Artikel III-187: Doelstellingen associatie

    • Europese Conventie III (juli 2003)
    • Deel III: Beleid en werking van de Unie
    • Titel IV - De associatie van de landen en gebieden overzee
III-186
Artikel III-187
III-188

Door de associatie worden de volgende doeleinden nagestreefd:

  • a) 
    De lidstaten passen op hun handelsverkeer met deze landen en gebieden de regeling toe welke zij krachtens de Grondwet met elkaar zijn aangegaan.
  • b) 
    Ieder land of gebied past op zijn handelsverkeer met de lidstaten en de andere landen en gebieden de regeling toe die het toepast op de Europese staat waarmede het bijzondere betrekkingen onderhoudt.
  • c) 
    De lidstaten dragen bij in de investeringen welke vereist zijn voor de ontwikkeling van die landen en gebieden.
  • d) 
    Wat betreft de door de Unie gefinancierde investeringen, staat de deelneming in aanbestedingen en leveranties onder gelijke voorwaarden open voor alle onderdanen en rechtspersonen van de lidstaten en van de landen en gebieden.
  • e) 
    In de betrekkingen tussen de lidstaten en deze landen en gebieden wordt het recht van vestiging van de onderdanen en rechtspersonen op voet van non-discriminatie geregeld overeenkomstig de bepalingen en met toepassing van de procedures die bepaald zijn in de onderafdeling betreffende het recht van vestiging, behoudens de krachtens artikel III-1911 vastgestelde bijzondere maatregelen.

1.

Ontwikkeling artikel

2003
Artikel III-182: Doelstellingen associatie

Door de associatie worden de volgende doeleinden nagestreefd:

  • 1) 
    De lidstaten passen op hun handelsverkeer met de landen en gebieden de regeling toe welke zij krachtens de Grondwet tegenover elkaar zijn aangegaan.
  • 2) 
    Ieder land of gebied past op zijn handelsverkeer met de lidstaten en de andere landen en gebieden de regeling toe die het toepast op de Europese staat waarmede het bijzondere betrekkingen onderhoudt.
  • 3) 
    De lidstaten dragen bij in de investeringen welke vereist zijn voor de geleidelijke ontwikkeling van die landen en gebieden.
  • 4) 
    Voor de door de Unie gefinancierde investeringen staat de deelneming in aanbestedingen en leveranties onder gelijke voorwaarden open voor alle onderdanen en rechtspersonen van de lidstaten en van de landen en gebieden.
  • 5) 
    In de betrekkingen tussen de lidstaten en de landen en gebieden wordt het recht van vestiging van de onderdanen en rechtspersonen op voet van non-discriminatie geregeld overeenkomstig de bepalingen en met toepassing van de procedures, bepaald in het [hoofdstuk] betreffende het recht van vestiging, behoudens de krachtens [artikel 187]2 vastgestelde bijzondere maatregelen.
2003
Artikel III-187: Doelstellingen associatie

Door de associatie worden de volgende doeleinden nagestreefd:

  • a) 
    De lidstaten passen op hun handelsverkeer met deze landen en gebieden de regeling toe welke zij krachtens de Grondwet met elkaar zijn aangegaan.
  • b) 
    Ieder land of gebied past op zijn handelsverkeer met de lidstaten en de andere landen en gebieden de regeling toe die het toepast op de Europese staat waarmede het bijzondere betrekkingen onderhoudt.
  • c) 
    De lidstaten dragen bij in de investeringen welke vereist zijn voor de ontwikkeling van die landen en gebieden.
  • d) 
    Wat betreft de door de Unie gefinancierde investeringen, staat de deelneming in aanbestedingen en leveranties onder gelijke voorwaarden open voor alle onderdanen en rechtspersonen van de lidstaten en van de landen en gebieden.
  • e) 
    In de betrekkingen tussen de lidstaten en deze landen en gebieden wordt het recht van vestiging van de onderdanen en rechtspersonen op voet van non-discriminatie geregeld overeenkomstig de bepalingen en met toepassing van de procedures die bepaald zijn in de onderafdeling betreffende het recht van vestiging, behoudens de krachtens artikel III-1911 vastgestelde bijzondere maatregelen.
2003
Artikel III-187: Doelstellingen associatie

Door de associatie worden de volgende doeleinden nagestreefd:

  • a) 
    De lidstaten passen op hun handelsverkeer met deze landen en gebieden de regeling toe welke zij krachtens de Grondwet met elkaar overeenkomen.
  • b) 
    Ieder land of gebied past op zijn handelsverkeer met de lidstaten en de andere landen en gebieden de regeling toe die het toepast op de Europese staat waarmede het bijzondere betrekkingen onderhoudt.
  • c) 
    De lidstaten dragen bij in de investeringen welke vereist zijn voor de ontwikkeling van die landen en gebieden.
  • d) 
    Wat betreft de door de Unie gefinancierde investeringen, staat de deelneming in aanbestedingen en leveranties onder gelijke voorwaarden open voor alle onderdanen en rechtspersonen van de lidstaten en van de landen en gebieden.
  • e) 
    In de betrekkingen tussen de lidstaten en deze landen en gebieden wordt het recht van vestiging van de onderdanen en rechtspersonen op voet van non-discriminatie geregeld overeenkomstig de bepalingen en met toepassing van de procedures die bepaald zijn in de onderafdeling betreffende het recht van vestiging, behoudens de krachtens artikel III-1913 vastgestelde handelingen.
2004
Artikel III-287: Doelstellingen associatie

Door de associatie worden de volgende doeleinden nagestreefd:

  • a) 
    de lidstaten passen op hun handelsverkeer met deze landen en gebieden de regeling toe welke zij krachtens de Grondwet met elkaar overeenkomen;
  • b) 
    ieder land of gebied past op zijn handelsverkeer met de lidstaten en de andere landen en gebieden de regeling toe die het toepast op de Europese staat waarmede het bijzondere betrekkingen onderhoudt;
  • c) 
    de lidstaten dragen bij in de investeringen welke vereist zijn voor de ontwikkeling van die landen en gebieden;
  • d) 
    wat betreft de door de Unie gefinancierde investeringen, staat de deelneming in aanbestedingen en leveranties onder gelijke voorwaarden open voor alle onderdanen en rechtspersonen van de lidstaten en van de landen en gebieden;
  • e) 
    in de betrekkingen tussen de lidstaten en deze landen en gebieden wordt het recht van vestiging van de onderdanen en rechtspersonen op voet van non-discriminatie geregeld overeenkomstig de bepalingen van titel III, hoofdstuk I, afdeling 2, onderafdeling 2, betreffende het recht van vestiging en met toepassing van de daarin vastgestelde procedures, behoudens de krachtens artikel III-2914 vastgestelde handelingen.

  • 1. 
    De Raad van Ministers stelt op basis van de resultaten die in het kader van de associatie van de landen en gebieden met de Unie zijn bereikt, met eenparigheid van stemmen bij Europese verordening en bij Europees besluit de regels en de procedure voor de associatie van de landen en gebieden met de Unie vast.
     
  • 2. 
    De Raad neemt, op eigen initiatief/zonder voorstel van de Commissie, op basis van de resultaten die in het kader van de associatie van de landen en gebieden met de Unie zijn bereikt en van de neergelegde beginselen met eenparigheid van stemmen de maatregelen aan betreffende de wijze van toepassing en de procedure van de associatie van de landen en gebieden met de Unie.
     
  • 3. 
    De Raad stelt, op voorstel van de Commissie, op basis van de resultaten die in het kader van de associatie van de landen en gebieden met de Unie zijn bereikt, met eenparigheid van stemmen bij Europese wet, kaderwet, verordening en bij Europees besluit de regels en de procedure voor de associatie van de landen en gebieden met de Unie vast. Deze wetten en kaderwetten worden vastgesteld na raadpleging van het Europees Parlement.
     
  • 4. 
    De Raad stelt, op voorstel van de Commissie, op basis van de resultaten die in het kader van de associatie van de landen en gebieden met de Unie zijn bereikt, met eenparigheid van stemmen bij Europese wet, kaderwet, verordening en bij Europees besluit de regels en de procedure voor de associatie van de landen en gebieden met de Unie vast. Deze wetten en kaderwetten worden vastgesteld na raadpleging van het Europees Parlement.