Artikel III-303: Interinstitutionele akkoorden

    • IGC (okt 2003 - juni 2004)
    • Deel III: Beleid en werking van de Unie
    • Titel VI - De werking van de Unie
    • Hoofdstuk I - Institutionele bepalingen
    • Afdeling 4 - Bepalingen die de instellingen en organen van de Unie gemeen hebben
III-302
Artikel III-303
III-304

Het Europees Parlement, de Raad en de Commissie raadplegen elkaar en bepalen in onderlinge overeenstemming de wijze waarop zij samenwerken. Daartoe kunnen zij, met inachtneming van de Grondwet, interinstitutionele akkoorden sluiten die een dwingend karakter kunnen hebben.

1.

Ontwikkeling artikel

2003
Artikel III-299: Interinstitutionele akkoorden

Het Europees Parlement, de Raad en de Commissie raadplegen elkaar en bepalen in onderlinge overeenstemming de wijze waarop zij samenwerken. Daartoe kunnen zij, met inachtneming van de Grondwet, interinstitutionele akkoorden sluiten die een dwingend karakter kunnen hebben.

2003
Artikel III-303: Interinstitutionele akkoorden

Het Europees Parlement, de Raad van Ministers en de Europese Commissie raadplegen elkaar en bepalen in onderlinge overeenstemming de wijze waarop zij samenwerken. Daartoe kunnen zij, met inachtneming van de Grondwet, interinstitutionele akkoorden sluiten die een dwingend karakter kunnen hebben.

2003
Artikel III-303: Interinstitutionele akkoorden

Het Europees Parlement, de Raad en de Commissie raadplegen elkaar en bepalen in onderlinge overeenstemming de wijze waarop zij samenwerken. Daartoe kunnen zij, met inachtneming van de Grondwet, interinstitutionele akkoorden sluiten die een dwingend karakter kunnen hebben.

2004
Artikel III-397: Interinstitutionele akkoorden

Het Europees Parlement, de Raad en de Commissie raadplegen elkaar en bepalen in onderlinge overeenstemming de wijze waarop zij samenwerken. Daartoe kunnen zij, met inachtneming van de Grondwet, interinstitutionele akkoorden sluiten die een bindend karakter kunnen hebben.