Mr. L.C. Luzac

Foto Mr. L.C. Luzac
Source: Parlement.com.

Liberale Leidse advocaat en rechter. Nazaat van een patriottenvoorman. Kwam in 1828 in de Tweede Kamer en was twintig jaar lang één van de voornaamste opposanten tegen de politiek van de koningen Willem I en Willem II. Veelvuldig deelnemer aan debatten en gezagvol Kamerlid. Medestander van Thorbecke1 in 1844 ('de Negenmannen2') en lid van diens Grondwetscommissie in 1848. Werd in 1848 in het kabinet-De Kempenaer/Donker Curtius3 minister van Binnenlandse Zaken en Hervormde Eredienst, maar raakte toen spoedig overspannen. Hoogstaande, eenvoudige en bescheiden staatsman die zeer werd gewaardeerd door tijdgenoten. Zij prezen hem als edelmoedige bestrijder van het oude bewind.

liberaal
functie(s) in de periode 1828-1848: lid Tweede Kamer, voorzitter Tweede Kamer, minister

Contents

  1. Personal data
  2. Party/Movement
  3. Main functions and occupations
  4. Other positions
  5. Education
  6. Activities
  7. Miscellaneous
  8. Publications
  9. Family
  10. Extended version

1.

Personal data

Surnames
Lodewijk Caspar

Place and date of birth
Leiden, 1 August 1786

Place and date of death
Leiden, 18 February 1861

2.

Party/Movement

Party/Movement
liberaal

3.

Main functions and occupations

  • - 
    rechter in de rechtbank van eerste aanleg te Leiden, from 1 February 1828 until 1 October 1838
  • - 
    lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, from 20 October 1828 until 30 June 1848 (1828-1840 voor Holland, 1840-1848 voor Zuid-Holland)
  • - 
    voorzitter Tweede Kamer der Staten-Generaal, from 18 October 1836 until 16 October 1837
  • - 
    rechter Arrondissementsrechtbank te Leiden, from 1 October 1838 until 25 March 1848
  • - 
    lid Staatscommissie tot herziening van de Grondwet, from 17 March 1848 until 4 November 1848
  • - 
    tijdelijk minister van Binnenlandse Zaken, from 25 March 1848 until 13 May 1848
  • - 
    tijdelijk minister voor zaken der Hervormde en andere erediensten, de Rooms-Katholieke uitgezonderd, from 25 March 1848 until 30 June 1848

U ziet een selectie van de loopbaan. In de uitgebreide versie is de gehele loopbaan in te zien.

4.

Other positions

  • - 
    lid commissie tot het doen van voorstellen tot wijziging van het middelbaar onderwijs, from 29 February 1829
  • - 
    lid Staatscommissie administratieve scheiding van Nederland, from 23 October 1830
  • - 
    lid College van Curatoren Hogeschool te Leiden, from 9 June 1841 until 18 February 1861

Derived functions (4/9)
  • - 
    lid Centrale Afdeling (Tweede Kamer der Staten-Generaal), from May 1843 until October 1843
  • - 
    lid Centrale Afdeling (Tweede Kamer der Staten-Generaal), from December 1843 until April 1845
  • - 
    lid Centrale Afdeling (Tweede Kamer der Staten-Generaal), from February 1846 until April 1846
  • - 
    lid Centrale Afdeling (Tweede Kamer der Staten-Generaal), from February 1847 until May 1848

U ziet een selectie van de nevenfuncties. In de uitgebreide versie is een overzicht van nevenfuncties in te zien.

5.

Education

In de uitgebreide versie is een overzicht van de opleiding(en) opgenomen.

6.

Activities

as Member of the Parliament (5/25)
  • - 
    Behoorde in 1845 tot de meerderheid die tegen het wetsvoorstel inzake onteigening ten algemene nutte stemde. Het wetsvoorstel werd met 31 tegen 20 stemmen verworpen.
  • - 
    Behoorde in 1847 tot de meerderheid die tegen het wetsvoorstel over het stemrecht in steden en op het platteland stemde. Het wetsvoorstel werd met 31 tegen 27 stemmen verworpen.
  • - 
    Stemde in 1847 tegen hoofdstuk II (Hoge Colleges van Staat) van de begroting voor 1848 en 1849
  • - 
    Behoorde in 1847 tot de 23 leden die tegen hoofdstuk IV (Justitie) van de begroting voor 1848 en 1849 stemden. De begroting werd met 35 tegen 23 stemmen aangenomen.
  • - 
    Steunde in 1847, als één van de weinige liberalen, het regeringsvoorstel tot afschaffing van het Recht van Placet

In de uitgebreide versie is een overzicht van opvallend stemgedrag opgenomen.

7.

Miscellaneous

algemeen
  • - 
    Derde kandidaat voor het voorzitterschap van de Tweede Kamer in 1834 en 1837
  • - 
    Tweede kandidaat voor het voorzitterschap van de Tweede Kamer in 1838 en 1840
  • - 
    Was in maart 1848 aanvankelijk de beoogde minister van Financiën, maar achtte zichzelf daarvoor minder geschikt en koos voor Binnenlandse Zaken en Hervormde Eredienst

Private life
  • - 
    Was een studiegenoot van H.J. van Doorn van Westcapelle, staatsraad en minister
  • - 
    Hij moest na zijn aftreden in juni 1848 geruime tijd rust nemen vanwege overspannenheid
  • - 
    Zijn vader was een leidend figuur in de patriottische beweging

Campaign trail
  • - 
    Werd in 1848 door de kiezers van het district Gorinchem als tweede op de voordracht voor het Eerste Kamerlidmaatschap gezet, maar werd niet benoemd

Non-acceptance of political functions
  • - 
    staatsraad in buitengewone dienst (Raad van State), 26 January 1841 (ingetrokken op 5 februari 1841)
  • - 
    minister van Justitie, 1842 (bedankt)

8.

Publications

Publications
  • - 
    G.W. Vreede, "Levensberigt van L.C. Luzac", in: Levensberichten van leden van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1862, 157
  • - 
    Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek, deel IX, 627
  • - 
    G.W.F. van Es, "Lodewijk Caspar Luzac, 1828-1840" (niet gepubliceerde doctoraalscriptie geschiedenis, Utrecht 1985)
  • - 
    W.P. Secker, "Parlementaire oppositie vóór 1848. De volhardingspolitiek van Lodewijk Caspar Luzac, opposant malgré lui", in: Jaarboek Parlementaire Geschiedenis 1999, 73-87
  • - 
    Ned. Patriciaat, 1952

Biografisch Woordenboek(en)
biografie opgenomen in het Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek

publicaties over en van letterkundigen
gegevens uit de Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren

9.

Family

In de uitgebreide versie zijn, indien bekend, de familierelaties opgenomen.

10.

Extended version

Uitgebreide biografieën van de huidige leden van de Eerste en Tweede Kamer zijn beschikbaar via parlement.com.

Voor de overige ruim 5000 biografieën geldt het volgende:

In het digitale biografisch archief van de Stichting PDC, partner van het Montesquieu Instituut, is een uitgebreide versie aanwezig met bijvoorbeeld partijpolitieke functies, maatschappelijke nevenfuncties, parlementaire activiteiten, opleiding en wetenswaardigheden. Voorlopig is het beschikbaar stellen van uitgebreide biografieën, en/of daarop gebaseerde statistische gegevens, opgeschort. Wilt u een uitgebreide biografie inzien? Laat het ons weten als u daar belangstelling voor heeft.


  • 1. 
    Liberale staatsman. Hoogleraar in Gent en Leiden, die als voorzitter van de Grondwetscommissie in 1848 grondlegger was van onze parlementaire democratie. Kwam als Tweede Kamerlid al in 1844 met acht medeleden met een voorstel tot herziening van de Grondwet in democratische zin. Werd in 1848 door koning Willem II gevraagd een liberale Grondwet te ontwerpen. Hierdoor kwamen er rechtstreekse verkiezingen en ministeriële verantwoordelijkheid en werden parlementaire rechten uitgebreid. Leidde daarna drie keer een kabinet, waarbij hij onder meer de Kieswet, Gemeentewet en Provincie Wet tot stand bracht. Legde daarmee ook de basis voor de bestuurlijke organisatie met drie bestuurslagen. Zijn tweede kabinet zorgde voor instelling van de HBS en aanleg van de Nieuwe Waterweg. Had niet de sympathie van koning Willem III. Hoewel hij veel medestanders later van zich vervreemdde en soms weerstanden opriep, was hij ongetwijfeld de grootste staatsman van de negentiende eeuw.
     
  • 2. 
    Op 10 december 1844 dienden negen Tweede Kamerleden (de 'Negenmannen'), van wie Thorbecke de voornaamste was, een voorstel in tot herziening van de Grondwet. Thorbecke, hoogleraar in Leiden, was in mei 1844 Tweede Kamerlid geworden en zijn termijn liep in oktober 1845 af. Hij had eerder al, in januari 1840, een Proeve voor een nieuwe Grondwet uitgebracht, waarin onder meer invoering van de ministeriële verantwoordelijkheid werd bepleit.
     
  • 3. 
    Dit kabinet 'van burgerlijke zin' trad op 21 november 1848 aan en was gematigd liberaal. Een nieuwe formatie had niet plaatsgevonden; er waren slechts enkele wijzigingen ten opzichte van het vorige (tijdelijke) kabinet. De grote man van 1848, Thorbecke, ontbrak. Daarom werd het kabinet door de Thorbeckianen in de Tweede Kamer fel bestreden.