Artikel III-274: Prejudiciële beslissing

    • Europese Conventie III (juli 2003)
    • Deel III: Beleid en werking van de Unie
    • Titel VI - De werking van de Unie
    • Hoofdstuk I - Institutionele bepalingen
    • Afdeling 1 - De instellingen
    • Onderafdeling 5 - Het Hof van Justitie
III-273
Artikel III-274
III-275

Het Hof van Justitie is bevoegd, bij wijze van prejudiciële beslissing, uitspraak te doen

  • a) 
    over de uitlegging van de Grondwet,
  • b) 
    over de geldigheid en de uitlegging van de handelingen van de instellingen van de Unie,

Indien een vraag te dien aanzien wordt opgeworpen voor een rechterlijke instantie van een der lidstaten, kan deze instantie, indien zij een beslissing op dit punt noodzakelijk acht voor het wijzen van haar vonnis, het Hof van Justitie verzoeken over deze vraag een uitspraak te doen.

Indien een vraag te dien aanzien wordt opgeworpen in een zaak aanhangig bij een nationale rechterlijke instantie waarvan de beslissingen volgens het nationale recht niet vatbaar zijn voor hoger beroep, is deze instantie gehouden zich tot het Hof van Justitie te wenden.

Indien een dergelijke vraag wordt opgeworpen in een bij een nationale rechterlijke instantie aanhangige zaak betreffende een gedetineerde persoon, doet het Hof van Justitie zo spoedig mogelijk uitspraak.

1.

Ontwikkeling artikel

2003
Artikel III-271: Prejudiciële beslissing

Het Hof van Justitie is bevoegd, bij wijze van prejudiciële beslissing, een uitspraak te doen

  • a) 
    over de uitlegging van de Grondwet,
  • b) 
    over de geldigheid en de uitlegging van de handelingen van de instellingen van de Unie,
  • c) 
    over de uitlegging van de statuten van bij besluit van de Unie ingestelde agentschappen of organen, wanneer die statuten daarin voorzien.

Indien een vraag te dien aanzien wordt opgeworpen voor een rechterlijke instantie van een der lidstaten, kan deze instantie, indien zij een beslissing op dit punt noodzakelijk acht voor het wijzen van haar vonnis, het Hof van Justitie verzoeken over deze vraag een uitspraak te doen.

Indien een vraag te dien aanzien wordt opgeworpen in een zaak aanhangig bij een nationale rechterlijke instantie waarvan de beslissingen volgens het nationale recht niet vatbaar zijn voor hoger beroep, is deze instantie gehouden zich tot het Hof van Justitie te wenden.

Indien een dergelijke vraag wordt opgeworpen in een bij een nationale rechterlijke instantie aanhangige zaak betreffende een gedetineerde persoon, doet het Hof van Justitie zo spoedig mogelijk uitspraak.

2003
Artikel III-274: Prejudiciële beslissing

Het Hof van Justitie is bevoegd, bij wijze van prejudiciële beslissing, uitspraak te doen

  • a) 
    over de uitlegging van de Grondwet,
  • b) 
    over de geldigheid en de uitlegging van de handelingen van de instellingen van de Unie,

Indien een vraag te dien aanzien wordt opgeworpen voor een rechterlijke instantie van een der lidstaten, kan deze instantie, indien zij een beslissing op dit punt noodzakelijk acht voor het wijzen van haar vonnis, het Hof van Justitie verzoeken over deze vraag een uitspraak te doen.

Indien een vraag te dien aanzien wordt opgeworpen in een zaak aanhangig bij een nationale rechterlijke instantie waarvan de beslissingen volgens het nationale recht niet vatbaar zijn voor hoger beroep, is deze instantie gehouden zich tot het Hof van Justitie te wenden.

Indien een dergelijke vraag wordt opgeworpen in een bij een nationale rechterlijke instantie aanhangige zaak betreffende een gedetineerde persoon, doet het Hof van Justitie zo spoedig mogelijk uitspraak.

2003
Artikel III-274: Prejudiciële beslissing

Het Hof van Justitie van de Europese Unie is bevoegd, bij wijze van prejudiciële beslissing, uitspraak te doen

  • a) 
    over de uitlegging van de Grondwet,
  • b) 
    over de geldigheid en de uitlegging van de handelingen van de instellingen, organen en instanties van de Unie,

Indien een vraag te dien aanzien wordt opgeworpen voor een rechterlijke instantie van een der lidstaten, kan deze instantie, indien zij een beslissing op dit punt noodzakelijk acht voor het wijzen van haar vonnis, het Hof verzoeken over deze vraag een uitspraak te doen.

Indien een vraag te dien aanzien wordt opgeworpen in een zaak aanhangig bij een nationale rechterlijke instantie waarvan de beslissingen volgens het nationale recht niet vatbaar zijn voor hoger beroep, is deze instantie gehouden zich tot het Hof te wenden.

Indien een dergelijke vraag wordt opgeworpen in een bij een nationale rechterlijke instantie aanhangige zaak betreffende een gedetineerde persoon, doet het Hof zo spoedig mogelijk uitspraak.

2004
Artikel III-369: Prejudiciële beslissing

Het Hof van Justitie van de Europese Unie is bevoegd, bij wijze van prejudiciële beslissing1, uitspraak te doen over:

  • a) 
    de uitlegging van de Grondwet;
  • b) 
    de geldigheid en de uitlegging van de handelingen van de instellingen, organen en instanties van de Unie.

Indien een vraag te dien aanzien wordt opgeworpen voor een rechterlijke instantie van een der lidstaten, kan deze instantie, indien zij een beslissing op dit punt noodzakelijk acht voor het wijzen van haar vonnis, het Hof verzoeken over deze vraag een uitspraak te doen.

Indien een vraag te dien aanzien wordt opgeworpen in een zaak aanhangig bij een nationale rechterlijke instantie waarvan de beslissingen volgens het nationale recht niet vatbaar zijn voor hoger beroep, is deze instantie gehouden zich tot het Hof te wenden.

Indien een dergelijke vraag wordt opgeworpen in een bij een nationale rechterlijke instantie aanhangige zaak betreffende een gedetineerde persoon, doet het Hof zo spoedig mogelijk uitspraak.


  • 1. 
    In de in artikel III-369 van de Grondwet bedoelde gevallen wordt van de beslissing van de nationale rechterlijke instantie die de procedure schorst en een beroep doet op het Hof van Justitie, aan het Hof kennis gegeven op initiatief van die instantie. De griffier van het Hof geeft van deze beslissing vervolgens kennis aan de betrokken partijen, de lidstaten en de Commissie, alsmede aan de instel ling, het orgaan of de instantie van de Unie die de handeling waarvan de geldigheid of de uitlegging wordt betwist, heeft vastgesteld.