalingen inzake de talenregeling die van toepassing is op het Hof van Justitie van de Europese Unie worden door de Raad met eenparigheid van stemmen vastgesteld bij Europese verordening. Die verordening wordt vastgesteld op verzoek van het Hof van Justitie en na raadpleging van de Commissie en het Europees Parlement, of op voorstel van de Commissie en na raadpleging van het Hof van Justitie en het Europees Parlement.